Hoop in San Marcos. Ojala!

Blog

Hoop in San Marcos. Ojala!

Hoop in San Marcos. Ojala!
Hoop in San Marcos. Ojala!

San Marcos is een vredig dorpje in de Guatemalteekse bergen dat constant in beweging is. Al heb ik het dan niet over de aardbeving die in 2012 net niet het hele dorp van de kaart veegde. Al symboliseert dat wel de gedrevenheid en hoop van de inwoners. Dat wat afgebroken is, samen terug opbouwen, met kleine stapjes en veel hoop.

Opzwepende muziek, gemaskerde vrouwen – of travestieten – die schaars gekleed dansen in het ijskoude Quetzaltenango. Of Xela zoals het voor de mindere taalvirtuoos wordt afgekort. Mijn eerste dag in Guatemala belooft sfeervol te eindigen. Alhoewel. De publieke opkomst is maar povertjes. ‘25 november, Internationale dag tegen geweld tegen vrouwen. Omdat geweld niet natuurlijk is’! staat er op de spanddoek te lezen. Net de reden waarom ik de volgende dag de bergen intrek.

Weg van platgelopen toeristische paden, trek ik naar een dorp waar ik als een alien boven de massa uittoren – met mijn rijzige 1m63 jawel – en waar me meermaals verbaasd gevraagd wordt uit welk land ik kom. Maar gastvrijheid en vredelievendheid alom. ‘Que te vayas bien!’ (Het gaat je goed) is het ‘Amen’ van elke conversatie. Welkom in San Marcos en San Pedros, twee dorpskernen die net als de Belgische gewesten een leeuw (San Marcos) en een haan (San Pedros) als mascotte hebben. Misschien zijn onze landen toch niet zo verschillend.

Opboksen tegen machisme

Geweld tegen vrouwen dus. Ik ontmoet in San Pedros een vrouwenrechtenactiviste. Elke dag wordt ze geconfronteerd met de paternalistische cultuur in Guatemala. Van huiselijk geweld tot economische acheruitstelling. Vrouwen leren opboksen tegen het machisme van haar land, dat is haar queeste, maar net zoals Don Quichote lijkt het soms een onbegonnen strijd.

Alles begint met bewustwording. Dus leren de vrouwen van haar wat hun rechten zijn en dat het inderdaad niet vanzelfsprekend mag zijn dat ze mishandeld worden. Die mishandeling omvat meer dan puur fysiek geweld. Sinds 2008 heeft Guatemala een wet die vrouwen beschermt tegen deze paternalistische cultuur. Ze omvat vier types mishandeling. Naast de meer vanzelfsprekende fysieke en seksuele mishandeling, omvat ze ook economische (wanneer een vrouw haar financiele afhankelijkheid van haar echtgenoot wordt uitgebuit) en psychologische mishandeling.

Een mijlpaal in de geschiedenis van de rechten van de vrouw, zou je denken. Een bedenkelijke blik volgt. Verontrust ook, gemengd met ingehouden woede. ‘Het gros van de rechters zijn zelf mannen,’ verbijt ze. ‘Al te vaak schuiven ze hun onpartijdigheid ongegeneerd opzij om de man milder te beoordelen. Mannen.’ Nog erger wordt het wanneer er effectief een onderzoek naar de mishandeling wordt ingesteld. Vaak escaleert de situatie dan. Zelfs totdat de dood van de vrouw erop volgt. Moord. ‘Waar zijn we dan mee bezig? Met levens te beschermen of te doen alsof we aan gerechtigheid doen?’

Volharding en bewustwording

Toch houdt ze vol. Elke dag zet ze een kleine stap in de goede richting. Tal van projecten organiseert ze om bij te dragen aan die bewustwording. Ze trekt naar de gemeenscappen in de bergen om er vrouwen te onderwijzen. Zowel op praktisch als op moreel vlak. In haar eentje trekt ze langs tien gemeenschappen in de bergen. Goed voor zo’n 500 vrouwen die met haar hulp beter af zijn. De voorbije maanden kreeg ze de hulp van een stagiaire Dramatiche Kunsten aan een universiteit in Guatemala City.

Dit weekend is haar slotweekend. In een koffiebar hangt een fotocollage uit waarin ze de gemeenschappen een gelaat geeft. Bewustwording werkt in beide richtingen. In diezelfde bar zal ze twee vrouwen bodypainten. Een traditionele klederdracht wordt op hun lichamen geschilderd. Bewustwording. Als sluitstuk wordt er een toneelstuk opgevoerd. Geen volleerde actrices uit een toneelopleiding, maar wel zeven vrouwen uit diezelfde gemeenschappen, volleerd door het leven. Getekend door het leven.

Een voor een vertellen ze over hun leven voor en na de komst van deze organisatie. Voor en na het onvermogen, de harde tijden en het onbewustzijn. Ze spelen hun leven na, vertellen hun verhaal. Nemen ons mee in een wereld die mijlenver van ons bed afstaat. Om 1u00 opstaan op zoek naar drinkbaar water, nooit de kans hebben om naar school te gaan, alleen maar in functie van werk – weven – en gezin te staan. Geen kans op zelfontplooiing. Bewustwording.

Hoop op een betere toekomst. Ojala!

Wanneer het doek valt – bij wijze van spreken, het is een openluchtvoorstelling op de Plazza Mais – worden zowel de actrices als de organisatrice overmand door emoties. Dankbaarheid. Trots. Tristesse om het afscheid. En hoop. Hoop op verandering, op een betere toekomst generatie na generatie.

‘Is er wel iemand geïnteresseerd in onze verhalen?’

Dat is de rode draad in San Marcos, misschien wel van heel Guatemala, al heb ik nog enkele weken om dat uit te klaren. Zo ontmoet ik er nog verschillende organisaties en mensen die zich met hun project inzetten voor de gemeenschap. Voor hun landgenoten. Ojala! (Laten we hopen) besluiten ze allen hun verhaal.

Op een avond geraak ik met Roberto aan de praat. Wanneer ik hem vertel over mijn reis, over mijn drijfveren, kijkt hij bedenkelijk. ‘Misschien ben jij daarin wel geïnteresseert, maar wie nog? Ze zeggen dat Guatemala en voorbeeld is voor andere landen, maar zo voel ik dat niet. Is er wel iemand geïnteresseerd in mijn verhaal. In onze verhalen. In Guatemala?’ Hij slaat zijn ogen neer, een waas van tristesse valt over hem. ‘We zijn vijfhonderd jaar onderdrukt geweest. Dat kan niet van dag op dag veranderen. Daar zijn decennia voor nodig.’ Toch beaamt hij dat er veel (sociaal) werk wordt verricht, ‘maar of dat werkelijk iets gaat veranderen? Laten we hopen dat we ooit nog de vruchten kunnen plukken van hun werk. Dat ik dat nog kan meemaken. Ojala!’ Zijn ogen blinken weer. Zelfs bij hem is er nog een sprankeltje hoop. Ojala!