Humaintair tussenkomen in Birma: goede bedoelingen, slechte herinneringen

Als er de voorbije decennia een gerechtvaardigde aanleiding was om humanitair te interveniëren, dan was het wel deze maand in Birma. Toch is het sturen van oorlogsbodems vol humanitaire goederen een twijfelachtig gebaar.
‘Het is nooit te laat om levens te redden’, zei Surin Pitsuwan half mei. Pitsuwan is secretaris-generaal van Asean, de vereniging van Zuidoost-Aziatische landen. Hij bedoelde: we moeten blijven proberen hulp tot bij de slachtoffers van de cycloon Nargis in Birma te krijgen, want elk leven dat gered wordt, is de inspanning waard. Maar het is natuurlijk wél snel te laat als mensen gewond zijn of als ze geen zuiver drinkwater hebben omdat het vee ligt te rotten in de rivier of op het ondergelopen veld. De klok tikt ongenadig als mensen geen eten hebben omdat hun voorraden weggespoeld zijn door een drieënhalve meter hoge vloedgolf. En de tijd is onverbiddelijk als slachtoffers verstoken blijven van hulp omdat de generaals schrik hebben van de blik en de ideeën van buitenlandse hulpverleners.
De obstructiepolitiek van de Birmese generaals bracht volgens hulporganisaties tussen anderhalf en tweeënhalf miljoen mensen in levensgevaar. In Rangoon waren enkele Birmezen zo wanhopig dat ze zelf een spandoek schilderden: ‘Wij vragen geen goud maar water.’ Een humanitaire hartekreet, zo lijkt het, maar tegelijk een uitzonderlijke, politieke daad in het dictatoriale Birma. Want goud in het Birmees is shwe en de sterke man van de militaire junta heet Than Shwe. U begrijpt het, en dat deden de autoriteiten ook. Neen, ze leverden geen drinkwater. Ze zorgden voor de onmiddellijke verwijdering van het spandoek. Half mei verklaarde de Birmese regering dat de eerste fase van de hulpverlening rond was –wat vierkant tegengesproken werd door iedereen, inclusief VN secretaris-generaal Ban Ki-Moon. Voor de heropbouwfase werden volgens The Irrawaddy al volop vette contracten uitgedeeld aan 43 bedrijven die gerund worden door vrienden en kenissen van de topmilitairen.
De Birmese generaals haalden het bloed onder de nagels van de internationale gemeenschap vandaan door hun kille, onmenselijke houding. De Franse buitenlandminister Bernard Kouchner probeerde de VN Veiligheidsraad zo ver te krijgen dat die de fameuze R2P –de verantwoordelijkheid om te beschermen– zou inroepen, waardoor een humanitaire interventie onder VN-auspiciën mogelijk zou worden. Frankrijk stuurde alvast zijn oorlogsbodem Mistral naar de kust voor Birma –volgeladen met een humanitaire vracht van 1000 ton, waarmee honderdduizend mensen gedurende twee weken gevoed kunnen worden, beklemtoonde de Franse regering. Gordon Brown ging in dezelfde richting toen hij op 17 mei zei dat de natuurramp in Birma door toedoen van de generaals uitgroeide tot een door mensen gemaakte catastrofe. Dat is de codetaal die binnen de Verenigde Naties nodig is om groen licht te krijgen voor een interventie. Ook de Britten stuurden met de HMS Westminster een oorlogsboot op humanitaire missie. Het Witte Huis sprak forse taal over het belang van ieder mensenleven en plaatste een deel van de Zevende Vloot –met helicopters, vliegtuigen, humanitaire voorraden en 11.000 soldaten– in de Baai van Bengalen. Dat Thaise en Indiase hulpverleners intussen wel werden toegelaten, werd nauwelijks gemeld.
Als er de voorbije decennia een gerechtvaardigde aanleiding was om humanitair te interveniëren, dan was het wel deze maand in Birma. Honderdduizenden kwetsbare en gekwetste mensen werden gegijzeld, terwijl drinkwater, dekens, tenten, plastic zeilen, rijst en medicatie klaarlagen om hun leed te verzachten. Een regime dat schrik heeft van hulp bij een natuurramp, vraagt om opzijgeschoven te worden. De reden waarom dat dan toch niet gebeurde, heeft alles te maken met het wantrouwen dat Frankrijk, Groot-Brittannië en de VS opwekken als ze voor de kusten van een derdewereldland verschijnen. Meer dan één Aziatische regering vreest dat een terechte tussenkomst vandaag in Birma straks gebruikt zal worden als opstap voor een interventie in eigen land. Indien de westerse machten zich in de dagelijkse geopolitiek minder imperialistisch zouden gedragen, was het vertrouwen in hun humanitaire argumenten veel geloofwaardiger. De mensheid zou er tweemaal wel bij varen.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.