Westerse kritiek op militaire junta? ‘Thailand heeft sterke internationale positie’
Cornelius Noll
19 mei 2016
De internationale gemeenschap blijft relatief stil over autoritair Thailand. Haar verontwaardiging lijkt gereserveerd voor de nochtans vergelijkbare ontwikkelingen in Rusland of Turkije. Waarom is dat zo? ‘Diplomatie moet niet scoren op de publieke scène, maar resultaten halen. In Azië weegt Europa eigenlijk relatief licht.’
De MO*-longread van Sarah Haaij over de Thaise beknotting van de vrije meningsuiting.
Sinds de militaire coup in 2014 heerst in Thailand weer orde. De politieke onrust die vanaf 2006 de kop had opgestoken, is zo tot een einde gekomen. De relatieve stabiliteit gaat echter gepaard met veelvuldige arrestaties door het leger en zware beperkingen van mensenrechten. Vreedzame kritiek op het regime of een voorzichtige protestactie kunnen resulteren in een jarenlange gevangenisstraf. De pers wordt gecensureerd. Al drie keer werd in de lokale editie van de International New York Times een kritisch artikel over Thailand vervangen door witte ruimte.
D****e MO*-analyse van Lennart Hofman over dit weinig besproken conflict.
Het land dat bij velen bekend staat als exotische vakantiebestemming, heeft in haar zuiden bovendien te kampen met een bloedig conflict tussen de Thailandse staat en separatistische moslimextremisten. Meer dan zesduizend mensen zijn de voorbije twaalf jaar omgekomen. Honderden soldaten staan er op straat en pantserwagens maken hun rondes.
Kritiek in de Mensenrechtenraad
‘De internationale gemeenschap heeft uitvoerig haar bezorgdheid over de mensenrechten in Thailand geuit.’
De onderdrukking door het Thaise regime gaat niet ongemerkt voorbij. ‘De internationale gemeenschap heeft uitvoerig haar bezorgdheid over de toestand van de mensenrechten in Thailand geuit,’ zegt Jeremy Laurence, woordvoerder van het Mensenrechtenbureau van de Verenigde Naties in Azië, vanuit Bangkok. ‘Vorige week nog hebben ongeveer honderd lidstaten tijdens de VN-Mensenrechtenraad in Genève tientallen tekortkomingen benoemd die de Thailandse overheid moet aanpakken.’
Die VN-vergadering kwam er niet uit urgentie, maar was jaren vooraf gepland. De zitting was een Universeel Periodiek Onderzoek. Dat is een vierjaarlijks rapport waarin de staat van de mensenrechten in telkens één VN-lidstaat onderzocht wordt. Uiteindelijk worden alle lidstaten geïnspecteerd, en vorige week was toevallig Thailand aan de beurt.
Grootschalige protestacties, zoals deze van november 2013 tegen de regering van toenmalig premier Yingluck Shinawatra, zijn verleden tijd. Demonstranten kunnen nu jarenlange gevangenisstraffen opgelegd krijgen.
Geen eerlijk proces
België is één van de landen dat het onderzoek heeft gevoerd. Ons land stelde al op voorhand een aantal vragen aan Thailand. Bijvoorbeeld: zal iedereen recht op een eerlijk proces krijgen? Dat impliceert dat burgers niet meer voor een militaire rechtbank berecht worden, waar de nadruk ligt op strenge discipline. Duizend zeshonderd zaken worden momenteel in zo’n rechtbank beslecht. Volgens de Thaise premier Prayut Chan-o-cha zijn de militaire rechtbanken niet anders dan hun civiele tegenhangers en zorgen ze gewoon voor de snellere afhandeling van rechtszaken.
1600 zaken worden nu in een militaire rechtbank beslecht, waar de nadruk ligt op strenge discipline.
‘Ook de VN-Mensenrechtencommissaris heeft het Thailandse regime meermaals opgeroepen om hun verplichtingen na te komen. De maatschappij en de diplomatieke gemeenschap steunen zijn opvattingen, zowel in het binnen- als buitenland’, stelt Laurence. De diplomatieke berispingen tegen Thailand zijn echter niet vergelijkbaar met de strenge reacties op het gedrag van de leiders van bijvoorbeeld Turkije of Rusland.
Embryonale mensenrechten
Een Thailandse politieman in een trein bij de stad Kanchanaburi.
Nicolas Biglié / 500px (CC BY-NC 2.0)
Moet België, en bij uitbreiding de Europese Unie, strenger zijn in zijn veroordelingen van de militaire junta die Thailand met ijzeren hand regeert? ‘Verontwaardiging is goedkoop’, zegt een bron bij Buitenlandse Zaken, ‘maar diplomatie moet niet scoren op de publieke scène, ze moet resultaten halen. En daarvoor moet je het soortelijk gewicht van je eigen land in relatie met het partnerland juist inschatten. En in Azië weegt België, en bij uitbreiding Europa, eigenlijk relatief licht.
Thailand heeft bovendien een sterke internationale positie, met onder andere de VN-instellingen voor Azië in Bangkok.’ Thailand heeft sowieso een zeer gemengde geschiedenis op het vlak van democratie en mensenrechten. Het land heeft met 21 mislukte en gelukte staatsgrepen sinds 1932 een triest record, zelfs in de allesbehalve democratische regio Zuidoost-Azië.
‘Geen enkel land zou zich mogen laten bedotten door de lege beloftes van de Thailandse overheid.’
‘Het is normaal dat de Belgische regering veel alerter reageert op wat er in Turkije, Rusland of Oekraïne gebeurt: dat zijn landen die aan de grenzen van de EU liggen. Bovendien kan je in de Europese ruimte een beroep doen op een functionerend mensenrechtensysteem. Dat bestaat in Zuidoost-Azië slechts in zeer embryonale vorm’, aldus nog de Belgische diplomaat.
In Europa zijn mensenrechten via het Europese Hof voor de Rechten van de Mens rechtstreeks afdwingbaar. De Zuidoost-Aziatische evenknie, de Aziatische Intergouvernementele Commissie voor de Rechten van de Mens, heeft in haar zesjarig bestaan nog geen enkele actie ondernomen om de basisrechten van haar burgers te vrijwaren.
‘Geen enkel land zou zich mogen laten bedotten door de lege beloftes rond mensenrechten van de Thailandse overheid’, stelt Sunai Phasuk, hoofdonderzoeker bij Human Rights Watch Thailand. ‘Wereldleiders moeten de rode loper niet uitrollen voor de Thailandse generaals, maar bij hen aandringen om een einde te maken aan de schending van fundamentele rechten. Ze moeten pleiten voor een spoedige terugkeer naar een democratische regeringsvorm.’