Vrijwilligerswerk in Zuid-Afrika

Reportage

Zelfontwikkeling of opstap naar écht werk

Vrijwilligerswerk in Zuid-Afrika

Vrijwilligerswerk in Zuid-Afrika
Vrijwilligerswerk in Zuid-Afrika

Bianca De Wolf

19 december 2014

In Zuid-Afrika onderzoekt men met hulp van de Vlaamse overheid de mogelijkheden van vrijwilligerswerk in het aanpakken van maatschappelijke uitdagingen. MO* nam deel aan ‘The Youth Volunteer Summit’ in Zuid-Afrika en sprak met een beleidsmaker, mensen uit het middenveld en drie jonge vrijwilligers. Dit artikel kwam tot stand met de steun van de Vlaamse Overheid, afdeling Jeugd.

© Bianca De Wolf

Tthuseng Mphahlele: 'Vrijwilligerswerk kan een opstap zijn tot een echte job. We sporen organisaties en bedrijven aan om jongeren te engageren als vrijwilliger en hen te ondersteunen bij hun professionele ontwikkeling.'

© Bianca De Wolf

Samenwerking Vlaanderen & Zuid-Afrika

Sinds 1995 bestaat er een structurele samenwerking tussen de Vlaamse en Zuid-Afrikaanse overheid om het jeugdbeleid te ondersteunen. Ondertussen werden er meer dan 500 jeugdwerkers en -beleidsmakers opgeleid in verschillende jongerenthema’s, werd er samen nagedacht over het lokaal jeugdbeleid en werden er jeugdprogramma’s ontwikkeld in 4 jongerencentra verspreid over heel Zuid-Afrika.

De laatste drie jaar lag de focus op het stimuleren en versterken van vrijwilligerswerk door en voor jongeren. Samen met de Vlaamse partners heeft het Zuid-Afrikaanse ministerie voor Jeugdontwikkeling nieuwe modellen en hulpmiddelen ontwikkeld op maat van de Zuid-Afrikaanse context, o.m. een toolkit voor organisaties over vrijwilligersmanagement, een online database die jonge vrijwilligers en organisaties met elkaar in contact brengt en een onderzoek over het imago van vrijwilligerswerk. De volgende vijf jaar wordt hierrond verder gewerkt. Wie meer informatie wil over deze samenwerking, kan hier terecht.

Het uitbouwen van een vrijwilligersbeleid is sinds drie jaar een aandachtspunt voor het Zuid-Afrikaanse jeugdbeleid. Al moet de term ‘vrijwilligerswerk’ in de Zuid-Afrikaanse context zeer ruim bekeken worden. Meer dan in Vlaanderen wordt vrijwilligerswerk voor jongeren eerder gezien als een bijdrage aan de ontwikkeling van de gemeenschap of het oplossen van maatschappelijke problemen dan als een persoonlijke verrijking van de jongere in kwestie.

Tthuseng Mphahlele volgt het thema op voor het Zuid-Afrikaanse ministerie voor Jeugdontwikkeling: ‘We behartigen de positie en het welbevinden van jongeren in Zuid-Afrika. We zorgen er mee voor dat er in vijf prioritaire domeinen een jongerenbeleid wordt uitgebouwd: onderwijs, economische participatie, welzijn en gezondheid, onderzoek en beleid, en degelijk bestuur.’

‘We sporen organisaties en bedrijven aan om jongeren te engageren als vrijwilliger en hen te ondersteunen bij hun professionele ontwikkeling.’

Onder andere het uitbouwen van praktijkstages in het voortgezet onderwijs en het vrijwilligerswerk in het jeugdwerk worden door het NYDA ondersteund. Maar werk vinden is het belangrijkst.

Mphahlele: ‘Vrijwilligerswerk kan een opstap zijn tot een echte job. We sporen organisaties en bedrijven aan om jongeren te engageren als vrijwilliger en hen te ondersteunen bij hun professionele ontwikkeling.’

‘Dit vrijwilligerswerk is strikt gereglementeerd: jongeren moeten écht kansen krijgen om te leren, en hun gemaakte onkosten moeten worden vergoed.’

Elke sector heeft zijn eigen opleidingsprogramma om organisaties en jongeren bij elkaar te krijgen, zoals bijvoorbeeld het ‘Jongeren bouwen’-programma in het plattenlandsontwikkelingsbeleid: ‘Hier krijgen jongeren de kans om mee huizen te leren bouwen in de gemeenschap waar ze deel van uitmaken.’

Lijkt dit dan niet sterk op onbetaalde gemeenschapsdienst? Het inzetten van - werkloze - jongeren om maatschappelijke noden te ledigen? Of dient het vrijwilligerswerk om het falende onderwijsbeleid te maskeren?

‘Zoek zelf de kansen op’

‘Omdat ik geen werk vond, ben ik mijn ervaringen en expertise gaan delen met de mensen in mijn omgeving.’

Dean Jates (32) is sinds 2012 werkloos. Hij probeert de eindjes aan elkaar te knopen door allerlei workshops te geven. En hij zet zich als ‘Activator’ vrijwillig in voor het Lydia Centre in Kaapstad.

‘Op mijn 19de ging ik van school zonder een diploma op zak, ik was schoolmoe. Van 2009 tot 2012 werkte ik in het District Six Museum tot ik omwille van besparingen werd ontslagen.’

‘Toen ik met school stopte, ben ik allerlei cursussen en workshops gaan volgen: IT, grafische vormgeving, dramaworkshops, zelfs een filmopleiding. Maar omdat ik geen werk vond, ben ik mijn ervaringen en expertise gaan delen met de mensen in mijn omgeving.’

‘Zo heb ik in mijn wijk een openluchtfilmfestival opgezet, een knikkerwedstrijd voor 200 kinderen georganiseerd, een buurttuin begonnen… Allemaal activiteiten om mensen bijeen te brengen en samen aan een positieve sfeer in de gemeenschap te werken.’

© Bianca De Wolf

Dean Jates (32): ‘Ik wil niet zitten wachten tot de kansen naar mij komen.’

© Bianca De Wolf

‘Via via kwam ik in contact met het Activate!-programma. Hier ontmoette ik gelijkgezinden: jongeren die vrijwillig een rol opnemen in hun gemeenschap en willen investeren in zichzelf en anderen. Waarom? Omdat ik niet wil zitten wachten tot de kansen naar mij komen. Ik zoek ze zelf op. Activate! ondersteunt me bij de uitwerking van de projecten en brengt me in contact met meer ervaren vrijwilligers.’

‘Via het netwerk van Activate! kwam ik in contact met het Lydia Centre in District Six. Het is een oude verlaten kapel, met verschillende lokalen en een mooie binnenkoer. Ik krijg hier de kans om samen met de buurtbewoners een ontmoetingscentrum uit te bouwen. Op dit moment hebben we al een knutselklas die voornamelijk door senioren wordt bezocht, een dansgroep voor jongvolwassenen en dj-workshop voor jongeren.’

‘Elke maand houden we ook een TED-talk avond met jonge leiders en ondernemers uit de gemeenschap.’

‘Ik bereik nu zo’n 20 mensen per week in het centrum, maar ik weet dat er meer potentieel is. En als de overheid dat niet ziet, dan moeten we het zelf in handen nemen als vrijwilliger.’

Toekomstperspectief

Mphahlele reageert dat de Zuid-Afrikaanse context niet vergelijkbaar is met die in Vlaanderen: ‘Zuid-Afrika heeft een enorm aantal werkloze jongeren, in sommige regio’s loopt hun aantal zelfs op tot 75% van de min 35-jarigen. Velen onder hen zijn laag- of ongeschoold, anderen hebben enkel een diploma van matriek - de middelbare school.’

‘Wij moeten creatief zijn met die grote groep aan potentieel die zich thuis zit te vervelen. Door hen in contact te brengen met een skill development program hopen we hen te motiveren om zelf hun toekomst in handen te nemen, een effectieve arbeidsattitude te ontwikkelen en ervaring op te doen.’

‘Bovendien merken mogelijke werkgevers dat jongeren voldoende potentieel in zich hebben als je hen maar een kans geeft dit te tonen en verder te ontwikkelen. In een jonge democratie als de onze moeten àlle sectoren - zowel profit, non-profit als de overheid - samenwerken om de jonge generatie een toekomstperspectief te geven. En dat doe je niet alleen door eisen te stellen, maar ook door echt kansen te geven.’

‘Vrijwilligerswerk geeft me vleugels!’

‘Ik kan alles waar ik me op toeleg als ik het maar echt wil.’

Emily Mabasa (22) werkt voor een expeditiebedrijf in Johannesburg en wanneer ze de kans krijgt, spreekt ze voor groepen jongeren en volwassenen over de impact die het President’s Award-programma sinds 2008 op haar leven heeft gehad. Het President’s Award-programma is een vrijwilligersproject gericht op persoonlijkheidsontwikkeling voor jongeren tussen 15 en 25 jaar. Iedereen kan in het programma stappen, ongeacht sociaaleconomische of etnische achtergrond, of familiale situatie.

‘Ik ben physically challenged, maar niét gehandicapt. Ik hou niet van dat woord. Ik zocht het op en het betekent dat je niets kan. Maar ik kan alles waar ik me op toeleg als ik het maar echt wil. God gaf me een sterke wil en een goed geheugen om creatief te zijn.’

© Bianca De Wolf

Emily Mabasa (22): ‘Ik ben physically challenged, maar niét gehandicapt. Ik hou niet van dat woord. Ik zocht het op en het betekent dat je niets kan.’

© Bianca De Wolf

‘Hiermee help ik ook anderen. Als ik niet had deelgenomen aan het President’s Award-programma had ik nooit ontdekt dat ik anderen wil helpen. Ik realiseerde me dat ook ik kennis en vaardigheden heb die ik kan delen, en dat ook ik iemands leven kan veranderen.’

‘Door deel te nemen heb ik heel wat grenzen verlegd. Ik leerde klimmen en kleding ontwerpen, begon te dansen en reisde naar het buitenland. Ik ben mentaal veel sterker geworden. Ik raad andere jongeren aan om in een vrijwilligersprogramma te stappen. Je leert er jezelf beter kennen, je leert waar je van houdt en waar je goed in bent, en je verveelt je nooit.’

‘Bovendien geeft het voldoening als je iets terug kan doen voor je gemeenschap. Vrijwilligerswerk geeft me vleugels!’

Ubuntu-gevoel

‘Wanneer je jongeren de wortel voorhoudt dat ze door vrijwilligerswerk aan een échte job zullen raken, worden ze vroeg of laat gefrustreerd omdat de beloofde job uitblijft.’

Maar niet iedereen vindt het formaliseren en institutionaliseren van vrijwilligerswerk als opstap naar werk positief.

Jeff Mkhwanazi, directeur van de South African Agency of Youth Clubs, pleit ervoor om vrijwilligerswerk niet als dé oplossing te zien voor alle problemen waar jongeren in Zuid-Afrika mee worstelen: ‘In eerste instantie moet je gepassioneerd zijn door het vrijwilligerswerk om het vol te houden.’

‘Wanneer je jongeren de wortel voorhoudt dat ze door vrijwilligerswerk aan een échte job zullen raken, worden ze vroeg of laat gefrustreerd geraken omdat de beloofde job uitblijft.’

© Bianca De Wolf

Jeff Mkhwanazi, directeur van de South African Agency of Youth Clubs, pleit ervoor om vrijwilligerswerk niet als dé oplossing te zien voor alle problemen waar jongeren in Zuid-Afrika mee worstelen.

© Bianca De Wolf

‘Geen enkele werkgever is namelijk verplicht om de vrijwilliger in kwestie aan te werven. Vrijwilligerswerk wordt door de overheid teveel als een instrumenteel iets gezien zonder dat ze de resultaten die ze beloven - écht en betaald werk - hard maken. En zo gaat de passie en het engagement verloren. Want vrijwilligers zijn belangrijk in een samenleving, het levende bewijs van solidariteit. Als vrijwilliger help je niet alleen een ander, je krijgt er sowieso veel voor terug.’

‘Zorgen voor elkaar, het Ubuntu-gevoel, zit in onze cultuur ingebakken, dit hoef je niet in educatieve of formele settings uit te bouwen,’ zegt ook Renee Allison Hector-Kannemeyer, medewerker van Activate!, een organisatie die jonge vrijwilligers ondersteunt in heel het land.

‘Waarom kinderen en jongeren niet van kleins af aan warm maken voor vrijwilligerswerk in hun vrije tijd en hun eigen gemeenschap?  Op die manier wordt volgen Hector-Kannemeyer niet alleen gefocust op het probleem van werkloze jongeren, maar heeft vrijwilligerswerk een plaats in het alledaagse leven van mensen.

© Bianca De Wolf

‘Zorgen voor elkaar, het Ubuntu-gevoel, zit in onze cultuur ingebakken, dit hoef je niet in educatieve of formele settings uit te bouwen,’ zegt Renee Allison Hector-Kannemeyer.

© Bianca De Wolf

‘Competenties verruimen is belangrijk’

‘Mijn voornaamste bezorgdheid is om jonge meisjes te waarschuwen voor zwangerschap en hen neen te leren zeggen tegen jongens die seks willen.’

Mabutho Molapisane (20) is een groundBREAKER. Zij is één van de 7.000 opgeleide peer-educators van het LoveLife-programma dat sinds 2001 een gezonde levensstijl promoot bij jongeren, met seksuele gezondheid als rode draad.

‘Ik ben een paar maanden geleden in het programma gestapt. Ik krijg er de kans om in mijn gemeenschap via sportactiviteiten andere jongeren te motiveren om een gezond leven te leiden met respect voor je eigen lichaam.’

Bovendien werk ik er tegelijkertijd aan mijn professionele vaardigheden, bouw ik een netwerk uit en verruim ik mijn competenties én CV.’

‘Als groundBREAKER volg je een opleiding van een jaar om als outreacher te kunnen functioneren. Je leert alles over seksuele gezondheid en HIV-preventie, communicatievaardigheden, motivatietechnieken en je leert spreken voor een groep.’

‘Ik probeer via sportactiviteiten in scholen en jongerencentra andere jongeren te informeren over seksuele gezondheid en hen te motiveren om veilig te vrijen. Mijn voornaamste bezorgdheid is om jonge meisjes te waarschuwen voor zwangerschap en hen neen te leren zeggen tegen - meestal oudere - jongens die seks willen. Want eens je een kind hebt, heb je minder kansen op een degelijke opleiding, en dus ook op werk.’

‘Ik hoop via dit vrijwilligerswerk aan een echte job te geraken. Het liefst in het preventiewerk of als jeugdwerker. Want ik ontdek dat ik goed ben met kinderen en dat ze het fijn vinden om met me op stap te gaan.’