‘Alsof solidariteit op één been loopt’

Réginald Moreels

08 maart 2022
Opinie

Oud-minister en humanitair arts Réginald Moreels over selectieve liefdadigheid

‘Alsof solidariteit op één been loopt’

‘Alsof solidariteit op één been loopt’
‘Alsof solidariteit op één been loopt’

‘Ik juich de westerse solidariteit met de Oekraïners toe’, schrijft Réginald Moreels, humanitair chirurg en gewezen minister van Internationale Samenwerking. ‘Maar het leed van een Afrikaan, Aziaat, Arabier of Perziër blijkt minder aangrijpend dan wit leed. Waarom toch is solidariteit zo selectief?’

Montecruz Foto (CC BY-SA 2.0)

Een betoger in Berlijn (2014) houdt een bord met de woorden ‘Vluchtelingen hartelijk welkom’ omhoog. Réginald Moreels: ‘Bij Artsen Zonder Grenzen kende onze motivatie geen enkele geografische noch humane grens.’

Montecruz Foto (CC BY-SA 2.0)

‘Ik juich de westerse solidariteit met de Oekraïners toe’, schrijft Réginald Moreels, humanitair chirurg en gewezen minister van Internationale Samenwerking. ‘Maar het leed van een Afrikaan, Aziaat, Arabier of Perziër blijkt minder aangrijpend dan wit leed. Waarom toch is solidariteit of liefdadigheid zo selectief?’

In elke oorlog, in elk conflict is het leed als het ware samengeperst in elk individu dat bommen ontvlucht, gekwetst wordt, een geliefde verliest. Mensen slaan op de vlucht.

Gisteren zag ik op de beeldbuis twee rijen vluchtelingen in de rij, aan het wachten voor het Klein Kasteeltje. In de linkerrij stonden Oekraïners, in de rechterrij alle andere volkeren. Men kan al raden welke mensen het langst zullen moeten wachten.

In het noordoosten van Oekraïne zitten nog honderden buitenlandse studenten vast, voornamelijk Nigerianen maar ook vele andere Afrikanen, Indiërs en Turken. Aan de Poolse grensovergang wordt ons door journalisten bevestigd dat kleurlingen worden tegengehouden ten voordele van eigen burgers. Zou de solidariteit dan toch een kleurgrens hebben? Blijkbaar wel.

Ik geef grif toe dat ik de westerse solidariteit met de Oekraïners toejuich. Ikzelf heb ooit, begin jaren ‘80, veelvoudige konvooien georganiseerd en begeleid met een Oostendse organisatie, Medios, om Solidarność te steunen in Polen (vakbeweging die zich verzette tegen het communistische regime, red.). Drie maanden later vertrok ik met Artsen Zonder Grenzen naar Tsjaad voor mijn eerste zending. Zonder na te denken over wie met welke kleur ik zou trachten te verzorgen. Onze motivatie kende geen enkele geografische noch humane grens.

Selectieve solidariteit

Solidariteit toont aan dat in de mens nog wat goeds zit. Maar ze toont ook aan dat de discriminatie nog altijd even diepgeworteld is, al vele eeuwen lang. De psychoanalyticus Carl Jung zou dit een archetype van de blanke of witte mens noemen. Het leed van een Afrikaan, Aziaat, Arabier, Iraniër is minder aangrijpend dan wit leed. Het lijden wordt in onze wereld gemeten op een pijnschaal van één tot tien. Het lijden blijft onder de vijf voor de niet-blanke, gaat boven de vijf voor de blanke.

Dit vind ik blijvend ontgoochelend. Terwijl onze EU-regeringen een “gecontroleerde” migratie opzet voor oorlogs- en klimaatvluchtelingen uit diverse continenten, worden onze grenzen nu terecht maar vrij ongecontroleerd opengezet voor zij die nog tot onze beschaving behoren.

‘Westerse politiekers hullen zich voor de camera’s in de Oekraïense vlag, maar weten heimelijk dat Oekraïne niet zomaar in NAVO noch EU opgenomen kan worden.’

Ik juich toe dat wij de Oekraïners gastvrij omarmen, maar ik blijf enorm verbaasd dat de tijd van het verschil tussen ‘wij en de barbaren’ nog altijd niet tot een definitief verleden behoort. De huidige wedloop tussen westerse politiekers om zich voor onze camera’s in de blauwgele Oekraïense vlag te hullen, maar die heimelijk weten dat Oekraïne niet zomaar in de NAVO noch in de EU kan opgenomen worden, proeft wansmakelijk.

Waarom toch is solidariteit of liefdadigheid zo selectief?

Ik kan nauwelijks begrijpen dat de oermens meer voeling had met een individu met dezelfde fysiek. Maar in deze moderne en postmoderne tijd, waarin het al universele verklaringen is dat de klok slaat, is deze houding al zeker niet meer te verantwoorden.

“Minder beschaafd”

Daarbij komt het over alsof geweld en oorlog meer thuishoren bij de zogenaamde “minder beschaafde volkeren”. Wie echter objectief wil blijven en wat geschiedenis kent, weet toch dat Europa en het Westen een aantal wereldoorlogen gevoerd hebben en dat de Balkanoorlogen zich afspeelden op het Oost-Europese continent. En dat het aantal dodelijke slachtoffers daarvan alle verbeelding overtreft. Zelf werd ik in Sarajevo bijna doodgeschoten met een kogel van wapenfabriek FN, van Belgische makelij.

Discriminatie is onze erfzonde. Ze plakt als een kwal aan ons lijf en onze geest. Ze bewoont onvermurwbaar ons onderbewustzijn.

Ze maakt ons tot imperfecte mensen: goed voor de enen, onverschillig ten opzichte van de anderen. De waakcultuur deelt mensen in volgens identiteit, kleur en afkomst. Discriminatie reduceert de ethische plicht van bijstand aan mensen die in gevaar verkeren, waar ook ter wereld, tot een mondeling grapje. Precies alsof wij maar op één been lopen als het erom gaat mensen te helpen verder leven.

Net als een aantal van mijn collega’s denk ik universeel, voel ik universeel, leef ik universeel. Dus, beste Oekraïner, beste Syriër, Afghaan, Congolees, Palestijn, Eritreeër: welkom.