Vangst Argentijnse heek dreigt ineen te klappen
Marcela Valente
08 juni 2010
In het zuiden van de Atlantische Oceaan staat de vangst van heek op het punt in elkaar te klappen. Argentijnse heek is een van de meest beviste witte vissen ter wereld.
“De ineenstorting betekent niet dat soort uitsterft, maar wel dat de vangst niet langer rendabel is, met banenverlies als gevolg”, zegt Guillermo Cañete, coördinator van het mariene programma van de milieustichting Vida Silvestre Argentina. Volgens Cañete is de Argentijnse heek (Merluccius hubbsi) de op drie na meeste beviste witte vis ter wereld en zelfs de meest beviste van het zuidelijke halfrond.
Volgens het Nationaal Instituut voor Onderzoek en Ontwikkeling van de Visserij gaat de Argentijnse heek sterk achteruit. Waar er in 1986 tien volwassen exemplaren waren, zijn er nu nog maar twee. De achteruitgang van de heek is ook een bedreiging voor de voedselzekerheid en voor de biodiversiteit, zeggen milieuexperts.
Jonge vissen
Meer dan 60 procent van de exemplaren die men nu vangt, zijn jonge vissen. “Als men daar niets aan doet, klapt alles op korte termijn in elkaar”, zegt Cañete. “En het eerste wat zal verdwijnen is de visser.”
Vida Silvestre riep de Argentijnen dit jaar op geen visfilets meer te kopen die kleiner zijn dan 25 centimeter. Argentijnen eten vooral vlees, maar wanneer ze vis eten, kiezen ze vooral heek, die relatief goedkoop is.
Kritiek
Het Inidep waarschuwde de regering in december dat de situatie kritiek was. De Federale Visraad stelde toen vangstquota op, 290.000 ton dit jaar, 10.000 minder dan in 2009. Maar voor milieuexperts, vissers en kleine ondernemers is het toegestane volume alarmerend hoog.
“De laatste twintig jaar waren er geen duidelijke regels, en bovendien werden ze niet nageleefd”, zegt Néstor María, regionaal secretaris van de vissersvakbond Sindicato de Obreros Marítimos Unidos. “Toen ik 27 jaar geleden begon, ging men drie tot vijf keer per maand de zee op, vandaag is dat maar de helft meer. Om het ruim van het schip te vullen met 150 ton vis moet men tien tot twaalf dagen per keer aan boord blijven, terwijl we vroeger na drie of vier dagen met grote vissen konden terugkeren.”
Volgens officiële cijfers werd in 2009 280.000 ton heek gevist. Maar volgens Néstor María ligt de werkelijke hoeveelheid veel hoger, “we schatten 450.000 ton per jaar.” “Er zijn nu twintigduizend banen bedreigd, zowel op zee als aan wal.”