Ziekenhuizen bloeden leeg

Nieuws

Ziekenhuizen bloeden leeg

Sylvestre Tetchiada

17 augustus 2005

Doodbloeden is het nog niet, maar het verschil is niet groot, zegt Bernard Kouleu, een 45-jarige arts van het universitair ziekenhuis (CHU) in Yaoundé. Elk jaar verliezen de openbare ziekenhuizen in Kameroen een vijftal specialisten en een veelvoud aan ervaren artsen. De privé-sector en het buitenland betalen meer, en geneesheren moeten er niet naar de politieke pijpen van hun bazen dansen.

Het kan alleen maar erger worden, denkt Kouleu. Artsen verdienen te weinig en de werkomstandigheden zijn beneden alles. Kameroen betaalt artsen in de openbare ziekenhuizen gemiddeld 300 euro per maand. In de privé-sector verdienen dokters 400 tot 630 euro. Wie een functie bij een internationale gezondheidsinstelling in de wacht sleept of in Europa of de VS aan de slag kan, krijgt nog veel meer. In Kameroen zijn de lonen niet in verhouding tot de investering die artsen moeten doen, zucht Hyppolite Mouaffo, een assistent aan de universiteit Yaoundé II.

Het vertrek van artsen uit de openbare sector begon eind de jaren 80, en de stroom zwol in de loop van de jaren 90 aan. Er was steeds minder geld beschikbaar voor gezondheidszorg doordat Kameroen getroffen werd door de forse prijsdalingen van grondstoffen als cacao, waarvan het land in sterke mate afhankelijk is. Nu verdwijnen er niet meer zoveel artsen als in de jaren 90, maar het is steeds moeilijker vervangers te vinden voor de vertrekkers.

Onder de artsen die het in Kameroen voor bekeken houden, bevinden zich ook docenten van de medische faculteiten en ervaren chef-artsen die een centrale rol speelden in de grootste ziekenhuizen. Het zijn de besten van de besten die verdwijnen, klaagt Marie Ebendè, een jonge arts die stage loop in het Centraal Ziekenhuis van Yaoundé. Van chirurgie over gynaecologie tot radiologie : alle disciplines lijden onder de aanhoudende braindrain.

De lage lonen vormen niet de enige reden waarom artsen de openbare ziekenhuizen in Kameroen vaarwel zeggen. Ze klagen ook dat ze met verouderd materiaal en in slechte omstandigheden moeten werken. Wrijvingen met de hiërarchie vormen een andere reden om te vertrekken. Artsen die het hun bazen niet naar de zin maken, worden soms willekeurig overgeplaatst. Sommige ambtenaren van het ministerie van Gezondheid en ziekenhuisdirecteurs maken artsen het leven zuur als die hun politieke overtuiging niet delen.

De grootste angst voor veel Kameroense artsen is overplaatsing naar het platteland. De zeven grootste en best uitgeruste ziekenhuizen van Kameroen staan in de hoofdstad Yaoundé en het industrieel centrum Douala. In de provinciale ziekenhuizen, die eigenlijk de topinstellingen moeten ontlasten en patiënten een behandeling dichter bij huis mogelijk moeten maken, is het vaak zelfs zoeken naar de meest courante medische apparatuur. Maar twee van de negen provinciale ziekenhuizen hebben moderne anesthesie- en beademingsapparatuur. Vier ziekenhuizen kunnen geen echografie maken. Twee instellingen hebben geen radiografische afdeling en in drie ziekenhuizen zijn er geen kraambedden, somt Valérie Massina op, een ambtenaar van het ministerie van Gezondheid. Ze haalt haar informatie uit een rapport uit 2002 over de Gezondheidszorg in Kameroen.

Sommige privé-ziekenhuizen zijn beter uitgerust. Het Centraal Ziekenhuis in Yaoundé heeft nog maar vijf jaar een scanner, de grootste privé-ziekenhuizen werken er al langer dan tien jaar mee. Jacques Momo, de radioloog van de private instelling les Dauphins in Yaoundé, zegt dat hij de overstap van de openbare sector maakte om met degelijke apparatuur te kunnen werken. Maar het was geen gemakkelijke beslissing, zegt Momo. Ik kon me vroeger nooit voorstellen dat ik ooit in de privé-sector zou werken.

Kameroense artsen die voor het buitenland kiezen, vertrekken vooral naar Frankrijk, Engeland, Duitsland, Italië en de VS. Elke arts die naar het buitenland vertrekt, is een aderlating voor een arm land als Kameroen. Kameroen telde in 2004 amper één arts voor meer dan 9.000 inwoners. Het gemiddelde voor de ontwikkelingslanden is één arts voor iets minder dan 6.000 inwoners. (PD/MM)