Parijs introduceert autodelen voor iedereen

Het Velib’-systeem is op amper een jaar tijd razend populair geworden in Parijs. Parisiens, pendelaars en toeristen kunnen er sinds juli 2007 voor een habbekrats één van de tienduizend fietsen kiezen die op honderden punten in de stad op gebruikers wachten. Ze kunnen de fiets op een ander punt in de stad weer achterlaten. Het systeem heeft het transportlandschap in de stad aanzienlijk veranderd.
De Parijse burgemeester Bertrand Delanoë wil nu verder borduren op dat succes met Autolib’, een gelijkaardig project met elektrische auto’s. Tegen eind volgend jaar wil hij vierduizend wagens parkeren op zevenhonderd punten in en rond de stad. Die autootjes kunnen gebruikt worden om korte afstanden af te leggen. Net als met Velib’ kan een bestuurder de auto na gebruik parkeren op een ander punt naar keuze. Er komen vijfhonderd punten bovengronds en tweehonderd onder de grond. De helft van de auto’s komt in het centrum, de andere helft in de stadsrand.
 “Dit kan een revolutie betekenen voor de transportsector”, zei Delanoë op de Franse radio. Het systeem zal intelligenter zijn dan het huidige Velib’-systeem, waar de gebruiker soms met een gebrek aan parkeerplaatsen geconfronteerd wordt. “Er komt een computersysteem waarmee de gebruiker bij het starten meteen aanduidt waar hij de auto plant af te zetten. Daar wordt dan parkeerplaats voorzien.”
Verder zou het systeem erg vergelijkbaar zijn met Vélib. Gebruikers kunnen een jaarabonnement kopen of een wagen huren voor eenmalig gebruik.
Groen of niet?
Parijs richt zich met de wagentjes vooral op jonge koppels met kinderen die af en toe een wagen nodig hebben om de shoppen of de kinderen te voeren, maar zelf geen wagen kunnen betalen. De “schone” Autolib’-wagentjes bieden dan een oplossing, maar toch zijn milieubewegingen bezorgd.
Sceptici vrezen immers dat het nieuwe systeem mensen zal verleiden om sneller voor een autootje te kiezen in plaats van voor de fiets of het openbaar vervoer. Ze wijzen er ook op dat de wagentjes het verkeer in de al drukke Parijse straten nog zullen doen toenemen.