Kernwapens weg uit België, van woorden naar daden

Vredesactie vzw

22 april 2015
Opinie

Kernwapens weg uit België, van woorden naar daden

Kernwapens weg uit België, van woorden naar daden
Kernwapens weg uit België, van woorden naar daden

Het Vlaams Parlement vraagt de Vlaamse regering om bij de federale regering aan te dringen op de terugtrekking van kernwapens uit Vlaanderen. Volgens de vredesbeweging Vredesactie ligt de bal nu in het kamp van hun federale collega's. De organisatie vraagt zich af of die zich nu uit zullen spreken tegen een nucleaire rol voor de eventuele opvolger van de F-16?

Link

Lees ook het MO*dossier De toekomst van defensie

Groen, SP-A, CD&V, N-VA en Open VLD vragen in een resolutie dat de Belgische regering stappen zet om de kernwapens uit Vlaanderen weg te krijgen. Dat is een sterk signaal.

De parlementsleden geven daarmee gehoor aan wat de meerderheid van de Belgen al jarenlang wil. Voor de verwijdering van de kernwapens bestaat immers een groot maatschappelijk draagvlak. Uit een opinieonderzoek van de UA in 2014 blijkt dat slechts 1 op de 4 Belgen het niet eens is met de stelling dat ‘alle kernwapens die op Belgisch grondgebied opgeslagen zijn, moeten worden verwijderd.’

Dat in het Vlaams Parlement eindelijk rekening gehouden wordt met dat brede draagvlak geeft hoop. Dat ook binnen de partijen die op federaal niveau de dienst uitmaken parlementsleden opstaan die de kernwapens weg willen kunnen we alleen maar toejuichen.

Wachten op de NAVO?

‘De verwijdering van de kernwapens uit België afhankelijk maken van NAVO-consensus is een politieke keuze, geen noodzaak.’

In het federale parlement zijn helaas andere geluiden te horen. Naar aanleiding van de Toetsingsconferentie van het Nonproliferatie Verdrag keurde ook de Kamercommissie Buitenlandse Zaken onlangs een resolutie goed.

Die vraagt de federale regering ‘België resoluut stappen te doen zetten naar nucleaire ontwapening, in het raam van multilaterale onderhandelingen waaraan België actief blijft deelnemen om het eigen grondgebied helemaal kernwapenvrij te maken.’

Het addertje schuilt in de ‘multilaterale onderhandelingen’. In de praktijk bedoelen politici daar meestal mee: als alle andere NAVO-landen het daarmee eens zijn. De verwijdering van de kernwapens uit België afhankelijk maken van NAVO-consensus is een politieke keuze, geen noodzaak.

De kernwapens liggen hier op grond van bilaterale overeenkomsten met de VS. Eerder trokken de VS tactische kernwapens terug uit bases in het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Griekenland zonder enige ruchtbaarheid.

Dat kan dus ook vandaag, als onze regering dat maar wil. In de praktijk deden de Belgische regeringen, met ministers van CD&V en Open VLD op de bevoegde ministerposten, de afgelopen jaren geen enkele serieuze poging om de verwijdering van de kernwapens uit België dichterbij te brengen.

Morgen staat de resolutie op de agenda van de plenaire zitting in de Kamer. Alle pogingen van de oppositiepartijen om in de resolutie nadrukkelijker aan te dringen op een actiever beleid, werden door de regeringspartijen geweigerd.

Opvolger van F-16, mét kernwapens?

Ondertussen gaat op een ander niveau de sluipende besluitvorming verder. Deze regering moet immers ook beslissen of ze nieuwe gevechtsvliegtuigen koopt. Officieel is daarover ‘nog niets beslist’. Maar de vervanging van de F-16’s is wel verankerd in het regeerakkoord.

Nochtans is ook daar geen enkel draagvlak voor: volgens hetzelfde opinieonderzoek vindt slecht een kwart van de Belgen dat het leger moet investeren in een opvolger van de F-16.

Moet die eventuele opvolger ook in staat zijn om kernbommen in te zetten, zoals de straaljagers in Kleine Brogel nu? Op die vraag antwoordt geen enkele van de regeringspartijen negatief.

Toen onlangs enkele topmilitairen met heimwee naar de Koude Oorlog opperden dat ook de eventuele opvolger van de F-16 kernbommen moet kunnen droppen, trad CD&V, bij monde van Kamerlid Veli Yüksel hem volmondig bij: ‘Als trouwe NAVO-partner moeten we ons mee blijven inschrijven in de collectieve nucleaire strategie.’

Ook in onze gesprekken met Kamerleden van N-VA en Open VLD spreken die zich niet uit tegen een nucleaire rol voor de eventuele opvolger. Ons NAVO-lidmaatschap weegt blijkbaar zwaarder door dan de democratie. Ook al dragen die kernwapens op geen enkele manier bij aan onze veiligheid.

Daarmee kiezen de regeringspartijen de facto voor de duurste kandidaat-opvolger, de F-35 of Joint Strike Fighter. De andere mogelijke opvolgers zijn niet aangepast om de Amerikaanse kernwapens in te zetten. Als de Belgische regering ervoor kiest om haar huidige rol in de NAVO-kernwapenstrategie verder te zetten, moet ze wel de F-35 kopen.

De regeringspartijen bevinden zich dus in een moeilijke spreidstand: ze zeggen dat ze de kernwapens uit ons land weg willen, maar lijken wel te kiezen voor de verderzetting van de nucleaire taak van de gevechtsvliegtuigen.

Als het Vlaams parlement A zegt…

‘Hoe kunnen onze parlementsleden in de Kamer dit signaal uit Vlaanderen vertalen?’

Het is nu aan het federale niveau om de volgende stap te zetten. Hoe kunnen onze parlementsleden in de Kamer dit signaal uit Vlaanderen vertalen?

Een eerste logische stap is om er op aan te dringen dat de eventuele vervanger van de F-16 niet nuclear capable wordt. Over enkele jaren zullen de verouderde F-16’s uit roulatie genomen worden. Laat ons die kans grijpen om ook van de kernwapens, die al lang hun tijd hebben gehad, af te geraken.

De Nederlandse Tweede Kamer deed het onze parlementsleden al voor. Die keurde in november 2013 een motie goed waarin gesteld werd ‘dat de vervanger van de F-16 geen nucleaire taak mag hebben.’ Waarom zou dat in België niet kunnen?

Daarnaast moet onze regering de geplande modernisering van de Amerikaanse kernwapens aangrijpen om ons land kernwapenvrij te maken. De VS beginnen binnenkort aan de upgrade van de B61 kernwapens. De eerste nieuwe tactische kernwapens worden vanaf 2019 of 2020 opnieuw naar de Europese bases gevlogen. Onze regering moet nu aan de VS en de andere bondgenoten duidelijk maken dat België van haar nucleaire taak af wil. Vlaamse parlementsleden gaven de voorzet, het is nu aan hun federale collega’s om het werk af te maken.