Vietnamese bedrijven dumpen massaal afval in rivieren
Tran Dinh Thanh Lam
14 december 2008
Verstedelijking en groei van de industrie heeft de vervuiling van de Vietnamese rivieren doen stijgen tot een alarmerend niveau. Na een recent schandaal rond een Vietnamese producent van monosodium glutamaat (msg), lijkt de ernst van de situatie door te dringen.
In oktober bekende het Vietnamese bedrijf Vedan dat het jarenlang via geheime pijpen giftig afval had geloosd in de rivier Thi Vai. “De rivier was vroeger schoon en zat vol met vis”, zegt Tran Bach (67). Hij woont al zijn hele leven in Long Tho, een dorp aan de oever van de rivier. Vijftien jaar geleden, zegt hij, ving hij vijftig kilo vis per dag. Genoeg om van te leven met zijn gezin van vijf kinderen.
“Met al die fabrieken op de oevers is de rivier nu zo smerig dat we er geen vis meer uit kunnen halen en het water niet meer kunnen drinken”, klaagt hij. Bachs buurman, Le Bich Son, voegt eraan toe dat steeds meer mensen ademhalingsklachten en problemen met hun ingewanden krijgen. Hij gelooft dat dat te maken heeft met de vervuiling van de rivier.
Bach, Son en andere mensen die aan de Thi Vai wonen, klagen al tien jaar over de toestand van de rivier. Pas nadat scheepvaartbedrijven weigerden nog langer aan te leggen bij een dichtbijgelegen rivierhaven omdat het vervuilde water de schepen aantastte, ging de overheid over tot actie. Niet lang daarna werden de illegale lozingen van Vedan ontdekt.
Dode rivier
Begin oktober gaf het ministerie van Milieu de autoriteiten in Dong Nai, de provincie waar Vedan gevestigd is, opdracht te controleren of de lozingen door het bedrijf daadwerkelijk gestopt waren. Zo niet, dan zou het bedrijf gesloten moeten worden. Tot nu toe werd er echter geen actie ondernomen, omdat Vedan volgens de provinciale ambtenaren een project van buitenlandse investeerders is. Het valt daardoor onder verantwoordelijkheid van de centrale regering.
Vedan, producent van monosodium glutamaat (een smaakstof voor voedsel), is ook een van de meest succesvolle bedrijven in de regio. De fabriek verschaft werk aan tweeduizend mensen en koopt veel plaatselijke landbouwproducten. Vedan is een van de 77 fabrieken die hun afval direct in de rivier lozen. “De Thi Vai is al zo goed als dood”, zegt Doan Canh, professor milieustudies aan het Instituut voor Tropische Biologie in Ho Chi Minh-stad. “In dit vervuilde water kan niets leven.”
Net als veel andere ontwikkelingslanden, maakt Vietnam een periode van snelle industrialisatie door. Dat zorgt voor welvaart, maar het eist ook zijn tol van de natuur en de gezondheid van de bevolking. Omdat de meeste bedrijven geen faciliteiten hebben om hun afval te verwerken, dumpen ze het vaak illegaal in rivieren en kanalen. Het rivierwater wordt in veel gevallen ook gebruikt als drinkwater voor de bevolking.