Vluchtelingen verplaats je niet als conservenblikken

Nieuws

Vluchtelingen verplaats je niet als conservenblikken

Vluchtelingen verplaats je niet als conservenblikken
Vluchtelingen verplaats je niet als conservenblikken

Wouter Torbeyns

01 maart 2017

Maandag betoogden enkele tientallen actievoerders tegen het Belgisch opvangbeleid. Tienduizend opvangplaatsen voor vluchtelingen worden geschrapt. De mensen die in de centra verblijven worden willekeurig verplaatst naar andere plekken in het land, weg van de vrienden die ze maakten.

Plaats van afspraak was het Brusselse Warandepark. Op een bankje ontmoet ik het gezin Alwan. Vader Ahmed (43) en zijn zonen Ali (19) en Mohamed (11) houden zenuwachtig het groepje aankomende manifestanten aan de andere kant van de fontein in de gaten. Wanneer ik ze vraag of ze ook komen protesteren, twijfelen ze. Ze hadden gehoord dat een groep Irakezen hier zou samenkomen maar de mensen aan de andere kant lijken helemaal niet van hun land.

Waarover de manifestatie zou gaan wisten ze niet juist, maar iedere kans op hulp is welgekomen, zo ook een gesprek met een journalist.

Daar zitten ze dan, op een bankje in een onbekende stad, met papieren in een onbekende taal wachtend op een onbekende toekomst.

Ahmed heeft een aktetas vol formulieren op zijn schoot. De meeste documenten zijn opgesteld in het Nederlands, een taal dat geen van hen machtig is. Wat ik te zien krijg is een overlijdensakte van Ahmeds’ broer. Vorige zomer werd de man met schoten vermoord in de Iraakse hoofdstad Bagdad. Het document, origineel in het Arabisch opgesteld en ondertekend door een arts, moet aantonen dat Ahmed en zijn familie gevaar lopen als ze terug naar Irak gaan.

Het volgende document dat ik onder ogen krijg is een afgekeurde asielaanvraag. Daarop staat dat de omstandigheden van het overlijden te onduidelijk zijn en dat het gezin niet kan blijven. Daar zitten ze dan, op een bankje in een onbekende stad, met papieren in een onbekende taal wachtend op een onbekende toekomst.

Het gezin Alwan kwam eind 2015 na een lange tocht aan in België , ze vonden onderdak in een opvangcentrum nabij Verviers waar ze twee maanden verbleven. Een jaar geleden werden ze overgeplaatst naar een huis van Caritas in Molenbeek. Daar mogen ze nog zeker een week blijven. Mohamed en Ali lopen school in Brussel, al weten ze niet hoelang ze er nog kunnen blijven. De jongens spreken al een mondje Frans, als ze straks ze straks naar Vlaanderen worden verplaatst kunnen ze weer volledig opnieuw beginnen.

De actievoerders overhandigden een pamflet met hun eisen aan het kabinet van de staatssecretaris. Francken zelf was ondertussen op vakantie.

Om de situatie van Mohamed, Ali en vele anderen aan te kaarten kwamen vrijwilligers en zorgverleners samen aan het kabinet van Staatsecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA). In het hele land worden 10.000 opvangplaatsen voor vluchtelingen geschrapt. De tijdelijke inwoners worden overgeplaatst naar andere centra, vaak aan de andere kant van het land.

‘Het voeren van een opvangbeleid is niet hetzelfde als het runnen van een fabriek’ klinkt het. ‘Vluchtelingen verplaats je niet als conservenblikken, het kan wel degelijk anders.’ De actievoerders overhandigden een pamflet met hun eisen aan het kabinet van de staatssecretaris. Francken zelf was ondertussen op vakantie.

‘Ze zijn een kabel en ik ben de telefoon, ze laden me op.’

Talib

Om hun eisen kracht bij te zetten kwamen enkele mensen getuigen over hun ervaring. Onder hen Talib, een jonge Irakese vluchteling die al in zeven verschillende opvangcentra verbleef. Momenteel woont hij in het Reno-ponton in Gent. Weldra sluit ook het drijvend opvangcentrum de deuren en zal hij voor een achtste keer moeten verhuizen.

In Gent kreeg Talib steun van ‘Een hart voor vluchtelingen’. Voor hem zijn de Belgische vrijwilligers een nieuwe familie. ‘Ze zijn een kabel en ik ben de telefoon, ze laden me op.’ Of zijn volgende woonplaats in de buurt van zijn vrienden zal zijn weet niemand. Het is net die onzekerheid die de actievoerders verontrust. Het enige wat Talib wil is dat de overheid hem echt helpt in plaats van hem voortdurend te verplaatsen. ‘Luister naar ons, geef ons de kans om mens te zijn. We zijn hier niet met vakantie, we willen hier leven. Ik heb ervaring als barbier , als het kan wil ik hier een kapsalon openen.’

Talib en het gezin Alwan willen het allerliefst rust en zekerheid, zonder voortdurend te moeten verplaatsen.