Westelijke Sahara: Nieuwe gesprekken overschaduwd door excessief geweld
Laura Decré
10 november 2010
Slechts enkele uren vooraleer Marokko en de onafhankelijkheidsbeweging Polisario een nieuwe gespreksronde zouden aanvatten, traden Marokkaanse veiligheidstroepen erg gewelddadig op in het tentenkamp Gdeim Izik in El Aaiun, de hoofdstad van de Westelijke Sahara.
Tussen de 8000 en 20000 mensen hadden zich in de loop van oktober aangesloten bij het ‘Kamp van de Onafhankelijkheid’. In eerste instantie klaagden ze de erbarmelijke levensomstandigheden in de regio aan, maar omdat die omstandigheden gezien worden als een rechtstreeks gevolg van de bezetting door Marokko, evolueerde het protest al snel naar een roep om zelfbeschikking.
De laatste weken voerde het leger al verwoede pogingen om de aanvoer van water, voedsel en medicatie naar het kamp te voorkomen. Toen de Marokkaanse koning zaterdag de 35e verjaardag van de Groene Mars, die de Marokkaanse bezetting inleidde, bekroonde met een redevoering waarin hij er geen twijfel over liet bestaan dat de Westelijke Sahara Marokkaans grondgebied was, waren de vooruitzichten voor een nakend akkoord al niet hooggespannen.
Na zijn redevoering stelde hij een ultimatum om het kamp, dat inmiddels uitgegroeid was tot het grootste protest van de laatste 35 jaar, te verlaten. ‘De actievoerders gaven geen gevolg aan het ultimatum, dat door hen juridisch niet correct werd beschouwd.’ Dit vertelt Hilt Teuwen, projectverantwoordelijke bij Oxfam, in een telefonisch gesprek met MO*. ‘Traangas en waterkanonnen werden ingezet en ondanks eerdere beloftes werden ook vrouwen en kinderen niet gespaard.’
‘Na een rustige dag en nacht, viel het leger vanmorgen (woensdag) binnen in verschillende wijken in El Aaiun, waar veel Sahrawi, de oorspronkelijke bevolkingsgroep van de Westelijke Sahara die naar onafhankelijkheid streeft, verblijven. Geweld werd ook vandaag niet geschuwd en, hoewel de Marokkaanse overheid het betwist, maken alle andere bronnen een balans op van minstens 11 doden, 723 gewonden- die systematisch door het leger afgevoerd worden- en 159 vermisten.’
Khatri Addu, die deze week aan de onderhandelingstafel zat voor Polisario, verklaarde aan het persagentschap Reuters dat het geweld voor ‘een gespannen sfeer onder de deelnemers zorgde’. Het belangrijkste is volgens hem echter dat de gesprekken niet afgelast werden. Hoewel beide partijen opnieuw elkaars voorstellen verwierpen, benadrukte Christopher Ross, VN-gezant voor de Westelijke Sahara dat er een atmosfeer was van wederzijds respect en dat alle partijen binnenkort opnieuw zullen samenkomen.
Hilt Teuwen ziet het minder optimistisch. Zij spreekt van een kantelmoment. ‘Marokko is iets begonnen dat niet meer terug te draaien is’. Voor de toekomst ziet zij maar twee mogelijkheden: de internationale gemeenschap die eindelijk haar verantwoordelijkheid opneemt en Marokko dwingt internationaal recht en afspraken te respecteren; of een nieuw gewapend treffen, als de bevolking van de Westelijke Sahara geen andere uitweg meer ziet.
Het conflict tussen Marokko en Polisario is een van de langstlopende territoriale conflicten op het Afrikaanse continent en brak uit toen Marokko het gebied claimde nadat de Spaanse kolonisatoren zich terugtrokken in 1973. Aan de gewapende strijd tussen beide partijen kwam een einde in 1991 toen er, met behulp van de VN een staakt-het-vuren werd afgesproken.
Sindsdien hebben verschillende pogingen om tot een akkoord te komen tussen beide partijen tot niets geleid. Marokko wil de bevolking van de Westelijke Sahara maximum meer autonomie geven. Polisario, algemeen aanvaard als spreekbuis voor de bevolking, wil een referendum met volledige onafhankelijkheid als een van de keuzemogelijkheden.