Oxfam, CNCD en 11.11.11
“‘Economische belangen belangrijker dan mensenlevens in Durban’
De discussies over de resultaten van de klimaattop in Durban zijn volop aan de gang. Joke Schauvliege en Canada krijgen de volle laag. Maar over de concrete gevolgen van Durban voor het Zuiden wordt haast geen woord gerept. Oxfam, CNCD en 11.11.11 zijn daar verontwaardigd over en maakten een gezamenlijke analyse. Conclusie: economische belangen zijn voor de onderhandelaars voorgegaan op mensenlevens. De gevolgen zijn voor het Zuiden.
Een half miljoen mensenlevens. Daarover werd maandagochtend om vijf uur een akkoord bereikt. Met een vage Kyototekst, een globaal klimaatakkoord tegen ten vroegste 2020 (!) en veel openstaande financieringsvragen wordt duidelijk dat het Zuiden opnieuw de grootste verliezer is. Tegen 2030 zullen een half miljoen mensen het leven laten door de gevolgen van de klimaatverandering. Durban had hier geen oren naar.
Big business
De klimaatwereld staat op zijn kop. Kyoto overleeft Durban, maar komt zwaargewond uit de strijd. Rusland, Japan en Canada hebben al te kennen gegeven niet in een tweede Kyotoperiode te stappen Er is veel te doen over de zogenoemde ‘teerzanden ‘ of ‘oil sands’ van dit laatste land. Het naleven van Kyoto dat bindende reductiedoelstellingen oplegt, zou voor Canada enorme winsten in de weg staan en tot miljardenboetes leiden.
In Durban was er, na uren onderhandelen, wel eensgezindheid over de noodzaak van een globaal klimaatakkoord. Tegen ten vroegste 2020 zou dat akkoord in werking kunnen treden. Véél te laat om de opwarming van de aarde onder de 2 graden Celsius te houden. Voor grote economieën betekent dit een vrijgeleide voor business as usual.
Bovendien werden nieuwe marktmechanismen in het leven geroepen zonder de evaluatie van het Clean Development Mechanism (CDM). Beslissingen als deze zetten de deur wijd open voor het vermarkten van natuurlijke rijkdommen, essentieel voor de voedselzekerheid en het levensonderhoud van bevolkingsgroepen in ontwikkelingslanden.
Verder vulde men in Zuid-Afrika de concrete werking van het Green Climate Fund in. Met dit fonds zouden industrielanden de ontwikkelingslanden financieel helpen om zich te wapenen tegen de klimaatverandering. In Durban werd beslist dat de bedrijfswereld directe toegang krijgt tot het Groene Fonds via de ‘Private Sector Facility’. Maar multinationals zijn vooral geïnteresseerd in grootschalige, winstgevende projecten. Ze zullen amper investeren in domeinen waar de nood het hoogst is: loss and damages, klimaatvluchtelingen en adaptatie.
De rode draad in Durban is gemakkelijk samen te vatten: economische belangen kregen de overhand op het leven van miljoenen mensen. Dat het klimaatthema een gevoelig onderwerp is, werd alweer duidelijk in Durban. De klimaatproblematiek raakt immers aan een economisch model. Een model dat gebaseerd is op de verbranding van fossiele brandstoffen. Maar feit is dat slechts een kleine minderheid van dit model kan genieten. Een fundamenteel oneerlijke en onethische situatie. Het zijn dan ook de winnaars van dit model die het systeem in stand houden en op de rem staan voor échte ambitie.
Toch kunnen we ons afvragen of deze economische belangen wel degelijk de grote winnaar zijn in Durban. De economische kosten-batenanalyse van de klimaatverandering komt uit op een jaarlijks verlies van 125 miljard dollar. Door alles uit te stellen, verliezen we bovendien de mogelijkheid om tegen een redelijke kost iets te doen aan de klimaatverandering.
Gevolgen Zuiden
Met de beslissingen die in Durban werden genomen, is het onmogelijk om de opwarming van de aarde beneden de twee graden Celsius te houden. Alle strategische beslissingen en politiek correcte woordkeuzes van dit weekend doen niets af aan de realtiteit.
Een opwarming met twee graden Celsius zal het leven op aarde grondig wijzigen. Opwarming betekent onder andere meer muskieten, wat aanleiding zal geven tot knokkelkoorts en malaria. Voedselprijzen zullen stijgen en honger en dorst worden dagelijkse kost. Extreme neerslag, overstromingen en ga zo maar door. De slachtoffers in het Zuiden zullen oplopen. Vierhonderd miljoen extra mensen zullen elke dag honger lijden, drie miljard worden bedreigd door watertekort en in Afrika zullen 75 procent van de oogsten mislukken.
Volgens wetenschappers staat de deur nu open voor een opwarming van 3,5 graden. De gevolgen hiervan zullen ongekend zijn. Het IPCC waarschuwde ons al voor extremere weerstoestanden. Dat zal onder andere een enorme impact hebben op oogsten en voedselprijzen. Met alle gevolgen vandien. Vandaag tellen we 300.000 doden per jaar door klimaatgerelateerde natuurrampen (hittegolven, overstromingen, stormen en bosbranden). In 2030 gaan we naar een stijging naar 500.000 doden. Die doden staan na de teleurstellende beslissingen in Durban zo goed als vast. Bovendien blijft de klimaatverandering niet langer een ‘ver-van-mijn-bed-show’ voor het Noorden. Volgens WHO stierven in Europa 44.000 mensen als gevolg van de Europese hittegolf in 2003. Cijfers die met de huidige ‘ambities’ alleen maar zullen oplopen.
Onverschilligheid
Wanneer vandaag in een oorlogscontext of terroristische context slachtoffers vallen, reageert de wereldgemeenschap met ongeloof en verontwaardiging. Terecht. Toch stellen wij ons de vraag waarom niet op dezelfde manier gereageerd wordt als het gaat over klimaatslachtoffers. Is een oorlogsdode minder erg dan een klimaatdode? Cru, maar wel waarheid. Daarom kunnen en mogen we ons vandaag niet neerleggen bij de klimaatmoeheid en de politieke blindheid voor het probleem. We ijveren ervoor een einde te maken aan de klimaatonverschilligheid die er vandaag heerst op politiek niveau. Politieke beslissingen worden vandaag genomen op basis van economische belangen. Mensenlevens zijn blijkbaar minder waard. Dit kan uiteraard niet.
Het is absoluut nodig dat de EU, België en Vlaanderen meer klimaatambitie aan de dag leggen. Het Waals en Brussels Hoofdstedelijk Gewest en ook het recente Belgische regeerakkoord gaan voor een uitstootreductie van 30 procent. Het is hoog tijd dat ook Vlaanderen zich hierachter schaart. Idem voor Europa. Bovendien dient deze laatste een sterke positie in te nemen tegenover Canada. We manen Europa aan om de Canadese olie dan ook werkelijk buiten de EU te houden. Alleen op die manier kan Europa het klimaatleiderschap dat ze ambieert, ook werkelijk waarmaken.