Klimaat- en infrastructuurproblemen teisteren Congolese megastad

Kinshasa tussen hoop en vrees: ‘Niemand weet of de volgende regenbui fataal zal zijn’

© Marlies Geyskens

Afval wordt gebruikt in de hoop de grond te verstevigen en erosie te voorkomen.

Met ruim 15 miljoen inwoners is Kinshasa de grootste stad van Congo. Tegen 2050 kan dat aantal zelfs bijna het dubbele zijn. De demografische explosie plaatst de bewoners van de megastad voor heel wat infrastructurele uitdagingen. Erosie, landverschuivingen en slecht onderhouden wegen zijn deel van het dagelijkse leven. ‘We vragen ons voortdurend af: kunnen we blijven of moeten we verhuizen?’

In het gewoel van toeterende taxi’s, busjes, scooters, voetgangers, straatverkopers, politie en wegonderbrekingen is de Congorivier een oase van rust en sereniteit in Kinshasa. ‘Kin la belle’, zoals de Congolese hoofdstad in de volksmond genoemd wordt, barstte de voorbije decennia uit zijn voegen. Het inwonersaantal nam maar liefst zo’n 35 keer toe.

‘Kinshasa was niet voorbereid op die demografische explosie’, vertelt Rombaut Vanda. Hij woont met zijn familie in Livulu, een wijk in Lemba, een van de 24 gemeenten van de Congolese hoofdstad. Zijn huis staat op de rand van een ravijn die ongeveer 30 meter diep is. De gapende kloof ontstond door de jaren heen als gevolg van hevige regenval, die erosie en landverschuivingen had veroorzaakt.

Slechts 6% van de wijken in Kinshasa is goed onderhouden.

‘In 2019 zag ik het huis van mijn overburen in het ravijn storten. Zij konden zich gelukkig tijdig in veiligheid brengen, maar er viel toen wel een tiental doden bij families die onderaan in het ravijn woonden’, zegt Vanda.

In december vorig jaar zorgden hevige regenval, modderstromen en landverschuivingen nog voor vele slachtoffers in enkele wijken van Kinshasa, waaronder Ngaliema, Mont Ngafula en Malueka. Volgens het Agence Congolaise Des Grands Travaux, de Congolese openbare dienst die instaat voor het beheer van infrastructuurprojecten, vielen er meer dan 162 slachtoffers.

© Marlies Geyskens

Rombaut Vanda woont met zijn familie vlak naast het ravijn in Livulu.

Bouwen op afval

‘Na de Congolese onafhankelijkheid in 1960 verhuisden vele mensen uit rurale gebieden naar de hoofdstad, op zoek naar werk en veiligheid’, vertelt Vanda. De stad is vervolgens in korte tijd ontzettend gegroeid, maar de infrastructuurvoorzieningen en -planning waren er niet op afgestemd.

Slechts 6% van Kinshasa heeft geplande en goed onderhouden wijken, blijkt uit een rapport van het Institute of Economics & Peace, een onafhankelijke denktank. ‘Normaal gezien beslist de overheid waar je mag bouwen, maar hier in Kinshasa gaat het omgekeerd. Mensen bouwen waar ze willen, zonder deftige nutsvoorzieningen. Daarna komt de overheid al dan niet controleren. Zelden past ze iets aan.’

‘We vragen ons voortdurend af: kunnen we blijven of moeten we verhuizen?’

Sinds 1970 begon men in Livulu bos te kappen om ruimte te maken voor huizen, legt Vanda uit. ‘Vroeger was alles rondom mij begroeid met bomen en planten. Om de kracht van het water af te remmen, zou de vegetatie moeten terugkomen.’ 

‘We hebben geprobeerd om eucalyptus te planten. Een deel daarvan ging tijdens het droogseizoen in vlammen op, een ander deel werd gestolen.’

De erosie komt steeds dichterbij, ziet Vanda. ‘We hebben eigenlijk geen tijd om te wachten tot al het groen gegroeid is. Daarom kiezen we vooralsnog om te werken met afval. Boven op het afval gooien we zand en kolengruis, in de hoop dat het de grond verstevigt. Dat is zeker geen permanente oplossing, maar momenteel is dat het beste wat we kunnen doen.’

‘Niemand weet of de volgende regenbui fataal zal zijn en de grond onder ons huis meegesleurd wordt. Het is een zeer frustrerende situatie. We vragen ons voortdurend af: kunnen we blijven of moeten we verhuizen?’

© Marlies Geyskens

Door erosie en aardverschuivingen vormde zich in 2019 in Livulu een ravijn van 30 meter diep.

‘20 tonnen water’

Het tekort aan bomen en vegetatie is niet het enige probleem. Het ontbreekt de stad ook aan deftige waterafvoersystemen. ‘Onder het bewind van Mobutu, die in 1960 aan de macht kwam, hadden we ook al erosieproblemen’, getuigt Vanda. ‘Toen hebben we een groot stuk land kunnen recupereren door autokarkassen, keien en geel zand onder de grond te steken.’

Sinds de hevige regenval van 2019 is de situatie opnieuw verslechterd. ‘De regering komt dan eens kijken en maakt wat aantekeningen. Maar er gebeurt niets om de situatie te verbeteren.’

De afvoersystemen en goten in de stad zitten vaak vol met afval en schieten hun doel voorbij. Daarnaast is water- en elektriciteitsvoorziening een uitdaging door de beperkte stadsplanning. ‘We hebben sinds tien jaar geen kraantjeswater meer. Elke drie dagen kopen we 20 tonnen water van 25 liter om te koken en ons te wassen.’

© Marlies Geyskens

Vervuiling zorgt ervoor dat de luttele goten het regenwater onvoldoende kunnen afvoeren.

Klimaat- en infrastructuurproblemen

In de straat waar Rombaut en zijn familie wonen, bevindt zich het Institut Technique Médical Kikesa. Hier worden onder meer verpleegkundigen en vroedvrouwen opgeleid en krijgen ook jongeren met een lichamelijke beperking professionele ondersteuning.

‘We willen de klimaat- en infrastructuurproblemen aanpakken en de inclusie van jongeren met een fysieke beperking bevorderen.’

De school begon in 1968 als Centre Professionnel pour Handicapés Physiques. Ze werd opgericht door drie jonge Congolezen die na hun studie in België waren teruggekeerd naar hun moederland. 

Om de school financieel te ondersteunen zag in 2016 vzw Kikesa het licht, een samenwerking tussen professoren en studenten van de KU Leuven en de Universiteit van Kinshasa (UNIKIN). In combinatie met de aanwezige infrastructuurproblemen lijdt ook het centrum onder de hevige regenval en erosie, waardoor jongeren tijdens het regenseizoen de school vaak niet kunnen bereiken. Daarom zette de vzw een klimaatproject op poten dat vorig jaar voor het eerst subsidies kreeg.

‘Het was voor onze vzw belangrijk om een link te behouden met het Centre Professionnel pour Handicapés Physiques. Mensen met een fysieke beperking blijven onze grootste prioriteit’, vertelt Patrick Devlieger, professor aan de faculteit Sociale Wetenschappen aan de KU Leuven en lid van vzw Kikesa.

‘We willen niet alleen de klimaat- en infrastructuurproblemen in Livulu aanpakken, maar ook de inclusie van jongeren met een fysieke beperking bevorderen. Dat kan door werkgelegenheid te creëren voor de jongeren. Bijvoorbeeld voor de infrastructuurwerken om het regenwater te evacueren of om het ravijn te stabiliseren.’

© Marlies Geyskens

Een van de verwezenlijkingen van het klimaatproject van vwz Kikesa, waarbij water wordt geëvacueerd om de kans op erosie in te dijken.

Landkaart van putten

Wie beslist gebaat zou zijn met infrastructuurwerken is taxichauffeur René Kasela. Al elf jaar rijdt hij rond in de Congolese hoofdstad, waar de vele putten het verkeer bemoeilijken.

‘Onder taxichauffeurs zeggen we vaak: we moeten hier de landkaart van de putten kennen om vlot door de stad te kunnen bewegen. Het is bedoeld als grap, maar wel de harde realiteit’, getuigt Kasela.

‘We moeten hier als taxichauffeur de landkaart van de putten kennen om vlot door de stad te kunnen bewegen.’

Net zoals het tekort aan verharde en makkelijk toegankelijke secundaire wegen, zorgen de putten in de weg dagelijks voor grote files. In oktober 2021 lanceerde het ministerie van Infrastructuur en Openbare Werken daarom het project Zéro trou (nul putten).

Het project had de bedoeling om het wegennetwerk te verbeteren en meer secundaire wegen aan te leggen, in de hoop zo de verkeerssituatie te verbeteren.

‘Enkele straten en lanen werden inderdaad verhard, maar we zijn nu een jaar later en in veel van de aangepakte wegen zijn er al opnieuw putten te zien’, zegt Kasela. ‘Het probleem is dat die worden opgevuld zonder de oorzaken aan te pakken.’ 

Ik ben proMO*

 

Steun ons unieke non-profit mediaproject en word proMO*.

Je ontvangt ons magazine en geniet van een pak andere voordelen

Je maakt MO* mee mogelijk en steunt ons in onze missie.

Voor € 4,60/maand of € 60/jaar.

Ik word proMO*

Kasela verwijst naar goten die in de stad ontbreken. Daardoor kan het water tijdens het regenseizoen niet deftig wegvloeien. De sterke waterstromen die zich dan vormen, blijven liggen op de weg en maken putten. Daarnaast is de kwaliteit van het asfalt onvoldoende om lang stand te houden.

‘Sinds de stad exponentieel is gegroeid, rijden er veel meer auto’s’, zegt taxichauffeur Kasela. ‘De auto’s hebben een impact op de staat van de wegen en leiden tot files. Steeds meer mensen kiezen daarom voor een motorfiets. Vaak banen de bestuurders zich roekeloos een weg door het verkeer.’

‘In combinatie met de voetgangers, die niet altijd uitkijken waar ze wandelen of chauffeurs die hun eigen verkeersregels bepalen, maakt dat Kinshasa soms echt een jungle is om je in te verplaatsen.’

© Marlies Geyskens

Kinshasa kent grote verkeersopstoppingen door onverharde wegen en putten.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.