'De Europese Unie bereikte haar eigen sociale objectieven niet'

Interview

‘In Nederland heten hogere minimumlonen ouderwets’

'De Europese Unie bereikte haar eigen sociale objectieven niet'

Het Europese jaar van de armoede loopt op zijn laatste benen. Daarom spraken we met professor Ive Marx van het Centrum voor Sociaal Beleid van de Universiteit van Antwerpen. Hij coördineert er de onderzoeksdomeinen armoede en inkomensverdeling, arbeid en migratie. Marx stelt vast dat armoede in het Europese Jaar van de Armoede wegzakte in het prioriteitenlijstje.

Het Europese jaar van de Armoede is haast voorbij. Er zijn veel speeches gegeven over het thema maar hoe doet de Europese Unie het nu eigenlijk inzake armoede?

Als je het bekijkt over de periode van de laatste 10 tot 20 jaar, is er eigenlijk niet zoveel veranderd. Het percentage mensen dat relatief arm is – dat wil zeggen: minder verdient dan 60 procent van de mediaan of het middelste inkomen – is in de meeste landen weinig veranderd, behalve in Duitsland waar er wel een toename van de armoede is.

Eigenlijk is de maat voor relatieve armoede een maatstaf van inkomensongelijkheid?

In zekere zin wel. Het vertrekt vanuit de Rawlsiaanse gedachte dat je de onderkant van de inkomensverdeling wil optrekken: je wil niet dat er mensen zijn die onder een bepaald inkomensniveau zakken.

Wat is het effect van de crisis?

Daar hebben we nog niet echt cijfers over maar het zou kunnen zijn dat de relatieve armoede door de crisis zelfs afneemt. Neem Ierland bijvoorbeeld. Dat land kende jarenlang een hoge economische groei, de absolute armoede daalde er omdat alle inkomens stegen. Maar de relatieve armoede bleef al die jaren vrij hoog omdat de zwakkere groepen relatief weinig genoten van die groei. Als door de crisis nu de meeste lonen dalen, zakt ook de mediaan, en kan het dat de relatieve armoede afneemt.

Is de Europese Unie goed bezig inzake armoedebestrijding?

Dat de armoede niet toeneemt, kan je niet echt als positief aanmerken omdat de EU jaren geleden al in zijn Lissabon-agenda stelde dat ze vooruitgang wilde boeken inzake sociale cohesie – dat betekent ondermeer dat inkomensongelijkheid en armoede moest verminderen. De cijfers tonen evenwel dat er geen vooruitgang is gemaakt.

De EU heeft de objectieven die ze zichzelf heeft gesteld, niet bereikt?

Inderdaad en daar is men zich ook bewust van. Uit contacten met de commissie leer ik dat ze nu beseffen dat economische groei en groei van de tewerkstelling niet volstaat; dat er ook herverdeling en hogere uitkeringen nodig zijn.

Hoe komt het dat groei en meer werk niet volstaan?

De zwakste mensen profiteren het minst van de economische groei en banencreatie die er dankzij Europa zeker is geweest: landen als Portugal, Spanje of Ierland hebben wel degelijk geprofiteerd van de zeer lage rente die vast hing aan de euro. Maar die jobs gaan naar de nieuwkomers op de arbeidsmarkt of naar gezinnen waar al iemand een baan heeft. Dat jaagt het gemiddelde inkomen de hoogte in, terwijl de groep aan de onderkant achterblijft. Dat is zelfs het geval in landen waar een actief arbeidsmarktbeleid wordt gevoerd zoals de Scandinavische landen of Nederland en nu ook Duitsland op zijn eigen manier.

Hoe kijkt u aan tegen dat Duitse beleid dat meer en meer als voorbeeld wordt gesteld in Vlaanderen?

Het is een deregulering van de arbeidsmarkt: er is veel meer mogelijk, arbeid is minder beschermd. De werkloosheidsuitkering is beperkt in de tijd: na een jaar valt men terug op een karige bijstandregeling. Er zijn de 1eurojobs waarbij mensen die stempelen, gaan werken en bovenop hun werkloosheidsuitkering 1 euro per uur ontvangen. Er zijn de mini-jobs van maximaal 400 euro per maand waarop noch belastingen, noch sociale bijdragen moeten worden betaald. Er is geen nationaal minimumloon waardoor het perfect mogelijk is dat mensen in sommige sectoren aan minder dan 5 euro per uur werken.

Dat is allemaal zeer positief geweest voor de tewerkstellingscijfers – je wordt al genoteerd als werkend van zodra je een uur per week werkt – maar Duitsland werd wel een van de weinige landen waar de armoede is toegenomen. Het percentage van werkenden met een armoederisico is verdubbeld van 4 naar 7 procent tussen 2000 en 2008. Liefst 22 procent van de voltijds tewerkgestelden heeft er een inkomen dat lager ligt dan twee derde van het middelste inkomen. Daarmee zit Duitsland op het niveau van Estland, Polen, Hongarije en Ierland. België scoort het laagste cijfer met 10 procent, Frankrijk, Finland en Denemarken volgen met 11 procent, Nederland 13 procent, Zweden 15 procent en het Verenigd Koninkrijk 19 procent.

Sommigen zien Duitsland wel als het na te volgen voorbeeld.

Het hangt ervan af wat je belangrijk vindt. De werkloosheid is laag gebleven in Duitsland, het land heeft goed gereageerd op de crisis, en het houdt in zekere zin de EU wat recht. Maar als je kijkt naar de armoede zie je een andere realiteit.

Zeg je nu: als je wil dat de armoede niet toeneemt, moet je het Duitse voorbeeld niet volgen ?

Da’s nogal duidelijk. Zeker op de korte termijn. Het kan wel zijn dat mensen een tijdlang zo’n laagbetaalde job hebben en later doorstromen naar een beter betaalde job maar je ziet hoe dan ook een grote segmentatie ontstaan, een grote ongelijkheid.

Eigenlijk stel ik vast dat ook Nederland een heel eind in die richting is opgeschoven. Zelfs aan vakbondszijde neemt men daar standpunten in die bij ons als rechts gelden. Minimumlonen voor jongeren zijn er een tijd geleden al verlaagd. Alleenstaande moeders met kinderen worden er sterk geactiveerd: ze worden jobs aangeboden en als ze weigeren, is er een sanctie. Ik was onlangs bij de Nederlandse Raad voor Werk en Inkomen, een belangrijk adviesorgaan. Als je daar over minimumlonen begint, kijkt men naar elkaar in de zin van ‘daar gaan we het toch niet over hebben’. Werkende armen opleiden, herscholen… dat wel maar hogere minimumlonen, dat is er niet meer bespreekbaar. Dat is ouderwets in Nederland, bijna over het gehele politieke spectrum.

Als je wil dat de armoede niet toeneemt, moet je het Duitse voorbeeld niet volgen

Toch zijn de effecten op de armoede in Nederland minder groot geweest?

De Nederlandse cijfers zijn vooral goed omdat er weinig oudere armen zijn, vanwege de hoge pensioenen. België is ook een beetje in die richting van de creatie van laagbetaalde jobs opgeschoven via de dienstencheques, al is dat in vergelijking met de Duitse mini-jobs ongelooflijk veel beter. De staat legt er hier 14 euro per uur bij. Dat is een institutionele aanpak om grijs en zwartwerk in het witte circuit te krijgen. Natuurlijk blijft er nog een groot grijs en zwart circuit bestaan voor mensen zonder papieren. Die groep komt gewoon niet in onze cijfers voor.

Die blijven onder uw radar

Maar ze bestaan wel, dat weten we maar al te goed. Dus alles wat ik zeg over ongelijkheid en armoede is zonder rekening te houden met deze groep.

Als Duitsland die weg op gaat, kan België dan achterblijven?

Ik denk wel dat we moeten proberen meer mensen aan het werk te krijgen. Dat vermindert niet noodzakelijk de armoede, maar het schept een breder draagvlak voor de sociale zekerheid.

U doelt nu op het feit dat ook bij ons vijf procent van de mensen die werken, toch arm zijn. Ik dacht dat dit enkel bestond in de VS.

Nee, dat is ook bij ons zo en dat is niks nieuws maar het komt sterker naar voor dan twintig, dertig jaar geleden omdat het tweeverdienerschap nu de norm is geworden. Dat duwt het mediaaninkomen van gezinnen naar omhoog waardoor gezinnen met één inkomen automatisch al helemaal onderaan belanden. Als het dan ook nog een laag inkomen is, dan kan het dat je werkend en arm bent.

Dat is dus niet het gevolg van een evolutie waarbij de kloof tussen hoge en lage lonen toeneemt?

Neen, het is het gevolg van socio-demografische veranderingen: dat gezinnen met twee inkomens de norm worden, en dat er tegelijkertijd meer alleenstaanden zijn dan vroeger.

In de VS is er toch wel degelijk een uiteenscheuren van de hoge en lage inkomens. Dat wordt in verband gebracht met globalisering.

Duitsland bewijst hoe belangrijk politiek-institutionele beslissingen zijn. Als je niet wil dat de inkomensongelijkheid toeneemt, dan kan je daar iets aan doen. Je beschikt over instrumenten om de krachten die uitgaan van de globalisering tegen te werken.

Maar je kan dus ook beslissen om die te laten spelen zoals in Duitsland.

Inderdaad.

Als je die krachten tegenwerkt, heb je dan automatisch meer werkloosheid?

Voor een stuk wel maar het verband is niet zo eenduidig. De Scandinavische landen laten die krachten niet spelen en toch is de werkloosheid er niet zo hoog, maar die landen hebben ook allerlei speciale kenmerken: het zijn kleine landen, met niet zo’n grote groepen immigranten, ze zijn technologisch geavanceerd, ze hebben niet die oude industrieën.

Als we naar de toekomst kijken, heeft de EU plannen om iets aan de armoede te doen en effectief die sociale cohesie te vergroten .

Uit contacten met de commissie leer ik dat de prioriteiten momenteel elders liggen: de economische crisis en de begrotingstekorten aanpakken, de euro rechthouden… Dit is geen context om initiatieven te nemen die veel kosten.

Is dat dan niet pijnlijk in het Europese jaar van de armoede?

Ja, dat is zo.

Heeft zo’n jaar eigenlijk wel een reëel effect?

Dat weet ik niet. Het helpt om het thema op de agenda te houden. Het parlement heeft een oude resolutie afgestoft die stelde dat er een adequate minimuminkomensbescherming moet komen in Europa

Wat moet daarvoor gebeuren volgens jullie?

Een breed gamma van maatregelen. Een goed minimumloon voor wie werkt, is het fundament van die bescherming. Daarboven komen dan adequate uitkeringen en een adequaat leefloon voor wie geen werk vindt. Adequate kinderbijslagen zijn ook noodzakelijk om te voorkomen dat alleenstaande moeders met kinderen die voltijds werken, toch niet genoeg hebben. Goede kinderopvang, ook buiten de standaarduren is noodzakelijk want veel mensen met lage inkomens werken in de horeca en de distributie op zeer onregelmatige uren. Daarnaast moet je mensen opleiden, op het werk trainen… noem maar op. Activering is essentieel voor België al was het maar om ervoor te zorgen dat de uitkeringen minder laag zijn. Momenteel krijgt 1.2 miljoen Belgen een uitkering van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. Dat is een op de vier beroepsactieven. Als dat zo hoog is, in een context van toenemende vergrijzing, is het haast onvermijdelijk dat de uitkeringen relatief laag zijn.

Pleiten jullie voor een beperking van de uitkeringen in de tijd ?

Dat is grotendeels een symbolische discussie. Werklozen worden sinds vele jaren al geschorst – tienduizenden per jaar. Dat is niet altijd permanent maar er is wel degelijk druk. Je kan de werkloosheidsuitkering beperken in de tijd zoals in Duitsland maar dan ga je, net als in Duitsland, een bijstandssysteem moeten creëren en dan vraag ik me af wat de nettowinst is. Het lijkt me veel beter om mensen te begeleiden en actief op te volgen via de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling. En daarbij hoort ook de stok als blijkt dat mensen echt niet mee willen. Hoe dan ook, dat mensen onbeperkt in de werkloosheid kunnen blijven hangen, is een mythe.