Cholera-epidemie in Haïti nog niet voorbij, al bijna half miljoen mensen besmet

Blog

Cholera-epidemie in Haïti nog niet voorbij, al bijna half miljoen mensen besmet

Cholera-epidemie in Haïti nog niet voorbij, al bijna half miljoen mensen besmet
Cholera-epidemie in Haïti nog niet voorbij, al bijna half miljoen mensen besmet

Haïti werd in oktober 2010 getroffen door een enorme epidemie van cholera, een ziekte die misschien al een eeuw niet meer in het land was gezien. In oktober 2011 waren er meer dan 464.000 besmettingen vastgesteld, en 6500 mensen overleefden de ziekte niet. Men is het er over eens dat cholera een langdurige, zoniet permanente, aanwezigheid is geworden in het land en dat de versterking en uitbreiding van preventiemaatregelen dus van levensbelang is. David Olson, medisch adviseur bij Artsen Zonder Grenzen voor diarreeziekten, is al vanaf het begin betrokken bij de aanpak van Artsen Zonder Grenzen tegen de epidemie. Hier beantwoordt hij vragen over het mogelijke gebruik van choleravaccins.

Welke vaccinatiemogelijkheden bestaan er vandaag voor cholera?

David Olson: Er bestaan al tientallen jaren vaccins tegen cholera, de eerste waren injecties die gebruikt werden door reizigers en militairen. Door de neveneffecten en beperkte werkzaamheid zijn die vaccins echter niet geschikt voor massale inenting. Ze worden dan ook bijna nooit gebruikt.

Recenter zijn er orale vaccins ontwikkeld, die getest werden in gebieden waar cholera endemisch is. Ze bleken efficiënt en er waren weinig of geen ernstige bijwerkingen. Hoewel de beschermende immuniteit na twee of drie jaar lijkt af te nemen, raadt de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) de orale vaccins al meer dan tien jaar aan als preventiemiddel, naast maatregelen voor schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen.

Momenteel zijn er twee van die vaccins beschikbaar: Dukoral, dat gemaakt wordt door het biofarmaceutische bedrijf Crucell en al meer dan 20 jaar op de markt is, en Shanchol, van Shantha Biotech, dat recenter op de markt kwam. Bij beide medicijnen zijn twee dosissen nodig, met een tussentijd van twee weken, en met immuniteit zeven dagen na de tweede dosis. Klinisch gezien is het ene middel niet beter dan het andere wat de bescherming betreft: die bedraagt in beide gevallen ongeveer 70 procent gedurende twee jaar. Dukoral moet echter gemengd worden met een buffer voordat het ingenomen wordt, terwijl de paar mililiter oplossing van Shanchol gewoon in de mond kan worden gegoten zoals een poliovaccin. Qua logistiek zou die laatste optie dus gemakkelijker zijn, en bovendien betaalbaar: ongeveer $2 per dosis.

Kan een massale inentingscampagne de voortdurende epidemieën in Haïti een halt toeroepen?

David Olson: Zonder een betere toegang tot zuiver water en sanitaire voorzieningen zal cholera ongetwijfeld steeds opnieuw blijven terugkeren. Vandaag heeft bijna de helft van de bevolking geen toegang tot drinkbaar water en heeft tachtig procent geen sanitair. Dat betekent in feite dat zo goed als iedereen in Haïti risico loopt om cholera te krijgen. Iedereen vaccineren, zoals de regering eerst vroeg, brengt verschillende problemen met zich mee.

Een van de problemen is de productiecapaciteit van de fabrikanten. We hebben het over bijna 20 miljoen dosissen. Die zijn er eenvoudigweg niet, zelfs niet als we de capaciteit van beide producenten samen nemen.

Ook geld is een groot probleem. De vaccins alleen al zouden tot $ 40 miljoen kosten als iedereen ingeënt werd. En daar moeten dan nog logistieke en personeelskosten bijgeteld worden. We mogen ook niet vergeten dat de immuniteit lijkt af te nemen na amper twee of drie jaar, en dat het vaccin slechts doeltreffend is bij twee derde van de mensen die ingeënt worden. Het geld dat uitgegeven wordt aan vaccins mag niet ten koste gaan van permanente water- en sanitaire voorzieningen.

Hoe kunnen choleravaccins nog gebruikt worden in Haïti?

David Olson: Eén manier om echt een verschil te maken, is kijken naar wie er geen gebruik zal kunnen maken van de toegang tot medische zorgen of preventie.

In de stad is het waarschijnlijk gemakkelijker om te behandelen en water, zeep en informatie te voorzien. In de bergen of op het platteland ligt het allemaal veel moeilijker. Het zal niet gemakkelijk zijn om in moeilijk toegankelijke gebieden te gaan vaccineren, maar het zou nog veel moeilijker zijn om in te grijpen als de ziekte er uitbreekt.

Maar het is niet de verantwoordelijkheid van Artsen Zonder Grenzen om die keuze te maken. Er is altijd heel wat druk rond wie gevaccineerd wordt en wie niet. De regering moet erbij betrokken worden. Vaccinatie is vaak evenzeer een politieke als een medische beslissing.