Onderzoek Amnesty: Israël vernietigde minstens 10.000 gebouwen in Libanon

Nieuws

Mensenrechtenorganisatie wil onderzoek naar oorlogsmisdaden

Onderzoek Amnesty: Israël vernietigde minstens 10.000 gebouwen in Libanon

Het Israëlische leger viel in oktober 2024 Libanon aan om naar eigen zeggen ‘gerichte aanvallen’ uit te voeren op ‘terroristische doelwitten’.

Het Israëlische leger viel in oktober 2024 Libanon aan om naar eigen zeggen ‘gerichte aanvallen’ uit te voeren op ‘terroristische doelwitten’.

De vernieling van huizen, wegen en landbouwgrond in het zuiden van Libanon door het Israëlische leger moet volgens Amnesty International worden onderzocht als een oorlogsmisdaad. Dat concludeert de mensenrechtenorganisatie in een briefing die dinsdag werd vrijgegeven.

Amnesty International onderzocht hoe Israëlische troepen tussen oktober 2024 en januari 2025 systematisch burgerlijke infrastructuur zoals huizen, wegen, parken en moskeeën hebben vernietigd in minstens 24 gemeenten in Libanon.

De bevindingen zijn gebundeld in de briefing 'Nowhere To Return: Israel’s Extensive Destruction of Southern Lebanon'. 

Terroristische doelen

Op 1 oktober 2024 verklaarde het Israëlische leger  dat het ‘op basis van nauwkeurige inlichtingen lokale, beperkte en gerichte aanvallen uitvoerde tegen terroristische doelen en infrastructuur van Hezbollah’.

Uit de analyse van Amnesty International blijkt echter dat er over bijna de gehele 120 kilometer lange zuidelijke grens met Israël sprake is van vernielingen.

Op basis van satellietbeelden, videomateriaal en getuigenissen concludeert de organisatie nu dat meer dan 10.000 gebouwen zijn verwoest of minstens zwaar beschadigd. De Israëlische troepen gebruikten met de hand geplaatste explosieven en bulldozers om burgerbezittingen en publieke plaatsen te treffen.

Een aanzienlijk deel van de vernielingen vond ook nog plaats na de start van het staakt-het-vuren dat op 27 november 2024 tussen Israël en Hezbollah van kracht was geworden.

In veel gevallen lijken de aanvallen te zijn uitgevoerd zonder militaire noodzaak, wat volgens internationaal humanitair recht verboden is, stelt Amnesty. Daarom ziet de organisatie voldoende reden om op te roepen tot een onderzoek naar mogelijke oorlogsmisdaden.

Opzettelijke vernielingen

‘De verwoesting van woningen, eigendommen en land door het Israëlische leger in Zuid-Libanon heeft hele gebieden onbewoonbaar gemaakt en talloze levens verwoest’, zegt Erika Guevara Rosas, senior directeur Onderzoek en Beleid bij Amnesty International.

‘Het bewijsmateriaal dat we hebben geanalyseerd, toont duidelijk aan dat Israëlische troepen opzettelijk een spoor van vernieling hebben achtergelaten tijdens hun opmars door de regio. Hun flagrante minachting voor de gemeenschappen die ze hebben verwoest, is weerzinwekkend.’

‘Wanneer deze vernielingen opzettelijk of roekeloos zijn gepleegd, moeten ze worden onderzocht als oorlogsmisdaden’, stelt ze.

Amnesty heeft de Israëlische autoriteiten op 27 juni 2025 vragen gesteld over deze acties. Op het moment van publicatie van het rapport (26 augustus) was er nog geen reactie ontvangen.