Wie dorst heeft in Venezuela, boort beter zelf een waterput

Nieuws

Publieke watervoorziening laat het afweten in Caracas

Wie dorst heeft in Venezuela, boort beter zelf een waterput

Wie dorst heeft in Venezuela, boort beter zelf een waterput
Wie dorst heeft in Venezuela, boort beter zelf een waterput

IPS / Humberto Márquez, Edgardo Ayala

10 maart 2021

Duizenden gezinnen in de Venezolaanse hoofdstad boren waterputten om drinkwater te hebben. De publieke watervoorziening laat het al lange tijd afweten, maar een voormalig bestuurder van het staatsbedrijf benadrukt dat de problemen ‘binnen twee jaar opgelost kunnen worden’.

© Belga/AFP

Een man vult flessen met water aan een watertank in Caracas, Venezuela. De leidingwatervoorziening in Caracas hapert al jarenlang.

© Belga/AFP

Duizenden gezinnen in de Venezolaanse hoofdstad boren waterputten om drinkwater te hebben. Daarvoor moeten ze zichzelf in de schulden steken. De publieke watervoorziening laat het al lange tijd afweten, maar een voormalig bestuurder van het staatsbedrijf benadrukt dat de problemen ‘binnen twee jaar opgelost kunnen worden’.

Venezuela kampt met de ergste economische crisis sinds de negentiende eeuw. Zo hapert de leidingwatervoorziening in Caracas al een hele tijd. Om te kunnen drinken, maken duizenden gezinnen in de Venezolaanse hoofdstad hun spaargeld op, zodat ze water uit nieuw aangeboorde bronnen kunnen gebruiken. Sommigen gaan zelfs schulden aan.

‘Het viel niet mee het geld te vinden, maar het is het waard. We hebben nu geen jerrycans meer nodig’, zegt de gepensioneerde lerares Cristina Hernández. Haar pensioen is een paar dollar per maand, vertelt ze terwijl ze haar handen onder de keukenkraan houdt in haar appartement in het complex Los Palos Grandes, in het oosten van de hoofdstad Caracas.

Een eigen waterput boren kost tussen 15.000 en 25.000 dollar. Die prijs hangt af van de diepte, de bodemsoort en de overige aanlegkosten. ‘Het is duur, maar het gaat wel om water’, zegt Ronny Castro, die samen met 76 huishoudens één bron gebruikt.

‘Een tankwagen met een paar duizend liter water kost per keer al 100 dollar. Plus: we zaten wekenlang zonder een druppel water van Hidrocapital, de publieke watervoorziening. Zo konden we niet verder leven.’

Boren zonder vergunning

In de afgelopen twee jaar zijn honderden bronnen aangeboord in de vallei en heuvels van Caracas, waar zo’n 4 miljoen mensen wonen. Vaak gebeurde dat zonder vergunning. De schattingen van het aantal bronnen lopen uiteen van enkele honderden tot een paar duizend.

Het dure waternetwerk in het noorden kampt continu met storingen.

‘Nieuwe en oude bedrijven boren bronnen. Ja, zelfs bedrijven die eigendom zijn van mensen uit de olie-industrie. Een waterbron boren is voor hen kinderspel.’ Dat zegt José Manuel García, ingenieur bij het gespecialiseerde bedrijf Servicios Caspian.

De vallei van Caracas, die ongeveer 100 vierkante kilometer telt, ligt meer dan 900 meter boven het zeeniveau en heeft waterlagen op verschillende hoogtes. De lagen worden aangevuld met regenwater en water dat al eeuwenlang van de hellingen van de Avilaberg sijpelt.

‘Het gaat om een rijke waterlaag die tot de jaren 1960 nauwelijks gebruikt werd’, zegt José María De Viana, tussen 1992 en 1999 bestuurder van Hidrocapital. ‘Momenteel maken burgers die genoeg hebben van het falende beleid er gretig gebruik van, zij het op een heel chaotische manier.’

Aan water nochtans geen gebrek

Venezuela is een land met talloze grote rivieren. Het is een van de twintig landen in de wereld met de grootste beschikbaarheid van water, zo’n 41.000 kubieke meter per inwoner per jaar. Dat volume is vergelijkbaar met buurlanden Colombia en Brazilië.

Deze oppervlaktebronnen bevinden zich echter grotendeels in het zuiden van het land. Of ze stromen naar het zuiden, in het bekken van de Orinoco, de op twee na grootste rivier ter wereld – na de Amazone en de Congo.

Caracas ontvangt nu slechts een deel van de hoeveelheid het water die aan het einde van de twintigste eeuw naar de stad gepompt werd.

Meer dan 80 procent van de inwoners van het land leeft echter in het noorden en westen, aan de kust van de Caraïbische Zee en het olierijke Maracaibomeer. In deze regio is slechts 5 procent van de zoetwatervoorraad van het land te vinden.

Het dure waternetwerk in het noorden, waarbij water vaak uit lager gelegen gebieden opgepompt moet worden naar de hoger gelegen hoofdstad, kampt continu met storingen. Als gevolg daarvan krijgt de stad nu slechts een deel van het water dat aan het einde van de twintigste eeuw naar Caracas gepompt werd. Destijds was dat 20.000 liter per seconde, nu is het maar de helft.

Heft in eigen handen

Binnen deze context besloot het stadsdeelbestuur in een middenklassewijk in het oosten van Caracas, Chacao, de 80.000 inwoners van het stadsdeel te helpen met de speurtocht naar water aan de voet van de Ávilaberg.

‘Als we normale wateraanvoer hadden gehad, was dit niet nodig geweest’, zegt de burgemeester van Chacao, Gustavo Duque. ‘Maar omdat er anders te weinig water is voor de bewoners, boren we ook zelf bronnen. We doen dit met de toestemming van Hidrocapital en het ministerie van Milieu.’

Het stadsdeelbestuur van Duque heeft negen bronnen geboord. Daar heeft het bestuur openbare kranen op aangesloten: kranen voor groepen mensen of wooncomplexen. De laatste bron werd in februari geboord. Deze voorziet 41 gebouwen, waar bijna 15.000 mensen wonen, van 890.000 liter water per dag. De bron zou voor dertig jaar water kunnen leveren.

Deze laatste bron kostte 50.000 dollar. Duque wil er nog zeven slaan, maar dat levert problemen op. Er moet betaald worden in buitenlandse valuta, terwijl de belasting binnenkomt in de lokale valuta, de bolivar. Die daalt elke dag verder in waarde.

Het nieuws over de activiteiten in Chacao verspreidde zich al snel naar andere stadsdelen, zoals Baruta en El Hatillo in het oosten. Deze stadsdelen worden bestuurd door burgemeesters met sympathieën voor de oppositie, die als onafhankelijken werden verkozen. Ook zij boorden diverse bronnen aan.

Vervuild water

Het aanboren van een bron pakt niet altijd goed uit. In het oude Vargasziekenhuis in centraal-Caracas werd bijvoorbeeld een bron geboord met vervuild water. De vervuiling bleek te komen door de benzine die jarenlang gelekt was bij een nabijgelegen tankstation.

Dat er nu ook water uit private bronnen komt, is in feite een soort privatisering van een publieke dienst. Het leidt tot ongelijkheid.

Jean Paul Regnault, ingenieur bij het bedrijf Regleef, zegt dat het belangrijk is eerst goed onderzoek te doen naar de locatie waar geboord wordt. ‘In de heuvels van de Ávilaberg hebben we water gevonden op 9 meter diepte’, zegt hij. ‘Op 15 meter diepte zit misschien een grote hoeveelheid, maar we moeten niet overhaast te werk gaan en nagaan hoe we water kunnen winnen zonder de omgeving aan te tasten.’

Met het aanboren van een bron is alles niet opgelost. Een bron moet ook onderhouden worden. In het complex waar Ronny Castro woont, betaalt elk huishouden hiervoor 100 dollar per jaar.

Privatisering

Dat er nu ook water uit private bronnen komt, is in feite een soort privatisering van een publieke dienst. Het leidt ook tot ongelijkheid tussen mensen die zich dit kunnen veroorloven en degenen die dat niet kunnen.

Voormalig Hidrocapitalbestuurder José María De Viana waarschuwt voor te haastige actie, gebrek aan ervaring en geldgebrek, waardoor het geleverde water wellicht niet schoon is. Ook maakt hij kanttekeningen bij de hoeveelheid water die ondergrondse lagen kunnen leveren. Volgens hem kan de “rijke waterlaag” van de Ávilaberg minder water leveren dan de hoofdstad nodig heeft.

‘Voor een permanent systeem voor iedereen zal leidingwater uit reservoirs altijd nodig blijven’, zegt de ex-bestuurder van het staatbedrijf. ‘Dat systeem werkt nu niet goed’, geeft hij toe, ‘maar binnen de twee jaar kan het hersteld worden.’