Transnistrië, waar Lenin nog op zijn sokkel staat

Reportage

Transnistrië, waar Lenin nog op zijn sokkel staat

Transnistrië, waar Lenin nog op zijn sokkel staat
Transnistrië, waar Lenin nog op zijn sokkel staat

Nadat het Oekraïense schiereiland Krim voor onafhankelijkheid koos, zijn alle ogen nu gericht op Transnistrië. MO*journalist Kristof Clerix bezocht Moldaviës opstandige republiek in 2009. Lees hieronder de reportage.

Op een goed uur rijden van de Moldavische hoofdstad Chisinau doemt uit het niets een grenspost op die niet door de internationale gemeenschap wordt erkend. Een strook van vijftig meter niemandsland tussen koeienweien markeert de toegang tot de Pridnestrovische Moldavische Republiek, in de volksmond Transnistrië (letterlijk: ‘aan de andere kant van de Dnjestr-rivier’).

Kordaat maar zonder overdreven machtsvertoon controleren Russischsprekende grenswachters de identiteitspapieren van iedereen die de opstandige republiek in of uit wil. Rugzakken gaan open en digitale camera’s worden grondig geïnspecteerd –fotograferen is uit den boze aan deze “illegale” grensovergang.

Na een bloedig gewapend treffen dat zowat duizend mensenlevens eiste, scheurde Transnistrië (een langwerpige strook land niet groter dan twee keer de provincie Limburg, met een half miljoen inwoners) zich met de hulp van Russische militairen in 1992 af van Moldavië, dat toen net zelf de onafhankelijkheid had uitgeroepen.

Het is een scenario dat zich in verschillende ex-Sovjetrepublieken voltrok: de internationale gemeenschap had nog maar net een nieuw land erkend, of het werd alweer verscheurd door separatisme, vaak etnisch geïnspireerd. Het resultaat twee decennia later? Een reeks bevroren conflicten aan de oostgrens van Europa, van Nagorno-Karabach over Zuid-Ossetië en Abchazië tot Transnistrië.

Langs de weg van de grenspost naar de Transnistrische hoofdstad Tiraspol staan grote billboards met autoreclame. Meteen wordt duidelijk dat het cliché van Transnistrië als openlucht-Sovjetmuseum of communistische verzetshaard waar de tijd heeft stilgestaan niet helemaal klopt. Het straatbeeld wordt beheerst door het merk Sheriff: in Transnistrië heb je Sheriff-supermarkten, Sheriff-tankstations en een van de opvallendste gebouwen is het Sheriff-voetbalstadion.

Veelzeggend is dat FC Sheriff –dat al negen jaar na elkaar de landstitel wegkaapte en bijgevolg ook meedraait in de Champions League– gewoon meespeelt in de Moldavische voetbalcompetitie: er is best wel contact tussen de bevolkingsgroepen aan beide kanten van de Niëster. Wat de internationale diplomatie overigens doet hopen dat van alle bevroren conflicten Transnistrië het eenvoudigste is om op te lossen.

Rode Ster Tiraspol

Al evenzeer in het oog springen de symbolen uit lang vervlogen Sovjettijden. Overal in het centrum van Tiraspol prijkt het nationale embleem van Transnistrië, mét hamer en sikkel onder een rode ster. De naam van de belangrijkste straat, behalve een mekka voor Lada- en Volga-liefhebbers ook uiterst geschikt voor militaire parades, verwijst naar de Sovjetrevolutie van 25 oktober.

Aan weerszijden steken standbeelden van helden en historische figuren fel af tegen de blauwe lucht. Als kers op de taart: een metershoog standbeeld van Vladimir Iljitsj Oeljanov, alias kameraad Lenin, pal voor het parlementsgebouw.

‘Ik ben geen verdediger van de communistische ideologie, maar je moet de geschiedenis van je stad en staat met respect behandelen. In Transnistrië zie je zowel monumenten uit het Rusland van de tsaren als uit het moderne tijdperk. Als het volk de staatssymbolen van Transnistrië wil veranderen, kan het die wens uitdrukken. Spreekt de meerderheid zich daarvoor uit, dan moeten de politici de wetten over staatssymbolen veranderen. In sommige kringen is daarover discussie, maar de vraag is hier zeker geen prioriteit.’

Aan het woord is Jevgeni Sjevtsjoek, voorzitter van Transnistriës grootste partij, Vernieuwing, en tot voor kort ook parlementsvoorzitter. De jonge politicus met vlotte babbel en aimabele blik spreekt in het gebouw van de Opperste Sovjet een menigte journalisten uit Transnistrië én een tiental EU-landen toe. De persontmoeting, een initiatief van het European Journalism Centre in Brussel, past in een pr-strategie van meer transparantie en openheid tegenover het Westen.

Geen gebrek aan doemverhalen over Transnistrië als paradijs voor criminelen en draaischijf voor alles wat het daglicht niet mag zien.

De vragen van journalisten moesten op voorhand worden voorgelegd.

‘Onze ontmoetingen met de massamedia in dit formaat zijn intussen een traditie aan het worden’, glimlacht Sjevtsjoek. ‘Ik hoop dat ze tot een beter begrip leiden van de situatie in Transnistrië. In westerse media is er te weinig informatie voorhanden over deze republiek.’

Geen gebrek is er in ieder geval aan doemverhalen over Transnistrië als paradijs voor criminelen en draaischijf voor alles wat het daglicht niet mag zien. ‘Er is een propagandacampagne tegen ons gevoerd’, antwoordt Sjevtsjoek, en hij deelt een boekje uit getiteld Tien mythes over Transnistrië.

‘Om een staat te vernietigen, moet je zijn reputatie vernietigen. Moldavië beschuldigde Transnistrië er hardop van een plaats te zijn voor illegale wapenhandel en -productie, voor mensenhandel, illegale financiële stromen… De uitspraken trokken de aandacht van heel wat landen, vooral EU-lidstaten die geïnteresseerd zijn in een oplossing voor het conflict. Om te weten of die beschuldigingen kloppen, heeft Brussel de EUBAM-missie geïnstalleerd op de grens tussen Transnistrië en Oekraïne. Resultaat? De missie heeft niet één bewijs gevonden voor de beschuldigingen tegen Transnistrië.’

From Russia with love

‘Het uiteenvallen van de Sovjetunie is voor mij geen feestdag’, zegt Sjevtsjoek over de twintigste verjaardag van de val van de Berlijnse Muur. ‘Ten gevolge van die ontwikkeling zijn in de voormalige Sovjetunie een aantal bloedige conflicten uitgevochten. Verschrikkelijke oorlogen barstten los, ook op het grondgebied van Transnistrië. De onafhankelijkheidsstrijd was een antwoord van de mensen hier: ze wilden een zekere bescherming, want van de ene dag op de andere werden ze burgers van een andere staat.’

En dan verwijst Sjevtsjoek naar het Molotov-Ribbentroppact, waarmee de ministers van Buitenlandse Zaken onder Hitler en Stalin Oost-Europa in tweeën verdeelden. ‘Het huidige Transnistrië is toen toegevoegd aan Moldavië, een beslissing zonder instemming van de bevolking hier. De burgers willen dat historisch onrecht herstellen.’

Het is de kern van de Transnistrische onafhankelijkheidsstrijd: niet etnische afkomst onderscheidt Transnistrië (zowel in Transnistrië als Moldavië vind je een mix van Moldaviërs, Russen en Oekraïners) maar historische ontwikkelingen. Sjevtsjoek: ‘Ons doel om een onafhankelijke staat uit te bouwen is bevestigd door de wil van de burgers, en ook door onze grondwet. Dat is de officiële richting.’

Op een steenworp van het parlementsgebouw schudden de roemruchte Igor Smirnov, sinds 1991 onafgebroken president van Transnistrië, en de Russische president Dmitri Medvedev elkaar glimlachend de hand op een gigantische kleurenfoto. Aan de overkant van de straat, op de hoek van een populair restaurant, nagenoeg hetzelfde plaatje: Medvedev én premier Poetin, strakke blik vooruit, op de achtergrond de vlag van Rusland én het groen-rood van Transnistrië. Voor wie er nog aan twijfelt: Transnistrië en Rusland zijn de beste maatjes.

Rusland betaalt niet alleen mee voor de pensioenen en energierekening in de opstandige republiek, het heeft er ook militairen gelegerd. Enerzijds gaat het om Russische vredestroepen, aanwezig sinds het staakt-het-vuren van 1992, anderzijds om Russische soldaten die munitiedepots bewaken. Dat de Russische militaire aanwezigheid een uiterst gevoelig thema is, blijkt wanneer noch Sjevtsjoek, noch de Europese Unie, noch de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa daarover cijfers wil geven. Off the record hebben westerse diplomaten het over duizend tot tweeduizend Russische soldaten.

Sjevtsjoek: ‘De vredesoperatie in Transnistrië is een van de succesvolste ter wereld. De hier gestationeerde Russische vredeshandhavers zijn een van de belangrijkste factoren voor stabiliteit op ons grondgebied.’ Zelf onderhoudt Sjevtsjoek ook prima contacten met Moskou. Zijn partij Vernieuwing werkt nauw samen met Verenigd Rusland, de partij van Poetin en Medvedev.

‘Verenigd Rusland helpt ons om betere wetgevende beslissingen te nemen. In november nemen vertegenwoordigers van onze partij in Sint-Petersburg trouwens deel aan het congres van Verenigd Rusland.’

Voor Vlad Lupan is het geopolitieke belang van Transnistrië voor Rusland cruciaal om het bevroren conflict te begrijpen. Lupan heeft twaalf jaar als diplomaat voor Buitenlandse Zaken van Moldavië gewerkt en onderhandelde in die hoedanigheid met Transnistrië over een oplossing voor het conflict.

Lupan: ‘Moldavië is onbelangrijk als land. Het is heel klein en er zijn geen grondstoffen. Maar het ligt wel heel centraal op de grens van de EU en de Navo enerzijds, en de achtertuin van Rusland anderzijds. Rusland beschouwt het als zijn invloedssfeer, die het om psychologische redenen niet wil opgeven. Maar ook om geopolitieke redenen.’

‘Kijk naar Moldavië op de kaart, het ligt naast Oekraïne, waar Rusland sowieso invloed probeert uit te oefenen. Moldavië en Transnistrië zijn voor Rusland instrumenten binnen een geopolitieke context om te onderhandelen met de EU en de VS wanneer het gaat over energiebronnen en stabiliteit in de regio. Het is een vinger in de pap. Rusland zegt: wat krijg ik in de plaats als ik mijn vinger terugtrek? Dat is de kern.’

Volgens Lupan ligt de bevolking in Moldavië nauwelijks wakker van het conflict. ‘Amper vier procent van de Moldaviërs noemt de oplossing van het Transnistrië-conflict prioritair. Vier procent.’ Het gros van de bevolking vindt de aanpak van de economische malaise in het land veel dringender.

EU-perspectief

Met zijn verzorgde parkjes, brede lanen, splinternieuwe shoppingcentra, relaxte terrasjes en vrolijke inwoners doet niets op het eerste gezicht vermoeden dat Chisinau de hoofdstad is van het armste land van Europa. Maar schijn bedriegt. Op de index van menselijke ontwikkeling van het VN-Ontwikkelingsprogramma staat Moldavië op de 117de plaats, in het gezelschap van landen als Mongolië, Vietnam, Equatoriaal Guinea en Oezbekistan.

Moldavië is qua oppervlakte en bevolking vergelijkbaar met Albanië, maar het bnp is drie keer zo klein als dat van het sowieso al arme Balkanland. Niet werkloosheid is het probleem in Moldavië maar lage lonen. Een arts verdient 100 euro per maand, een hoogleraar aan de universiteit 80 euro, een grenswachter amper 50 euro. Geen wonder dat de bevolking de benen neemt.

Van de vier miljoen inwoners is de afgelopen decennia maar liefst één miljoen –al dan niet legaal– uit Moldavië weggetrokken. Achterblijvers –kinderen en gepensioneerden– leven van stortingen uit het buitenland, goed voor een derde tot veertig procent van het nationale inkomen van Moldavië. De afhankelijkheid daarvan maakt het land kwetsbaar, want in een economische crisis kunnen de inkomsten snel opdrogen – het afgelopen jaar slonken de stortingen met een derde.

‘We moeten zorgen voor een goed functionerende democratie en een hogere levensstandaard aan deze kant van de Dnjestr. Zo wordt Moldavië vanzelf aantrekkelijker voor de Transnistriërs’, zegt Victor Osipov, Moldavisch vicepremier en bevoegd voor het Transnistrië-dossier. Osipov beseft maar al te goed hoe groot die uitdaging is. De regering waar hij deel van uitmaakt is eind september aangetreden na een lang verkiezingsjaar dat de vredesonderhandelingen tussen Tiraspol en Chisinau zeker niet ten goede is gekomen.

Dé grote prioriteit van die regering, afgezien van de aanpak van de economische malaise en het Transnistrië-dossier, is de integratie van Moldavië in de Europese Unie. De coalitie van vier partijen onder premier Vlat Filat heet dan ook veelzeggend Alliantie voor Integratie in de EU. Lidmaatschap van de EU klinkt logisch als prikkel voor Transnistrië om opnieuw aan te sluiten bij Moldavië. Het probleem is echter dat Brussel er sinds de toetreding van Cyprus niet meer over denkt om landen met een onopgelost conflict nog toe te laten tot de club.

De toekomst van Transnistrië

Sinds de toetreding van Moldaviës buurland Roemenië tot de EU, en zeker sinds de Zesdaagse oorlog in Georgië (waarbij Zuid-Ossetië en Abchazië de facto de onafhankelijkheid verwierven), staat het Transnistrië-conflict hoog op de agenda in Brussel. Op elke belangrijke EU-Rusland-top komt Transnistrië wel ter sprake. Samen met de VS maakt de EU als waarnemer deel uit van het “5+2”-onderhandelingskader om te komen tot een oplossing voor het bevroren conflict in Transnistrië (de “5” slaat op Rusland, Moldavië, Transnistrië, de VN en de OVSE).

‘We hopen dat de EU een steeds belangrijkere rol zal spelen in de onderhandelingen’, zegt Marian Lupu, presidentskandidaat voor de Alliantie voor Integratie in de EU. ‘Trouwens, vreedzame onderhandelingen zijn voor ons de enige manier om een oplossing te vinden. We zijn volledig en categorisch gekant tegen een militaire aanpak van het dossier. Ik pleit er dan ook voor dat de regio gedemilitariseerd wordt. Er is geen sprake van een militaire dreiging van Chisinau tegenover Tiraspol of vice versa.’

Vicepremier Osipov stelt het wat scherper: ‘We roepen Rusland op om zich te houden aan zijn verbintenis op de OVSE-top in Istanboel (1999), en zijn wapens en troepen van ons grondgebied terug te trekken.’

Kálmán Mizsei, de speciale vertegenwoordiger van de EU voor Moldavië, noemt territoriale integriteit een van de basisprincipes voor de vredesgesprekken. De vergelijking tussen Transnistrië en Kosovo of Zuid-Ossetië gaat volgens Mizsei niet op. Mizsei: ‘Laten we in het geval van Kosovo niet vergeten dat 800.000 mensen of meer uit hun land verjaagd werden. Het ging om een extreem proces van etnische zuivering. Bij Transnistrië is dat helemaal niet het geval.’

‘Wat Abchazië en Zuid-Ossetië betreft, erkent de overgrote meerderheid van de internationale gemeenschap de onafhankelijkheid van die twee separatistische regio’s niet. We vinden het betreurenswaardig wat er gebeurd is, het gaat in tegen internationale normen.’ Kosovo was een succes voor Washington, Zuid-Ossetië en Abchazië voor Moskou. De kans is groot dat ook de toekomst van Transnistrië niet in Tiraspol of Chisinau uitgetekend zal worden.

Nieuwe wind in communistische verzetshaard

(update 25 januari 2012) Na twintig jaar is het rijk van de sovjetdinosaurus Igor Smirnov (70) uit. De roemruchte president kwam in 1992 aan de macht in Transnistrië nadat de opstandige republiek zich met de hulp van Russische militairen had afgescheurd van Moldavië.

In de eerste ronde van de presidentsverkiezingen, midden december 2011, moest Smirnov de duimen leggen voor Anatoli Kaminski –de door Moskou gesteunde kandidaat– en de voormalige parlementsvoorzitter Jevgeni Sjevtsjoek. In de tweede ronde, op Kerstdag, won de charismatische Sjevtsjoek (43) met een verpletterende meerderheid de stembusgang. Dat kwam als een verrassing, gezien de invloed van Rusland erg groot is in Transnistrië. Moskou betaalt er niet alleen mee voor de pensioenen en energierekening maar heeft er ook duizend tot tweeduizend militairen gelegerd.

Meteen na zijn overwinning kondigde Sjevtsjoek aan dat Moskou de strategische partner zou blijven maar zijn beleid tegelijkertijd zou focussen op betere relaties met buurland Oekraïne en met moederland Moldavië. Hij beloofde het vrij verkeer van mensen en goederen te vergemakkelijken –wat door de Moldavische president Marian Lupu meteen werd verwelkomd.

Transnistrië en Moldavië zijn nog altijd verwikkeld in een “bevroren conflict”. In september 2011 zijn de vredesgepsrekken daarover na een pauze van vijf jaar formeel hervat. Volgens analisten draagt het aantreden van Sjevtsjoek –die het etiket van hervormer heeft– bij tot een positief onderhandelingsklimaat.

Maar op nieuwjaarsdag 2012 werd dat meteen besmeurd door een bloedig incident. Aan een “grensovergang” tussen Transnistrië en Moldavië schoot een Russische militair de jonge Moldaviër Vadim Pisar (18) neer omdat die geweigerd zou hebben halt te houden bij het checkpoint. Het gaat om het eerste dodelijk slachtoffer in twee decennia. De Amerikaanse ambassade in de Moldavische hoofdstad Chisinau greep het schietincident aan om te pleiten voor een volledige demilitarisering van Transnistrië.