Washington wil persvrijheid - maar niet voor Al-Jazeera (analyse)

Nieuws

Washington wil persvrijheid - maar niet voor Al-Jazeera (analyse)

Emad Mekay

26 mei 2004

De VS winden er geen doekjes om dat ze de Arabische televisiezender Al-Jazeera de mond willen snoeren. Eerder deze maand vroeg de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell zijn ambtsgenoot uit Katar formeel om het in dat land gevestigde televisienetwerk de duimschroeven aan te draaien. Onlangs verklaarde zelfs Lorne Craner, de Amerikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken voor Democratie en Mensenrechten wiens job ook de promotie van wereldwijde persvrijheid behelst, dat Al-Jazeera aanzet tot geweld tegen de Amerikaanse troepen in Irak.

”Al-Jazeera gaat een stuk verder dan het blad ‘New Yorker’ of (de Amerikaanse nieuwszender) CBS. Dat is het punt. We zijn buitengewoon tolerant voor kritiek, we zijn dat in dit land al meer dan tweehonderd jaar, maar aanzetten tot geweld is een andere zaak”, zei Craner toen zijn ministerie twee weken geleden een mensenrechtenrapport uitbracht temidden van de internationale verontwaardiging over het misbruik van Iraakse gevangenen door Amerikaanse soldaten. De beschuldigingen van de Amerikaanse onderminister zijn het meest recente wapenfeit in de serie stappen tot op het hoogste niveau om Al-Jazeera de mond te snoeren.

Al sinds Al-Jazeera in 1996 begon met uitzenden, was het een doorn in het oog van zowel de Amerikaanse media als de regering-Bush, maar de aanvallen werden ongemeen scherp nadat de zender beelden uitzond van burgerslachtoffers bij de Amerikaanse bombardementen in de Iraakse stad Fallujah in april van dit jaar. Ahmed Mansour, een correspondent van Al-Jazeera, was blijkbaar de enige verslaggever die tijdens de aanvallen in de stad verbleef.

Artsen in de stad bevestigen dat het Amerikaanse offensief de levens eiste van minstens 700 Irakezen – vooral vrouwen en kinderen – en dat minstens 1500 mensen gewond raakten. Maar Mark Kimmitt, de woordvoerder van het Amerikaanse leger, vond dat Irakezen niet naar de beelden op Al-Jazeera moesten kijken. “De stations die Amerikanen tonen die opzettelijk vrouwen en kinderen doden, zijn geen legitieme nieuwsbronnen, maar propaganda en leugens.”

Defensieminister Donald Rumsfeld noemde de berichtgeving van de zender “verdorven, onjuist en onverdedigbaar”. “Je weet wat onze strijdmachten doen”, zei hij. “Ze houden zich niet bezig met honderden burgers te doden. Dat is gewoon hemeltergende nonsens! Het is een schande wat dat televisiestation doet.”

Colin Powell, de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken die naar buiten toe als ‘duif’ bekendstaat, ging tot de actie over. Bij het bezoek aan Washington van zijn ambtsgenoot uit Katar, Sjeik Hamad Bin Jassim Bin Jabr al-Thani, vroeg hij die formeel om het in dat land gevestigde televisienetwerk de duimschroeven aan te draaien.

Bij verschillende gelegenheden werden de correspondenten van Al-Jazeera geweerd uit regeringsgebouwen en persconferenties in Irak. Op 21 mei stierf Rashid Hamid Wali, assistent-cameraman en montageman voor Al-Jazeera, bij een vuurgevecht in de Irakese stad Karbala, als voorlopig laatste in de rij van gedode persmensen uit diverse landen in Irak.

Amerikaanse media-analisten zeggen dat de aanvallen op de Arabische nieuwszender onder het mom van de strijd tegen de promotie van geweld een negatieve invloed uitoefenen op zowel de persvrijheid als de Amerikaanse politiek. “Washington zegt dat het de democratisering in het Midden-Oosten wil stimuleren, maar de pogingen om Al-Jazeera de mond te snoeren wijzen op het tegenovergestelde”, zegt Norman Solomon, hoofd van het Amerikaanse Institute for Public Accuracy.

“De VS zijn de oorlog in Irak aan het verliezen en raken politiek steeds meer geïsoleerd in de Arabische wereld, dus wat is hun antwoord? Blame the media”, sneert Reese Erlich, een buitenlandcorrespondent die al twintig jaar over het Midden-Oosten schrijft. “De VS beschikt over manieren om de negatieve berichtgeving door Al-Jazeera te verminderen. Als Bush wilt dat ze stoppen grimmige beelden van dode Iraakse burgers de wereld in te sturen, kan hij de Amerikaanse troepen bevelen op te houden hen te doden.” (ADR)