Kikker Al Gore kan Venezolaanse milieubeschermers niet redden
Humberto Márquez
19 maart 2010
In Venezuela zijn drie nieuwe kikkersoorten ontdekt. Eén soort werd naar Al Gore genoemd. Maar de Stichting Andígena, de milieuorganisatie die de ontdekking deed, moest deze maand de deuren sluiten bij gebrek aan financiële steun.
Venezuela heeft een enorme natuurlijke rijkdom maar er is nauwelijks overheidssteun voor milieuorganisaties, zeggen César Barrio en Ruben Torres van de Stichting Andígena. Hun organisatie trok deze maand de stekker uit. De financiële bronnen waren opgedroogd. En door de enorme inflatie in Venezuela waren de kosten sterk gestegen.
Kort voordien had Stichting Andígena het nieuws gehaald met de ontdekking van drie nieuwe kikkersoorten. Eén soort, die nauwelijks 2 centimeter groot wordt, kreeg de naam Allobates algorei, als eerbetoon aan Al Gore voor zijn strijd tegen de klimaatwijziging.
Andígena werd in 1999 opgericht om de Venezolaanse biodiversiteit te beschermen, vooral in het Andesgebied in het zuidwesten van het land. De stichting bestudeerde met uitsterving bedreigde diersoorten.
Onherstelbare schade
De helft van het Venezolaanse grondgebied geniet op papier speciale bescherming maar “we zijn getuige geweest van de vernietiging van uitzonderlijke bosgebieden waar soorten leefden die met uitsterving bedreigd zijn”, zegt César Barrio. Vooral door de oprukkende landbouw is “onherstelbare schade” aangericht, zegt hij.
Andígena overleefde op de steun van enkele zoölogen en internationale ngo’s. “Maar sinds 2006 stopten veel instellingen, vooral in Noord-Amerika, hun steun aan ons met als argument de sociaal-politieke toestand van het land”, zegt Torres. Venezuela wordt sinds 1999 bestuurd door president Hugo Chávez, die vooral sinds zijn herverkiezing in 2006 regelmatig politieke en diplomatieke confrontaties met de Verenigde Staten opzoekt.
De laatste vijf jaar laat de Venezolaanse overheid steeds duidelijker blijken dat ze het werk van ngo’s niet op prijs stelt, zegt ook María Eugenia Gil van de milieuorganisatie Aguaclara. De regering heeft de buitenlandse financiering van burgerorganisaties aangepakt die politieke en burgerrechten verdedigden en op de lijn van de oppositie zaten, zegt ze. Organisaties moet nu eerst een akkoord krijgen van de regering voor ze financiering mogen ontvangen van een bedrijf of instelling. “Dat is de reden waarom internationale organisaties Venezuela terugschroeven in hun steunprogramma’s. Daardoor is Conservation International (met zetel in Washington) hier vorig jaar vertrokken.”