Onrust in Haïti escaleert

De situatie in Haïti wordt bijzonder precair, waarschuwen VN-rapporteurs, door aanhoudend geweld, sterk stijgende brandstofprijzen en politieke instabiliteit. Centra die voedsel verdelen worden geplunderd, en daarbij is al voor 6 miljoen dollar aan goederen verloren gegaan.

De Haïtiaanse premier Ariel Henry kondigde op 11 september het einde van de brandstofsubsidies aan, waarop de benzine- en dieselprijzen omhoogschoten. Het maakte dat de onveiligheid in Haïti snel escaleerde. Door de rellen die volgden, sloten bedrijven de deuren en viel het transport stil.

Op een vergadering van de VN-veiligheidsraad sprak Helen La Lime, speciaal VN-vertegenwoordiger voor Haïti, van ‘verschillende crisissen die in de voorbije weken zijn samengekomen’. Bendegeweld heeft al meer dan twintigduizend mensen uit hun huizen verdreven, de economische crisis leidt tot enorme prijsstijgingen en daar bovenop houdt een politieke crisis aan.

Bendegeweld heeft al meer dan twintigduizend mensen uit hun huizen verdreven.

Daardoor nemen de rellen en plunderingen alleen maar toe, met name in de hoofdstad Port-au-Prince. Op 18 september blokkeerde een van de grootste allianties van bendes de brandstofterminal Varreux. De aanhoudende blokkade gijzelt sindsdien de hele hoofdstad.

Moeilijke hulpverlening

Valerie Guarnieri, directeur van het Wereldvoedselprogramma (WFP), sprak op de vergadering van ‘nieuwe niveaus van wanhoop’ in Haïti. De inflatie is er gestegen tot het hoogste niveau in tien jaar en 40 procent van de bevolking heeft nu voedselhulp nodig om te overleven.

Maar bij plunderingen van de verdeelcentra voor noodhulp is al voor 6 miljoen dollar aan goederen verloren gegaan - hulp die voor 410.000 mensen in nood bestemd was.

Het Wereldvoedselprogramma blijft in Haïti, zei Guarnieri, maar de wetteloosheid vermindert de capaciteit aanzienlijk. Bovendien wordt de werking een pak duurder, omdat er meer in geïnvesteerd moet worden in de veiligheid van het personeel en de bewaking van voedselvoorraden. Guarnieri wees er op dat de operaties van het WFP al met geldgebrek kampten, omdat maar 22 procent van de financiering is voldaan. ‘Haïti heeft nu meteen hulp nodig’, benadrukte ze.