VN verlaat Ethiopie en Eritrea

Nieuws

VN verlaat Ethiopie en Eritrea

Imke van den Akker

07 augustus 2008

Met het vertrek van de VN-blauwhelmen staan de legers van Ethiopië en Eritrea weer pal tegenover elkaar. De Verenigde Naties (VN) stopten vorige week donderdag het toezicht in het omstreden grensgebied. Vredesmacht Unmee was acht jaar lang de buffer tussen de landen.

Na afloop van een twee jaar durende grensoorlog, die minstens 70.000 slachtoffers eiste, tekenden de twee kemphanen in 2000 een vredesakkoord in Algiers. Daarop werd de VN-macht Unmee naar het grensgebied gestuurd om de vrede te herstellen en te bewaren. Op initiatief van België besloot de VN-veiligheidsraad de vredesmissie in het grensgebied stop te zetten. Volgens de Belgische ambassadeur Jan Grauls was het onmogelijk om door te gaan, omdat de 1700 vredesmilitairen hevige tegenwerking ondervonden, vooral van Eritrea. Begin dit jaar sneden Eritrese militairen de aanvoer van benzine voor de VN-macht af, waardoor patrouilles niet meer mogelijk waren en de eigen beveiliging in het gedrang kwam.
Aan de Ethiopische zijde werkte men ook al niet mee met Unmee. Na de ondertekening van het vredesakkoord werd afgesproken dat een onafhankelijke internationale grenscommissie een bindende uitspraak zou doen over de omstreden grensstreek. Beide landen beloofden zich aan het oordeel te houden. Het grootste deel van de grensstreek werd aan Eritrea toegewezen. Deze uitspraak wordt tot op de dag van vandaag genegeerd door Ethiopië.
De VN-troepenmacht is er in geslaagd de rust in de grensstreek te bewaren. Tot noemenswaardige conflicten is het de afgelopen 8 jaar niet gekomen. De verhoudingen tussen Ethiopië en Eritrea zijn er de afgelopen jaren echter niet veel beter op geworden. Er is volgens functionarissen van de VN maar een klein incident nodig om het geweld weer te doen oplaaien. Beide landen hebben alweer soldaten aan de grenzen gestationeerd. Tot een week geleden hield Unmee alles in de gaten. Nu niet meer.
Hoe groot is de kans op een nieuw conflict? Meles Zenawi, de premier van Ethiopie, liet kort voor de ontmanteling van de missie weten ‘niet de eerste stap te zetten naar een nieuwe oorlog’. Het land heeft -politiek en militair- haar handen vol aan de steun die het geeft aan de interim-regering in buurland Somalië. Daarnaast kampt het land met binnenlandse opstandelingen.
Ook Eritrea lijkt vooralsnog voor vrede te kiezen. Zij weet dat een oorlog tegen het veel grotere buurland Ethiopie nauwelijks kans van slagen heeft. Als het tot een oorlog zou komen is de kans groot dat Ethiopië zal doorstoten naar de Eritrese hoofdstad Asmara, president Isaias Afewerki zal afzetten en het land met toegang tot de Rode Zee weer zal inlijven. De Eritrese bevolking verkiest de vrede.