Wekelijks minstens een milieuactivist gedood

Nieuws

Wekelijks minstens een milieuactivist gedood

20 juni 2012

In het voorbije decennium zijn 711 activisten en journalisten gedood die zich inzetten voor landrechten en de bescherming van wouden. Dat zijn er meer dan één per week. Uit een rapport van Global Witness blijkt bovendien dat het jaarlijkse aantal slachtoffers in de voorbije drie jaar is verdubbeld.

Global Witness spreekt van een “verborgen crisis” in milieubescherming. Die is het gevolg van een straffeloosheid voor de daders, een gebrek aan informatie en rapportering op nationaal en internationaal niveau, en de betrokkenheid van regeringen en privébedrijven in veel van de moorden.

“De trend is een symptoom van de steeds hardere strijd om natuurlijke rijdkommen overal ter wereld”, zegt Billy Kyte van Global Witness. “Meer dan één persoon per week wordt vermoord omdat hij de rechten verdedigt op land of bossen.”

De meeste moorden gebeuren in Brazilië, Colombia, de Filipijnen en Peru. De landrechten worden er vooral bedreigd door de grootschalige landbouw, mijnbouw en waterkrachtcentrales.

Vervolging

“Overheden moeten erop toezien dat burgers vrijuit kunnen spreken, zonder angst voor vervolging, als ze bezorgd zijn over de manier waarop land of bos beheerd wordt”, zegt Global Witness. “Voor er akkoorden worden afgesproken, moeten er vrije, voorafgaande en geïnformeerde gesprekken plaatsvinden met de betrokken gemeenschappen.” Moorden moeten onderzocht worden en de daders mogen niet vrijuit gaan, besluit de organisatie.

“De internationale gemeenschap moet deze misdadige strijd om wouden en land stoppen”, zegt Kyte. “Het is belangrijker dan ooit om het milieu te beschermen, maar het is ook nooit gevaarlijker geweest dan nu.”