Is Planeet Plastic nog te voorkomen?

Volgens schattingen zit er in 2050 meer plastic dan vis in de oceaan. Tijd om uit te vinden of het nog mogelijk is om plasticvrij te leven anno 2017. MO* medewerker Hans Wetzels neemt de proef op de som. Dagboek van bescheiden overwinningen en kleine tegenslagen van een man die een maand plasticvrij leeft.

  • Ashley Basil CC BY 2.0 Ashley Basil CC BY 2.0

Het is dinsdagochtend en ik sta in de supermarkt. Binnensmonds vervloek ik de papieren broodzak die ik uit het rek pak en alsnog half uit plastic bestaat.

Broodbeleg dat niet in plastic verpakt zit is ook al zo lastig te vinden. Mijn voornemen om een maand lang plastic te mijden, blijkt lastiger dan gedacht.

Gelukkig heb ik in mijn jaszak nog een oude krant zitten. Daar kan ik mijn brood wel in wikkelen. Daarna moet ik door naar de kaasboer waar ik om een papieren zak kan vragen. Cashewnoten haal ik vervolgens tegen een lichte meerprijs bij de notenbar tegenover, plan ik.

Het kassameisje maakt ondertussen duidelijk dat ze mijn onverpakte (plasticvrije) brood vanwege hygiënereguleringen niet mag aanraken. Plastic mijden kost de postmoderne supermarktconsument toch wel wat tijd, geld en geduld, bedenk ik.

Planetair probleem

Plastic is sinds de Tweede Wereldoorlog zo gemeengoed geworden dat de meeste mensen er helemaal niet meer bij stilstaan hoeveel plastic we met zijn allen gebruiken. Volgens Amerikaanse wetenschappers is er sindsdien 8,3 miljard ton plastic geproduceerd, waarvan de helft in de afgelopen dertien jaar. In 2017 consumeert de wereld twintig maal meer plastic dan veertig jaar geleden.

‘Volgens Amerikaanse wetenschappers is er sinds 1945 8,3 miljard ton plastic geproduceerd, waarvan de helft in de afgelopen dertien jaar’

Maar ondertussen begint het grootste succes van plastic, de onverwoestbaarheid ervan, zich steeds meer te ontpoppen als een probleem van planetaire proporties.

Want plastic vergaat dus niet. Alle waterflessen, afwasteiltjes, yoghurtkuipjes, PET-flessen, tandenborstels, plastic boterhamzakjes en rietjes die ooit geproduceerd zijn, bestaan nog steeds.

Driekwart daarvan is plastic dat maar een keer gebruikt is en daarna weggegooid, becijferden drie Amerikaanse plasticonderzoekers in juli 2017 in het magazine Science Advances.

Een deel van al dat weggegooide plastic wordt gerecycleerd, in Europa is dat 30 procent, in China 25 procent en in de Verenigde Staten slechts 9 procent. De rest eindigt op vuilnisbelten of komt als zwerfafval in rivieren en uiteindelijk in zee terecht.

Plastic Free July

Daarom besloot een groep Australische activisten om vanaf 2011 jaarlijks de Plastic Free July campagne te organiseren. Zo willen ze consumenten aansporen zelf eens een maandje plastic te vermijden. Een prachtidee, denk ik terwijl ik met een te lange boodschappenlijst en een te leeg mandje door de supermarkt sjok.

Toiletpapier zit immers altijd in plastic, net als hummus en, in de meeste supermarkten, aardappels. In schoonmaakmiddelen, deodorant of tandpasta zitten dan weer microplastics en ook veel olijfolie zit niet meer in glazen maar in plastic flessen.

‘De hoeveelheid plastic afval die mensen zomaar achterlaten na een dag op het strand is verbazingwekkend’

Gelukkig zit de pesto die ik nodig heb voor het avondeten wel nog in glas. Maar een volgend probleem dient zich alweer aan. Alle pasta, noodzakelijk voor een pastaschotel, zit in plastic zakken. Mijn voornemen om een maand plasticvrij te leven, strandt na twee dagen met een diepe zucht.

‘Voor de meeste consumenten met drukke levens en beperkte financiële middelen is het extreem lastig om plastic geheel te vermijden’, stelt Vera Dalm van voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal me telefonisch gerust.

‘Als al die mensen al eens zouden besluiten om geen plastic zakken meer te kopen scheelt dat al een hoop. Maar helaas blijft de hoeveelheid plastic afval die mensen zomaar achterlaten na een stranddag verbazingwekkend. Gewoon je afval opruimen zodat het niet de zee inwaait, is ook al een belangrijke stap.’

Piepschuim

Die plasticvervuiling op zee staat de laatste tijd weer nadrukkelijker op de agenda. Via oceaanstromingen hoopt plastic zich op in patches en vindt het regelmatig zijn weg naar vissen- en vogelmagen.

Het meeste plastic in de oceaan is polystyreen, dit is een kunststof die gebruikt wordt voor uiteenlopende gebruiksvoorwerpen als frietbakjes, wegwerpbekertjes en piepschuim.

‘Via oceaanstromingen hoopt plastic zich op in patches en vindt het regelmatig zijn weg naar vissen- en vogelmagen’

Door natuurlijke golfslag en oceaanstromingen valt die polystyreen in triljoenen kleine deeltjes uit elkaar die dan niet meer te onderscheiden zijn van de plankton die veel vissen eten.

De eerste experimenten met kunststofproductie begonnen in de negentiende eeuw. Toen bandenfabrikant Charles Goodyear in 1907 ontdekte dat rubber als kunststof verbeterd kon worden, kreeg de productie ervan een eerste boost.

Door de introductie van de goedkope T-Ford een jaar later verveelvoudigde de vraag naar auto’s en banden razendsnel.

Pas toen chemiereuzen als BASF, Dow Chemical en in Nederland DSM na de Tweede Wereldoorlog op grote schaal kunststoffen begonnen te produceren, verspreidde het nieuwe materiaal zich als een olievlek.

Het Amerikaanse concern DuPont introduceerde in 1973 de nu welbekende PET-fles en maakte zo in één klap de verpakkingen voor cosmetica, vloeibare zepen, schoonmaakmiddelen en frisdranken -die dankzij het maïsoverschot in de VS zelf ook spotgoedkoop geproduceerd worden voor export- een stuk goedkoper.

Recyclen duurder

Al die verschillende soorten plastic hebben als belangrijkste gemene deler dat ze uit olie gemaakt worden en niet biologisch afbreekbaar zijn. Een bijkomend probleem is dat de grote chemische verschillen het recyclen ervan lastig maken. Zelfs een simpele fruitsalade is verpakt in zacht plastic voor het folie en harder materiaal voor het bakje.

Om geschikt te worden voor hergebruik moeten die plastics eerst gescheiden en daarna verhit worden. Dat kost niet alleen geld, maar vermindert ook de kwaliteit van het materiaal.

‘Verpakkingen produceren op basis van aardappelzetmeel of maïskolven is niet zoveel duurder, een broodje kaas in een biologisch afbreekbare verpakking kost de consument maar twee cent meer’

Daarom is het simpelweg verbranden van oude en produceren van nieuwe plastic vaak goedkoper dan recyclen, concluderen de Nederlandse economen Nillesen, Dijkgraaf, Gradus en Van Koppen begin 2015 in een door discussieforum Me Judice gepubliceerd onderzoeksrapport.

Overheidsbeleid moet volgens de auteurs dan ook toegespitst worden op het economisch interessant maken van recyclematerialen en het verlagen van de kosten die ophalen, scheiden en verwerken van plastics met zich meebrengen.

Maar ook de ontwikkeling van alternatieve, bioafbreekbare, verpakkingsmaterialen zou meer gestimuleerd moeten worden, vindt Vera Dalm.

‘Verpakkingen produceren op basis van aardappelzetmeel of maïskolven is helemaal niet zoveel duurder dan plastic. Maar veel bedrijven letten er alleen op hun productiekosten laag te houden en kiezen dan alsnog voor plastic, terwijl een broodje kaas in een biologisch afbreekbare verpakking de consument maar twee cent meer kost.’

Verouderd productiemodel

Het spatbord van mijn fiets is stuk en schuurt langs de voorband. Ik overweeg het te repareren met een tie-wrap. Maar tie-wraps zijn van plastic en ik besluit het hele ding los te sjorren en bij het oud ijzer te werpen.

‘Het huidige productiemodel stamt nog uit de Industriële Revolutie, toen grondstofvoorraden onuitputbaar leken en niemand had gehoord over klimaatverandering’

De slijtstof van alle fiets- en autobanden in Nederland en België speelt een belangrijke rol in mariene plasticvervuiling, weet ik nu. Bandenslijtsel is namelijk dermate fijn dat het niet door onze waterzuiveringsinstallaties wordt gefilterd en dus in zee terechtkomt.

Om dat te omzeilen stellen chemicus Michael Braungart en architect William McDonough in hun boek Cradle to cradle dat recyclen onvoldoende is om het mondiale plasticprobleem op te lossen. Volgens de twee auteurs moeten de productieprocessen zelf radicaal veranderen.

Het huidige productiemodel stamt volgens het tweetal nog uit de Industriële Revolutie, toen grondstofvoorraden onuitputbaar leken en niemand nog had gehoord over klimaatverandering, microplastics of kelderende visstanden.

Waarom kan er in de ontwerpfase van een product niet al rekening mee gehouden worden dat de (chemische) componenten na gebruik gescheiden moeten worden om ze weer als grondstof te kunnen gebruiken voor nieuwe producten? IJskuipjes hoeven immers niet eeuwenlang te blijven bestaan en schoenzolen kunnen evengoed zo ontworpen worden dat ze biologisch afbreekbaar zijn.

Smokkelen

Ik geef op en ik smokkel. De plastic verpakkingen komen op me af in de supermarkt. Ik verzin excuusjes om iets te kunnen kopen. Ik vraag tegen beter weten in aan vakkenvullers of ze champignons ook los verkopen terwijl ik op mijn klok zie dat de groenteman dat wel doet net dicht is.

‘Beschadigd voedsel weggooien heeft uiteindelijk een nadeliger milieueffect dan een klein beetje plastic gebruiken om het intact bij de consument te krijgen’

Tofu zonder plastic is helemaal onmogelijk te vinden. Vlees wel, bij de slager. Maar kiezen tussen vlees en plastic is voor een vegetariër als ik een Faustiaanse keuze.

Natuurlijk moeten consumenten letten op de hoeveelheid plastic die ze gebruiken in hun dagelijkse routine, nuanceert Dalm mijn frustratie.

‘Maar we leven ook in een 24-uurseconomie die erop is toegesneden dat alles altijd beschikbaar is. Producten als komkommers moeten hoe dan ook in plastic verpakt worden om ze goed te kunnen vervoeren. Beschadigd voedsel weggooien heeft uiteindelijk een nadeliger milieueffect dan een klein beetje plastic gebruiken om het intact bij de consument te krijgen.’

Kenia bant plastic tas

Enigszins gerustgesteld bestel ik in het station Amsterdam Centraal een kop koffie, weiger het plastic dekseltje en realiseer me te laat dat in het kopje zelf natuurlijk ook een dun laagje plastic verwerkt zit. Naast het bestek dat ik inmiddels in mijn tas bij me draag om plastic vorkjes te mijden moet ik misschien ook maar een koffiekop mee gaan nemen.

‘In Kenia is de productie en import van plastic tassen vanaf volgend jaar zelfs helemaal verboden’

Gelukkig ben ik niet de enige die probeert stappen vooruit te zetten. Vanaf 2018 doet supermarktketen Aldi plastic wegwerptassen in de ban en op Europees niveau wordt gesleuteld aan een richtlijn tegen microplastics in cosmetica.

Ook in Afrika nemen steeds meer landen maatregelen tegen de astronomische plasticvervuiling op het continent. In Kenia is de productie en import van plastic tassen vanaf volgend jaar zelfs helemaal verboden.

Ergens hoort plastic misschien wel een beetje bij een hyperproductieve en hypermobiele consumptiesamenleving, bedenk ik zittend op een druk station. Een bijkomend voordeel van plastic mijden, is dat een rondje maken langs de kaasboer, notenkraam en groenteman ook een veel aangenamere manier van boodschappen doen dan het dagelijkse spitsuur bij de supermarkt trotseren.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2789   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

  • Freelance journalist

    Hans Wetzels (Heerlen, 1982) is cultuurwetenschapper en freelance journalist. Hij schrijft over vrijhandel, ontwikkeling en het mondiale voedselsysteem.

Met de steun van

 2789  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.