Zowel links als rechts eisen het presidentschap in El Salvador op

Bijna alle stemmen zijn geteld in het Latijns-Amerikaanse El Salvador, waar zondag 9 maart de beslissende stemmingsronde voor het presidentschap plaatsvond.

Zowel Salvador Sanchez Ceren, de kandidaat van het linkse Bevrijdingsfront Farabundo Marti (FMLN), als de rechtse Norman Quijano van de Republikeinse Nationalistische Alliantie (Arena) zijn vastbesloten zich de presidentstitel toe te eigenen. Met een verwaarloosbaar verschil van -volgens Al Jazeera- slechts 0,2 procent roepen beide presidentskandidaten zich namelijk als winnaar van de verkiezingen uit.

Zeer klein verschil

Sanchez Ceren van het regerende FMLN behaalde 50,1 procent van de stemmen, terwijl Quijano van de Arena-partij het met 49,9 procent van de stemmen moest stellen. Een verschil dat gelijk staat aan een luttele 8.000 stemmen, aldus Al Jazeera.

De rechtse Quijano spreekt volgens over “frauduleuze verkiezingen” en is vastbesloten om de overwinning van zijn partij te verdedigen. ‘Ze gaan ons niet beroven van onze overwinning, we gaan een strijd voeren op leven en dood’, zegt Quijano.

Salvador Sanchez Ceren, nu vice-president van El Salvador, reageerde dat de resultaten duidelijk aantonen dat zijn partij de verkiezingen wint. ‘We gaan regeren voor iedereen. Zowel voor diegenen die voor ons gestemd hebben als voor de anderen. We gaan eerlijk regeren en onze beloften waarmaken.’

Angst voor nieuw geweld

FMLN, de partij van Sanchez Ceren, was ooit een rebellenbeweging die zich in de jaren ’80 verzette tegen de rechtse regering van de Arena-partij en groeide uit tot een politieke partij. De nieuwe onenigheden herinneren aan de toenmalige burgeroorlog tussen beide groepen, waarin 76.000 mensen omkwamen.

De officiële en volledige telling gebeurt vandaag, maandag 10 maart. De resultaten laten nog tot het einde van de week op zich wachten. De winnende partij staat een zware taak te wachten, met de bestrijding van armoede en de heropleving van de economie als belangrijkste aspecten.

De nieuwe president wordt op één juni ingehuldigd voor een termijn van vijf jaar.