Baram Maro
“‘‘De Koerdische leider Massoud Barzani draagt een verpletterende verantwoordelijkheid voor de val van Kirkoek’’
Het Iraakse leger lanceerde een offensief tegen Kirkoek, de strategisch gelegen oliestad in het noorden van Irak. Sinds twee jaar stevig onder controle van de Koerden, maar gevallen op een dag. Hoe is dit kunnen gebeuren? Eén man draagt een verpletterende verantwoordelijkheid: de president van de Koerdische Autonome Regio, Massoud Barzani.
De Koerdische vlag wordt over een van de gebouwen van de citadel van Kirkuk gedrapeerd tijdens het Koerdische nieuwjaarsfeest, Newroz.
© Baram Maro
Massoud Barzani wees voor het gevaarlijke onafhankelijkheidsreferendum van 25 september een aantrekkelijk voorstel van de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en de Verenigde Naties af.
Om zijn populariteit en macht op te krikken als “historische leider” – hij klampt zich al drie jaar na afloop van zijn mandaat vast aan de macht – ging hij toch door met het referendum ondanks openlijke bedreigingen van Iran en Turkije.
Gevolg: Iran en Turkije zijn nu de drijvende krachten achter de aanval van het Iraakse leger op Kirkoek, en de Koerden verliezen een hard bevochten droom op amper een dag.
Een paar dagen voor de aanval stuurde Barzani bovendien een ondertekende brief naar de Iraakse premier Haider al-Abadi, om te laten weten dat hij akkoord zou gaan om het Iraakse leger terug naar Kirkoek te halen.
De Peshmerga’s die de stad verdedigden vroegen meer wapens en munitie aan het ministerie van Peshmerga’s. Barzani, opperbevelhebber van alle Koerdische eenheden, weigerde.
Gevolg: de Koerden konden de hard bevochten droom niet verdedigen. Hoe is het zover kunnen komen?
De politieke situatie in Iraaks Koerdistan is niet bepaald rooskleurig. De burgeroorlog van 1994 deelde het Koerdische grondgebied op in twee grote invloedssferen: de groene zone onder controle van de Patriottische Unie van Koerdistan (PUK) onder leiding van de op 3 oktober overleden Jalal Talabani, en de gele zone onder controle van de Koerdische Democratische Partij (KDP) onder leiding van Massoud Barzani.
Omdat het Koerdisch parlement in de gele zone ligt en de KDP de meerderheid behaalde in de laatste parlementsverkiezingen, liggen alle sleutels en hoge posten in hun handen. Ook de wapenleveringen voor de oorlog tegen IS gebeurden via de in de gele zone gelegen hoofdstad Erbil.
KDP houdt de wapens achter omdat zij PUK geen militaire overwinningen wil zien boeken. Nochtans leidden de Peshmerga’s gelieerd aan de PUK het grootste deel van de offensieven tegen IS.In 2014 nam IS op korte tijd de steden Mosoel en Tikrit in. In beide steden sloeg het Iraakse leger massaal op de vlucht en liet de gebieden onder de controle komen van IS. Toen IS ook Kirkoek dreigde in te nemen, nog onder de controle van het deserterende Iraakse leger, werden ze enkele kilometers buiten de stad tegengehouden door de Koerdische Peshmerga’s onder leiding van de Patriottische Unie van Koerdistan (PUK).
Sindsdien werd IS steeds verder van de stad verdreven met de hulp van de internationale coalitie en PKK-strijders die vanaf het begin hun troepen stuurden om de stad te verdedigen.
Koerdische strijders konden de stad verdedigen en vestigden er ook politieke en administratieve controle. Honderden doden later werden de Koerden er van beschuldigd dat ze de stad overnamen om de olie en gasvelden te controleren. Maar Kirkoek is voor de Koerden evengoed een culturele droom, de ziel van een groter Koerdistan.
Iedere Koerdische strijder verklaarde trots dat hij of zij vocht om de stad en haar inwoners te beschermen, los van etniciteit of religie.
Buiten Kirkoek werden ook andere betwiste gebieden en steden, die onder Saddam Hoessein werden gearabiseerd, opnieuw onder de controle van de Koerden gebracht volgens de historische grenzen van Zuid-Koerdistan.
De centrale regering in Bagdad ziet Kirkoek als deel van Irak, niet van Koerdistan. Het conflict tussen Irak en de Koerden om Kirkoek, sliep. Er was immers een gemeenschappelijke vijand: IS. De Koerdische Peshmerga vochten zelfs samen met de Iraakse sjiitische milities en het Iraakse leger tegen IS. Nu zijn, zoals lang voorspeld, het Iraakse leger en de sjiitische milities tegen de Koerden beginnen vechten.
Het is opnieuw bijzonder triest dat Irak maar één taal kent om conflicten op te lossen: militair geweld. Maar de prangende situatie waarin de Koerden zich opnieuw bevinden, is evengoed het resultaat van het povere leiderschap en het machtsstreven van de Koerdische leider Massoud Barzani.
Het vuur dat de start van het Newroz-feest inhuldigt en als cultureel symbool wordt aanzien wordt officieel aangestoken op de overblijfselen van de citadel van Kirkoek.
© Baram Maro
De escalatie
Barzani’s termijn als president van Iraaks Koerdistan is al ruim drie jaar verlopen. Hij weigerde zijn ambt af te staan omdat de oorlog tegen IS dit volgens hem “niet toestaat”. Dit leidde tot politieke spanningen tussen Koerdische politieke partijen.
Barzani’s KDP ontbond het parlement, dat pas in de week voor het referendum voor het eerst weer vergaderde. De oorlog tegen IS is inmiddels bijna afgerond en Barzani’s populariteit is enorm gedaald.
Hij zag zijn presidentschap op de helling staan en koos ervoor om olie op het vuur te gooien en een aankondiging voor een onafhankelijkheidsreferendum te doen om de spanningen opnieuw op te drijven.
Naarmate de geplande datum voor het referendum van 25 september dichterbij kwam, werd er van alle kanten aangedrongen om het referendum niet te houden. Bagdad dreigde ermee om militair in te grijpen als Barzani het referendum zou houden in de betwiste gebieden die onder Saddam Hoessein werden gearabiseerd. Dat zijn onder andere Kirkoek, Xanaqin en Diyala.
Turkije en Iran dreigden beiden met militaire en economische sancties. Last but not least: de Amerikanen zouden hun militaire en politieke steun voor de Koerden opschorten.
Als je de steun van machtige internationale bondgenoten op het spel zet voor je eigen positie, ben je het ambt van president niet waardig.
Als je bereid bent om de waardevolle steun van machtige internationale bondgenoten op het spel te zetten voor je eigen positie, dan speel je met vuur en ben je het ambt van president van Koerdistan niet waardig.
Meer nog: volgens interne bronnen legden de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en de Verenigde Naties een week voor het referendum een overeenkomst op tafel: als de Koerden het referendum definitief zouden schrappen, zou er over drie jaar onafhankelijkheid zijn. In tussentijd zou er onder toezicht van de Verenigde Naties een transitieperiode van start gaan en zouden er onderhandelingen plaatsvinden met de Iraakse regering en de buurlanden.
Toch drukte het Koerdisch parlement en vooral Massoud Barzani zijn wil door. Zijn vrees: dat hij niet de geschiedenis zou ingaan als de man die Koerdistan de onafhankelijkheid zou hebben bezorgd.
De reactie van Bagdad en de buurlanden lag in de lijn van de verwachtingen: er werd een verbod uitgevaardigd om nog te vliegen naar de luchthavens van Erbil en Sulaymania, Turkije en Iran sloten de grensovergangen met Koerdistan en hielden militaire oefeningen aan de grens. Barzani is mee verantwoordelijk voor deze zinloze escalatie.
Zicht op de hoofdstraat van Kirkoek.
© Baram Maro
De val van Kirkoek: razendsnel
Nadat het Iraakse leger samen met de sjiitische milities van al-Hasdh al-Shaabi, gecontroleerd door Iran, Hawija hadden veroverd op IS trokken ze verder richting Kirkoek. Ten zuiden van de stad verstevigden ze hun positie ter hoogte van Taza en Tuz Khurmatu. Afgelopen donderdag 12 oktober bleven ze hier gepositioneerd.
De grote media, een propagandamachine in handen van Barzani en zijn partij KDP, draaiden ondertussen op volle toeren. Ze verklaarden dat er “afgelopen weekend gevechten uitbraken na het sturen van duizenden strijders en militair materieel”. Maar volgens betrouwbare bronnen op het terrein was alles nog rustig in de loop van het weekend.
Barzani ging akkoord om het Iraakse leger naar Kirkoek te halen. Hij weigerde munitie te leveren aan Peshmerga’s van PUK die de stad verdedigden.
Vrijdag zat Wasta Rasul, een generaal van de Peshmerga’s verbonden aan PUK, urenlang samen met vertegenwoordigers van het Amerikaanse leger, die hem beloofden dat ze zouden ingrijpen als het Iraakse leger en al-Hashd al-Shaabi Kirkoek zouden aanvallen. De Amerikanen lieten de Koerden in de steek, voor de derde keer in de geschiedenis.
Eergisteren, zondag 15 oktober, werd er in het stadje Dokan ten westen van Sulaymania een belangrijke ontmoeting gehouden tussen de Fouad Mahsoum (de president van Irak), Massoud Barzani (de voorzitter van KDP) en Kosrat Rasul (de vertegenwoordiger van PUK).
Barzani schreef en stuurde een ondertekende brief via Mahsoum naar Haider al-Abadi, de premier van Irak, waarin stond dat hij akkoord zou gaan om het Iraakse leger en al-Hashd al-Shaabi terug naar de betwiste gebieden te laten komen, zoals voor de oorlog tegen IS.
Kosrat Rasul was niet akkoord met de inhoud van de brief en gaf zijn Peshmerga’s de opdracht om zich onmiddellijk naar Kirkoek te begeven om de stad bij een aanval te verdedigen.
In de nacht van 16 oktober begon het offensief tegen Kirkoek, na afloop van het ultimatum om de legerbasis K-1 en de olievelden in en rond de stad over te dragen aan het Iraakse leger. De gevechten braken uit om drie uur ’s nachts. Peshmerga’s gelieerd aan PUK vochten zes uur lang onafgebroken, terwijl de strijders gelieerd aan KDP de benen namen zonder een schot te lossen.
De guerrilla’s van PKK zijn ondergedoken in de stad. Ze zullen de bevolking mobiliseren om verzet te bieden.
De Peshmerga’s van PUK kwamen in moeilijkheden omdat ze snel door hun munitie heen zaten. Ze vroegen het ministerie van Peshmerga’s om er vanuit Erbil meer te sturen. Barzani, opperbevelhebber van alle Koerdische eenheden, weigerde. Hij riep het eerder vernoemde akkoord in.
De Peshmerga’s van PUK en vrijwilligers die niet op de hoogte waren van dit akkoord trokken zich terug naar de stad, waarna de KDP de PUK openlijk beschuldigde van verraad en omgekeerd.
Omwille van het tekort aan munitie en het bevel tot terugtrekking viel de stad in minder dan een dag in handen van het Iraakse leger en de sjiitische milities van al-Hashd al-Shaabi. De guerrilla’s die PKK stuurde, zijn ondergedoken in de stad. Ze zijn bezig met het mobiliseren van de lokale bevolking om verdere tegenstand te bieden.
Het onafhankelijkheidsreferendum: onverantwoord
Deze hele escalatie is een uitloper van de onafhankelijkheidsreferendum van 25 september 2017, dat nu uiterst onverantwoordelijk blijkt.
Ook zonder de dramatische situatie in Kirkoek was het referendum onverantwoordelijk. Sinds de oorlog met IS wordt de Koerdische regio geteisterd door een economische crisis. Corrupte politici vullen maar al te graag hun zakken, waardoor ambtenaren al maanden geen loon meer hebben ontvangen.
De Koerdische regering is voor de lonen op haar beurt afhankelijk van het budget dat de centrale Iraakse regering daarvoor uittrekt, 17% van de begroting. Deze betalingen worden sinds de oorlog tegen IS niet meer uitgekeerd. Ruim driekwart van de bevolking werkt voor de Koerdische overheid.
Sinds 2005 werden bovendien amper buitenlandse bedrijven aangetrokken die jobs genereren. De situatie is ronduit wanhopig voor de gewone burger.
Koerdistan wordt omringd door vijanden die de regio na een maand op de knieën kunnen krijgen. Politici zijn constant met elkaar in conflict en de economische situatie is erbarmelijk. Een verantwoordelijke regering zorgt eerst voor voedsel, veiligheid, zekerheid en stabiliteit en gaat dan onderhandelen over onafhankelijkheid, zonder een referendum.
Gezien de chaotische politieke, economische en militaire situatie waarin Iraaks Koerdistan zich momenteel bevindt, was de organisatie van een onafhankelijkheidsreferendum op zijn zachtst gezegd een roekeloze beslissing.
Een verantwoordelijke regering zorgt eerst voor voedsel, veiligheid, zekerheid en stabiliteit en gaat dan onderhandelen over onafhankelijkheid.
Zo’n referendum moet bovendien aan bepaalde voorwaarden voldoen, zoals het referendum in Schotland in 2014. Het parlement moet voorbereidingsmaatregelen treffen, de bevolking in detail informeren over de eventuele gevolgen van een ja- of een nee-stem.
Het parlement moet een gedetailleerd draaiboek maken voor een transitieperiode, een politiek kader opstellen met nieuwe wetten die zullen ingaan vanaf het moment dat een meerderheid behaald is, onderhandelingen moeten gebeuren met het land waarvan men wilt afscheuren en het politiek en economisch klimaat moet zo optimaal mogelijk zijn.
Al deze maatregelen konden in het geval van het Koerdisch onafhankelijkheidsreferendum niet worden uitgevoerd omdat het parlement tot een week voor het referendum lam lag.
Ondertussen voerde Turkije haar luchtaanvallen in het Qandil-gebergte en net over de grens op, waar de Koerdische Arbeidserpartij (PKK) actief zou zijn. In werkelijkheid werden er enkel dorpen gebombardeerd en burgerslachtoffers gemaakt.
De oorlog tussen de Turkse regering en PKK laaide na enkele jaren van wapenstilstand in alle hevigheid weer op in 2015 en sindsdien worden er regelmatig bombardementen uitgevoerd op Qandil, waar PKK hun hoofdkwartier heeft.
Aangezien PKK diep ingegraven zit in de bergen en amper in de dorpen komt is het de lokale bevolking die de vergeldingen moeten ondergaan. Sinds het referendum van 25 september is het echter de PKK die de grens met Iraaks Koerdistan bewaakt tegen een mogelijke Turkse invasie.
Ook stuurde PKK in de nasleep van het referendum enkele duizenden strijders naar Kirkoek ter ondersteuning van de Peshmerga’s, als voorzorgsmaatregel moest het Iraakse leger een offensief beginnen om de stad terug onder zijn controle te krijgen.
De olie-industrie bij Kirkoek
© Baram Maro
Deze samenloop van omstandigheden maakt de situatie bijzonder complex. Niets is te wijten aan één gebeurtenis, alles hangt aan elkaar en is een gevolg van de dynamiek van machtspelletjes sinds het begin van de oorlog tegen IS en ervoor.
Irak kwam in een neerwaartse spiraal terecht toen de onlangs overleden Jalal Talabani, één van de grootste Koerdische leiders ooit en president van Irak na Saddam Hoessein, een beroerte kreeg en buiten spel werd gezet. Hij was de lijm die Irak en haar verschillende etnische groepen bij elkaar hield en de diplomaat die het land nodig had om niet uit elkaar te vallen.
De moraal van de Koerden heeft met dit verlies een gigantische deuk gekregen.
De achilleshiel van de Koerden is altijd de interne politiek geweest. Militair hebben ze hun kracht bewezen, maar politiek zijn ze zo vereeld dat ze elke keer weer schaakmat worden gezet. Dit hebben de Koerdische leiders met de val van Kirkoek weer maar eens bevestigd. Het volk blijft opnieuw in de kou staan.
De toekomst ziet er voor Iraaks Koerdistan somber uit. Het volk moet wakker worden van wat het zojuist werd aangedaan. De kater zal er eentje zijn van politieke strijd en de hernieuwde kans op een interne burgeroorlog.
De moraal van de Koerden heeft met dit verlies een gigantische deuk gekregen en er wordt nu al volop met de vingers naar elkaar gewezen. De leiders van PUK moeten het ontgelden in de media, maar een groot deel van de verantwoordelijkheid is terug te leiden tot Massoud Barzani.
Baram Maro is fotograaf en auteur van het binnenkort te verschijnen boek “Wij zijn Peshmerga’s: Van vader op zoon”. Het boek vertelt het leven van zijn vader, die Peshmerga was bij PUK, en zijn persoonlijke ervaringen tijdens de oorlog tegen IS.
Update dinsdag 17 oktober, 23:05. Wasta Rasul, de generaal van de Peshmerga’s verbonden aan PUK, gaf juist met alle bevelhebbers aan het front een persconferentie. Hij zei dat niemand van hen op de hoogte was van de bevelen van de opperbevelhebber Barzani om het Iraakse leger door te laten. De Peshmerga’s hadden eerder het bevel gekregen om iedereen die naar de stad kwam, tegen te houden. Het Iraakse leger en de sjiitische milities gingen er van uit dat Barzani alle Koerdische troepen had ingelicht en kwamen naar Kirkoek. Maar de Peshmerga’s begonnen zich te verdedigden. Wat later trok PUK zich terug om een bloedbad in het centrum van de stad te vermijden en de gevluchte burgerbevolking te laten terugkeren naar hun huizen. De administratieve controle is niet veranderd. Het lokale politiek bestuur blijft in meerderheid Koerdisch, zoals democratisch gestemd door het volk. De politie en veiligheidstroepen blijven lokaal bestuurd en samengesteld alsof er niets veranderd is. De hoofdcommissaris vervult nog altijd zijn functie om de veiligheid van de stad en provincie te waarborgen. Enkel de militaire controle is veranderd van de Peshmerga’s naar het Iraakse leger. Het Iraakse leger vestigt zich buiten de stad in de K-1 legerbasis waar tot een paar dagen geleden nog de Peshmerga’s gestationeerd waren. De sjiitische milities waren even in de stad, maar moeten normaal de komende dagen allemaal de stad verlaten. De olievelden gaan terug naar Bagdad en de ambtenaren krijgen hun lonen. Voor het volk en om een oorlog te vermijden is dit een goede regeling, maar de interne politieke spanningen blijven een groot probleem. Dit had diplomatisch en via dialoog kunnen opgelost worden, maar doordat de opperbevelhebber Barzani zijn troepen en bevelhebbers niet inlichtte is het tot zinloos verlies van levens gekomen: 84 doden en 200 gewonden. De sjiitische milities verloren nog meer strijders.