Waardig werk in Ikea Gent?

Attac Vlaanderen

10 december 2008
Opinie

Waardig werk in Ikea Gent?

Ikea is populair vanwege het veelzijdige en betaalbare assortiment. Maar Van maatschappelijk verantwoord ondernemen hebben ze bij IKEA weinig of geen kaas gegeten. Het bedrijf ontwijkt de belastingen internationaal op grote schaal, en met de arbeidsomstandigheden bij de toeleveranciers is het slecht gesteld.

Ze gaan intussen prat op hun ecologische voetafdruk door de milieuvriendelijkheid van de nieuwe winkel in Gent. Dat een meerderheid aan producten vervaardigd wordt in lageloonlanden en een zeer verre reis met grote ecologische voetafdruk moeten ondernemen om tot bij de consument te geraken wordt niet berekend.
SOMO, een Nederlands adviesbureau dat onderzoek doet naar de gevolgen van het bedrijfsbeleid van multinationale ondernemingen onderzocht “het maatschappelijk verantwoord ondernemen” van IKEA. “Met haar agressieve methode van belastingontwijking is IKEA op de tweede plaats geëindigd in de verkiezing van de Public Eye Global Award 2007”.  Deze prijs wordt jaarlijks uitgereikt aan bedrijven die zeer slecht scoren op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Het onderzoek toont aan dat IKEA ieder jaar meer dan 100 miljoen euro aan belastingen weet te ontlopen.
SOMO: “Via een Nederlandse stichting en verschillende Nederlandse bedrijven wordt een aanzienlijk deel van de winst weggesluisd naar Luxemburg en de Nederlandse Antillen, waar er nauwelijks belasting over geheven wordt.” Meubelconcern Ikea is sinds 1982 in handen van de Nederlandse stichting Ingka. We kunnen veel kritiek uiten op de Bill Gates Foundation, maar een zaak staat vast: de Gates Foundation doneert jaarlijks miljoen dollar voor de bestrijding van honger en ziektes in de armste landen. Volgens de statuten van de Ingka Stichting ondersteunt de stichting “projecten op het gebied van meubelontwerpen en binnenhuisarchitectuur”.
Hoeveel de stichting doneert en aan welke doelen valt echter niet te achterhalen, omdat de stichting niet verplicht is dat openbaar te maken. De Bill en Melinda Gates Foundation beheert 26,9 miljard dollar, de Ingka Stichting 36 miljard dollar. Dat maakt de Ingka Stichting de grootste private liefdadigheidsorganisatie. Alleen de “liefdadigheid” ontbreekt. “Tegelijkertijd sluist Ikea via een wirwar van vennootschappen een groot deel van de winst naar Curaçao (Nederlandse Antillen), dat bekend is als een belastingparadijs.”

150 miljoen bezoekers

Met haar 235 vestigingen in 40 landen genereert Ikea wereldwijd een omzet van ruim 21,2 miljard euro IKEA ontstond ruim 50 jaar geleden in Zweden. Eigenaar en oprichter Ingmar Kamprad (nu 75) bezit sinds enkele jaren ook honderd Habitat-winkels in Engeland. Hij geldt als een van de rijkste Europeanen. Jaarlijks bezoeken ruim 150 miljoen mensen een IKEA-zaak.
Ingvar Kamprad is sinds twaalf jaar geen president-directeur meer van het IKEA-concern, maar via zijn stichtingen behoudt hij de IKEA groep voor de familie ook na zijn dood en de fiscale constructies via belastingparadijzen legt hem ook geen windeieren. Het IKEA-hoofdkantoor is gevestigd in Denemarken. Kamprad zelf woont —  meer dan waarschijnlijk om fiscale redenen maar officieel voor de gezonde lucht — niet meer in Zweden, maar in het Zwitserse Lausanne. Zijn bedrijf bestaat uit drie onderdelen: de IKEA-groep (die de winkels beheert), Inter-IKEA (waarin handelsmerk en copyright zijn ondergebracht) en de beleggingspoot Ikano (tevens eigenaar van de Habitat-groep).

72 uur per week werken

Een andere recente studie van SOMO toont aan dat het slecht gesteld is met de arbeidsomstandigheden in de fabrieken van de toeleveranciers van IKEA. Arbeiders in Bangladesh werken bijvoorbeeld vaak meer dan 72 uur per week, worden slecht betaald en mogen zich niet in een vakbond organiseren. Ook in Vietnam vinden dit soort praktijken plaats. Deze bevindingen staan in schril contrast met de mooie woorden waarmee het bedrijf haar gedragscode heeft opgesteld: 
SOMO: “IKEA vindt dat zij alleen goede zaken kan doen met leveranciers die zorgen voor goede arbeidsomstandigheden en rekening houden met het milieu. Daarom hebben wij in 2000 een gedragscode opgesteld onder de naam ‘The IKEA Way on Purchasing Home Furnishing Products’.”(rapport over arbeidsomstandigheden bij toeleveringsbedrijven in Vietnam en Bangladesh te vinden op www.somo.nl)
IKEA is jarenlang in het nieuws geweest met verhalen over kinderarbeid voor het vervaardigen van hun “leuke” producten. In Nederland heeft de SP (Socialistische Partij) jarenlang actie gevoerd aan Ikeavestigingen tegen kinderarbeid.

Het Ikea-systeem

IKEA beweert geen producten meer te laten vervaardigen door kinderhanden maar ze willen de controle van die fabrikanten in eigen handen houden. Het IKEA-systeem werkt als volgt. IKEA geeft een fabrikant zóveel opdrachten dat die extra personeel aanneemt, geld leent voor uitbreiding en andere afnemers afstoot. Als de fabrikant eenmaal flink in de schulden zit en IKEA zijn enige afnemer is, dán begint de manipulatie. Ondanks contracten eist IKEA extra kortingen van twintig, dertig procent.
Weigert de fabrikant, dan krijgt hij geen opdrachten meer en riskeert hij een faillissement. Hij moet maar zien nóg goedkoper te produceren. Op de kosten van gebouwen, elektriciteit, water, afschrijvingen, transport en grondstoffen valt niet te beknibbelen. Dus moet de fabrikant wel bezuinigen op arbeid. Dit betekent dat de lonen van de arbeiders verlaagd worden. Wie niet akkoord gaat, kan vertrekken.
Vakbonden worden buiten de deur gehouden. Daar komt bij, dat de arbeiders vaak volledig afhankelijk zijn van de fabrikant. Hele families worden uit een andere regio overgehaald om te verhuizen naar het dorp waar de fabriek staat. Noodgedwongen wonen die mensen vaak in de fabriek of op het terrein. Als ze klagen over het lage loon, suggereert de fabriekseigenaar dat hun kinderen ook kunnen werken.
Tot vandaag is de controle over het aanwenden van kinderarbeid (het tegendeel van “waardig werk”) niet waterdicht in de toeleveringsbedrijven in Rusland, Vietnam en Bangladesh.
Volgens de Oost-Vlaamse afdeling van de ondernemersorganisatie Unizo zal de nieuwe vestiging van de Zweedse meubelgigant Ikea in Gent 200 tot 400 jobs kosten. Dat jobverlies komt er volgens Unizo omdat niet alleen de bestaande meubelhandels in de regio getroffen zullen worden. “Met hen verliest ook de Belgische meubelindustrie een afnemer. Ikea koopt immers niet bij de Belgische meubelindustrie”. IKEA Gent zal 450 mensen tewerkstellen (waaronder de 200 werknemers die in de vestiging in Ternat werkten die de deuren gesloten heeft).

Lintjes knippen

Wij begrijpen heel goed de bekommernissen van de Gentse burgemeester en schepencollege over werkgelegenheid in het Gentse maar blijven van mening dat de politieke overheid bij de creatie van jobs veel meer in overweging moet nemen. Zoals de kritiek van UNIZO, maar ook de internationale kritiek over arbeidsomstandigheden en belastingontwijking. Want je kunt niet de ene week applaudisseren voor de actie “WAARDIG WERK” en de volgende week het lint doorknippen van een meubelgigant zonder kritische vragen te stellen.
Wij hopen dan ook dat de vakbondsafgevaardigden (IKEA is internationaal bekend geen liefhebben van de vakbonden en ondernemingsraden, vraag het maar aan hun vestigingen in Azië en Oost-Europa) en de politieke overheden en parlementairen IKEA eens kritisch onder de loep nemen.
Want temidden de financiële crisis, de energiecrisis, de ecologische crisis en de komende sociaal-economische crisis beleven we ook een diepe morele crisis. Die morele crisis tast het vertrouwen aan van burgers in politiek.
Om die morele crisis te overwinnen is het noodzakelijk dat politieke overheden morele overwegingen meer dan ooit een belangrijke plaats geven in hun sociale en economische beslissingen.
En inderdaad deze nieuwe Ikeawinkel wordt de milieuvriendelijkste en het succes is nu al verzekerd met de consumptieve feestdagen in aantocht, maar moest de keten nu ook nog arbeidsvriendelijk en belastingvriendelijk zijn dan was de morele meerwaarde groter.
Blijft toch de belangrijke kritiek van UNIZO: door de dominantie van grote ketens wordt onze lokale economie weggedrukt. Overheden met een echte blik op de toekomst zouden veel beter de lokale economie ondersteunen dan te knielen voor deze machtsmastodonten.