Zeldzame neushoorns doen het opvallend goed

De Indische, zwarte en Javaanse neushoorn zijn aan een opvallende remonte bezig. Maar tegelijk blijkt dat het aantal witte en Sumatraanse neushoorns verder krimpt. In Afrika neemt stroperij ook weer toe na een daling in 2020.

De populatie Indische neushoorns in India en Nepal die begin vorige eeuw nog amper 100 exemplaren telde, is nu opnieuw gegroeid tot meer dan 3700, blijkt uit het jaarlijkse rapport van de International Rhino Foundation (IRF).

Dat is te danken aan strikte bescherming door de overheid in beide landen. Vooral in Nepal is de heropleving opvallend: er leven nu 752 dieren, een toename met 107 tegenover 2015.

‘De gestage groei van de populatie is bemoedigend en het resultaat van een geweldige samenwerking tussen de regeringen in beide landen, lokale en internationale organisaties, en de lokale bevolking, die de neushoorns als nationale schatten beschouwt’, zegt Nina Fascione, directeur van de IRF.

Ook de Javaanse neushoorn, die enkel nog voorkomt in het Ujung Kulon National Park in Indonesië, doet het goed: de populatie groeide er in tien jaar tijd van 50 tot 75 dieren.

Sumatraanse en witte neushoorn

Maar de Sumatraanse neushoorn, de kleinste soort, blijft verder achteruit gaan door verlies van leefgebied en fragmentatie.

Ook de populatie van de witte neushoorn in Afrika blijft krimpen onder druk van stroperij. De huidige officiële schatting is ongeveer 18.000 exemplaren, wat neerkomt op een afname van 12 procent in tien jaar tijd. In het wereldberoemde Krugerpark in Zuid-Afrika daalde de populatie zelfs van 10.651 tot 3549 dieren in amper acht jaar tijd.

In 2020 werd er nochtans minder gestroopt, voornamelijk als gevolg van de reisbeperkingen en lockdownmaatregelen door de pandemie. Maar Zuid-Afrika meldde in de eerste helft van dit jaar opnieuw meer stroperij.

De zwarte neushoorn, die zich nog steeds traag herstelt van zware stroperij sinds de jaren 1970, toont een bemoedigende comeback van 16 tot 17 procent in het voorbije decennium, met name in Kenia en Namibië. Hoewel de soort nog altijd te boek staat als kritiek bedreigd, telt ze nu meer dan 5600 dieren.