Belgische banengroei ging vooral naar buitenlanders door praktijk van detachering
De Belgische economie schiep de jongste jaren meer banen voor buitenlanders dan voor Belgen. Detachering en de daarachter schuilgaande fraude ondermijnen sociale verworvenheden in een aantal sectoren. Het maakt de EU niet populair bij de betrokken arbeiders. Hoe moet dit verder?
© Lectrr
‘Als hier niets aan verandert, krijgen we nog meer Brexits’, zucht een Belgische bouwvakker. Hij werkt al jaren bij bouwbedrijf Louis De Waele, maar vreest dat hij nu op weg is naar de uitgang. ‘Ons bedrijf heeft werk bij hopen, liefst 28 werven, maar toch sta ik al maanden op economische werkloosheid. Dat wil zeggen dat ik één week per maand kan werken – en zelfs die ene week heb ik het gevoel dat ik eigenlijk niet nodig ben. Vanmorgen kwam ik op de werf in de Ommegangstraat in Brussel en moest ik zelf uitzoeken wat ik daar kon gaan doen. Ik kende er ook niemand, het waren allemaal buitenlanders. Men werkt liever met gedetacheerden uit Bulgarije of Roemenië. Die economische werkloosheid kost me elke maand zeshonderd euro. Zo kan ik niet comfortabel leven.’ Later die week controleert de sociale inspectie zijn werf: 40 van de 73 arbeiders blijken niet in orde te zijn.
Fréderic Keymeulen werd in 2014 ontslagen op de afdeling Charleroi van De Waele. ‘Ze zeiden ons rechtuit dat wij te duur zijn en dat ze daarom liever met Oost-Europeanen werken. En dus konden wij gaan. Dat maakt me echt kwaad. Ik stem tegenwoordig voor het Front National. De PS heeft afgedaan.’
Lees hier een reactie van staatssecretaris voor Soclaie Fraudebestrijding Philippe De Backer
Tom Deleu van ACV Bouw en industrie zegt dat Belgische bouwvakkers kwaad zijn dat ze hun baan verliezen aan buitenlanders: ‘Europees parlementslid Ivo Belet schrok van die woede toen hij langskwam.’
Na de uitbreiding van de EU werd detachering een instrument om de hoge Belgische loonkosten te omzeilen.
De detacheringsrichtlijn dateert van 1996 en dus van voor de toetreding, in 2004, van de Oost-Europese lidstaten tot de Europese Unie. Ze maakt het werknemers mogelijk om op een vlotte manier tijdelijk in een andere lidstaat te werken: de gedetacheerde werkt tegen de (minimale) loon- en arbeidsvoorwaarden van die lidstaat, maar zijn socialezekerheidsbijdragen mag hij in eigen land blijven betalen. Logisch, als het toch maar tijdelijk is. Tot 2004 waren hiermee geen problemen, maar na de uitbreiding werd detachering een instrument om de hoge Belgische loonkosten te omzeilen. Omdat de sociale lasten in die landen veel lager zijn én omdat de Belgische loon- en arbeidsvoorwaarden niet hoeven te worden nageleefd.
Passanten
Kris Jordens, ACV-afgevaardigde bij het Brusselse bouwbedrijf Valens, een onderdeel van de internationale bouwgroep Eiffage, zag de werkgelegenheid in zijn bedrijf afkalven. ‘In 2005 werkten er 325 mensen. Nu nog 104. Toeleveraars komen zogenaamd de werf schoonmaken en vallen daardoor onder het paritair comité van de schoonmaaksector, waar lagere lonen gelden. Ze verdienen 8 tot 10 euro per uur, maar doen veel meer dan schoonmaken: bekisten, betonneren, noem maar op. Op de werf in Maalbeek zijn er van de 120 arbeiders nog acht van ons.’ Het spreekt vanzelf dat de vakbond in die omstandigheden minder impact heeft op de bouwplaatsen.
‘Ik heb niks tegen die mensen. Ze komen hier een boterham verdienen. Alleen zou ik willen dat ze dezelfde regels naleven als wij.’
Door detachering kan er goedkoper gewerkt worden. En sneller. Er wordt vaak een loopje genomen met rust- en werktijden. Sneller, goedkoper, maar daarom niet beter, vindt Wim Baeyens, die in de Europese Ondernemingsraad van Eiffage zit. ‘De kwaliteit van het werk lijdt soms onder de detachering, omdat lang niet altijd gekwalificeerde mensen worden aangetrokken. Ik heb al muren opnieuw zien bouwen omdat ze niet recht waren.’
Getuigt iemand die zijn werk verliest door detachering: ‘Die mensen zijn passanten. Dat er beton in een afvoerpijp loopt kan hen minder schelen. Op het moment dat het probleem ontdekt wordt, zijn ze ergens elders, ver weg. Let wel, ik heb niks tegen die mensen. Ze komen hier een boterham verdienen. Alleen zou ik willen dat ze dezelfde regels naleven als wij.’
De bouw is een van de belangrijkste sectoren waar detachering welig tiert. Het gebrek aan een vaste werkplaats maakt controle moeilijker.
Public Domain (CC0)
Zich langzaam overbodig voelen worden: nog andere Belgische bouwvakkers kennen het. Het blijkt uit de cijfers die het HIVA, het onderzoeksinstituut voor arbeid en samenleving van de KU Leuven, recent publiceerde. In de bouw namen de investeringen en de totale werkgelegenheid tussen 2011 en 2015 toe, maar de werkgelegenheid van Belgen daalde met 16.000 eenheden. Het aantal gedetacheerden steeg in dezelfde periode evenwel van 45.300 naar 130.600. Banenverlies voor Belgen en sterke banengroei voor gedetacheerden dus. In 2016 nam het aantal gedetacheerden niet meer toe en leek de Belgische werkgelegenheid te stabiliseren.
België is in de EU zowat de detacheringskampioen. Het aantal gedetacheerden verdrievoudigde in tien jaar tijd van 81.000 naar 213.000 vorig jaar.
De bouw is overigens niet de enige sector waar detachering floreert. België is in de EU zowat de detacheringskampioen. Het aantal gedetacheerden verdrievoudigde in tien jaar tijd van 81.000 naar 213.000 vorig jaar. In absolute cijfers komt België daarmee op de derde plaats, na Frankrijk en Duitsland. Detachering is in ons land goed voor 4,4 procent van de totale werkgelegenheid. Alleen Luxemburg scoort hoger.
Tussen 2011 en 2015 werden in ons land, volgens het HIVA, 65.000 banen (loontrekkenden en zelfstandigen) geschapen voor Belgen, en 87.000 voor gedetacheerden. ‘Groei van de werkgelegenheid in België is er dus voornamelijk via detachering’, besluit professor Jozef Pacolet. Nochtans waren er in die periode nog honderdduizenden Belgische werklozen.
2,66 euro per uur
Detachering tiert welig in de bouw en de transportsector, waar het gebrek aan een vaste werkplaats controle bemoeilijkt, maar verbreidt zich ook elders.
In Ronse waren bij Bert Containers, het afvalwerkend bedrijf van de familie De Vreese, tijdens een eerste controle door de sociale inspectie zeventien Poolse werknemers actief. Ze werkten er zes dagen op de zeven, twaalf uur per dag voor 6 euro per uur. Een normaal loon in de branche bedraagt 10 euro per uur. De zeventien sliepen om de beurt in een klein huisje in Ronse, waar acht bedden stonden. Ze betaalden voor dat ‘halve bed’ elk een maandelijkse huur van 200 euro. Het sanitair was abominabel en de veiligheidsmaatregelen op het werk bleken ontoereikend. Na die eerste controle beloofde het bedrijf de mensen in dienst te zullen nemen.
De inspectie stelt vast dat Solidwork voor zes weken werk 42.000 euro factureerde en daar zelf 18.354 euro aan verdiende.
Bij een tweede controle, eind 2016, waren dertien van de zeventien Polen in dienst genomen, maar vier ervan hadden nog altijd een twijfelachtig statuut. Ze werkten à 330 euro per maand zonder extra vergoedingen. Dat kwam neer op 2,66 euro per uur. De vier werden gedetacheerd door een van de Poolse bedrijven van de familie De Vreese. Transportfirma De Vreese Logistics profileert zich, samen met Bert Containers, als sponsor van de veldrijploeg Marlux, die onder meer Kevin Pauwels in dienst heeft.
In steenbakkerij Vande Moortel in Oudenaarde bleken tijdens een controle 52 van de 100 werknemers buitenlanders te zijn. De mensen verdienen er 9 euro per uur, werken er zes dagen per week tot dertien uur per dag. Zowel uurloon als werktijden zijn onwettig. Bij 45 van de 52 Poolse werknemers was sprake van gelijktijdig werken voor een Belgisch bedrijf en een Pools bedrijf van betonnen prefabelementen. Zeven werknemers werkten bij Vande Moortel via het Brusselse bedrijf Solidwork, dat 16 euro per uur aanrekende voor zijn personeel (dat zelf 9 euro ontving). De inspectie stelt vast dat Solidwork voor zes weken werk 42.000 euro factureerde en daar zelf 18.354 euro aan verdiende.
Het slachthuis van Tielt
Ook in slachthuizen vinden mensen vaak werk via complexe toeleveringskanalen. Neem het Tieltse slachthuis, in de dagen voor het gesloten werd vanwege wanpraktijken inzake dierenwelzijn. Uit de werkplaatsmelding bleek dat slechts 43 van de 225 arbeiders eigen personeel was van de bedrijven Debra Meat en Exportslachthuis Tielt, die het slachthuis runnen. De overige 182 werknemers waren hoofdzakelijk in dienst bij Belgische onderaannemers. Zowel de ondernemers als de arbeiders zijn vooral te vinden in het Turks-Bulgaarse milieu uit Gent en Brussel.
17 eigen arbeiders Debra Meat + 26 eigen arbeiders Exportslachthuis Tielt
19 Seat Toystore bvba, Vandersweyerstraat 46/2, 1030 Schaarbeek
7 Emrehan, Molenaarstraat 61, 9000 Gent
29 Power Team, August Van Lokerenstraat 74A, 9050 Gent
26 Alis bvba, Dendermondsesteenweg 241, 9040 Gent
6 Meat & Cleaning Company, Wondelgemstraat 183, 9000 Gent
1 Florevi GCV, Reinaartweg 5, 9070 Destelbergen
10 B-Mar bvba, Eedgenotenstraat 66, 1000 Brussel – van wie 1 gedetacheerd uit Bulgarije
34 Hemcom BVBA, Eedgenotenstraat 66, 1000 Brussel – van wie 22 gedetacheerd uit Bulgarije
37 directe detacheringen uit Bulgarije(11) en Roemenië(26)
3 Forum Jobs NV, Kwadestraat 149a, bus 5.1, 8800 Roeselare
2 Let’s Work bvba, H. Consciencestraat 9/2, 8500 Kortrijk
3 Eymen F. CVOA, Rodelijvekensstraat 106, 9000 Gent
4 Certeas BVBA, Jachtlaan 135, 1040 Etterbeek
1 Maïthe BVBA, Heilig Hartplein 3, 9040 Gent.
Het Tieltse slachthuis werd al in 2006 voor koppelbazerij veroordeeld. De NV’s Debra Meat en Exportslachthuis Tielt kregen toen elk 315.000 euro boete omdat ze Bulgaren in dienst hadden als schijnzelfstandigen.
‘Misschien vind je geen Belgen om in slachthuizen te werken, maar waarom neem je de buitenlanders dan niet in dienst? Waarom permanent de weg van de onderaanneming bewandelen?’
Danny Meirsschaut, arbeidsauditeur voor West- en Oost-Vlaanderen: ‘Dit bedrijf blijft na zijn veroordeling werken met onderaannemers. Of dat even dubieus is als vroeger kan ik niet beoordelen bij gebrek aan onderzoek. De sector kiest niet voor werkgelegenheid van eigen personeel, maar blijft een beroep doen op (steeds meer buitenlandse) onderaannemers. Misschien vind je geen Belgen om in slachthuizen te werken, maar waarom neem je de buitenlanders dan niet in dienst? Waarom permanent de weg van de onderaanneming bewandelen?’
‘Ik ben ervan overtuigd dat werknemers die vast werk hebben in het bedrijf zelf en eerlijke arbeidsvoorwaarden krijgen, zich beter in hun vel voelen en misschien ook de dieren beter behandelen. Er bestaat zoiets als betrokkenheid. Een arbeider die wordt afgezet voor de fabriekspoort, de ene dag hier, de andere dag daar, en die verblijft op een plaats ver van huis, een arbeider zonder vakbondssteun die als tweederangsfiguur wordt beschouwd, voelt zich minder betrokken. Misschien zal hij zijn frustratie op de dieren uitwerken.’
Verworvenheden uitgehold
Tien jaar geleden schreven we in MO* al uitgebreid over dit fenomeen, dat intussen veel groter is geworden. Eigenlijk spelen hier twee verschijnselen. Wettelijke detachering en detachering die gepaard gaat met fraude. Zelfs als de wet volledig nageleefd wordt, zijn gedetacheerden 20 tot 30 procent goedkoper dan Belgische bouwvakkers, volgens de Confederatie Bouw.
Zelfs als de wet volledig nageleefd wordt, zijn gedetacheerden 20 tot 30 procent goedkoper dan Belgische bouwvakkers.
Tom Vandenkendelare volgt het dossier als Europarlementslid van CD&V: ‘Een Poolse bouwvakker kost 18 euro per uur, een Belgische 32 euro. Die 14 euro verschil zit in de lagere werkgeversbijdragen, en in het feit dat de Belg boven op het minimumloon allerlei voordelen heeft zoals maaltijdcheques, weerverlet, kilometervergoedingen, premies, vakantiegelden…’
Dat verschil wordt uiteraard nog groter als de wet overtreden wordt: als de gedetacheerde arbeider dus niet het minimumloon ontvangt, de maximumwerktijden niet naleeft, geen overuren betaald krijgt. Het HIVA-onderzoek leert dat vooral grote Belgische bouwondernemingen veel gebruik maken van detachering – zij organiseren het systeem – en het daardoor ook beter doen dan kleinere aannemers.
Gedetacheerden willen op korte termijn zoveel mogelijk verdienen, door veel uren te werken, ook in de weekends. De vele uren compenseren de lage uurlonen. De Belgische werknemers en hun organisaties hebben daar weinig vat op. ‘Gedetacheerden gooien onze folders weg’, getuigt Wim Baeyens van Eiffage. ‘Ze zijn bang hun baan te verliezen.’ Zo worden langzaam de verworvenheden uitgehold waar Belgische arbeiders jarenlang voor hebben gestreden. ‘Hoe lang zal weerverlof nog bestaan?’ vraagt Jordens zich af. In zekere zin is dit een oeroud kapitalistisch verhaal: voer ongeorganiseerde plattelanders aan en profiteer van hun onwetendheid.
In zekere zin is dit een oeroud kapitalistisch verhaal: voer ongeorganiseerde plattelanders aan en profiteer van hun onwetendheid.
Soms wordt de fraude georganiseerd door leidende figuren in de sector. Meerdere bronnen wijzen me in de richting van Roland Peeters, ondervoorzitter van sectorfederatie Febetra, de Federatie van Belgische Transporteurs, die zich met zijn bedrijf SK Service zou opwerpen als leverancier van brievenbusbedrijven in Slovakije. 'Dat is illegaal, want alleen een reëel bestaand bedrijf kan tijdelijk mensen in een andere lidstaat voor zich laten werken’, zegt een inspecteur.
Peeters zelf verwerpt de aantijging vehement: 'Wij helpen inderdaad Belgische bedrijven om Slovaakse bedrijven op te richten, maar het gaat wel degelijk om reële bedrijven. De aansturing wordt gegeven vanuit Bratislava. Ik nodig u en iedereen uit om een kijkje te komen nemen. Het is niet omdat er aan eenzelfde brievenbus een heel aantal transportbedrijven vermeld staan, dat dit brievenbusbedrijven zijn.'
Maar wordt er in Slovakije zelf gereden door die bedrijven? Peeters: 'Soms wel, soms niet. De wetgeving vereist dat niet. De transportsector is een uitzondring. Wat wij doen, heeft met detachering niets te maken', zo verzekert Peeters ons. Al stelt hij even later wel dat de zogenaamde A1-formulieren van de chauffeurs van zijn eigen Slovaakse bedrijven in orde zijn, terwijl A1-formulieren juist detacheringsformulieren zijn.
Peeters: 'Wat mij stoort, is dat de liefde voor de arbeider bij onze vakbonden blijkbaar stopt aan de landsgrenzen. Onze Slovaakse werknemers verdienen 2000 euro per maand. Dat is voor hen een bom geld.'
Sommige werkgevers geven zich over aan het spel. Andere klagen over de oneerlijke concurrentie waaraan zij blootstaan als ze wel de regels volgen. Ook overheden gaan niet vrijuit: in aanbestedingen aanvaarden ze soms onrealistisch lage prijzen. ‘Het was pijnlijk om vast te stellen dat de schoonmaakploeg in ons gebouw ook illegaal bezig was’, bekent Philippe Vanden Broeck van het Toezicht op de Sociale Wetten. ‘Sommige economische sectoren zijn zwaar ziek’, besluit arbeidsauditeur Meirsschaut.
Wat te doen?
De wet doen naleven lijkt een vanzelfsprekende eerste stap. De voorbije jaren zijn in ons land stappen vooruit gezet inzake sociale inspectie en gerechtelijke vervolging. Er is meer transparantie over wie waar werkt. België is zelfs toonaangevend op dat gebied. Er is ook meer samenwerking tussen sociale inspecties. ‘Sommige Poolse collega’s ken ik persoonlijk. Dat helpt natuurlijk enorm’, bevestigt Philippe Vanden Broeck.
© Lectrr
Sociale-inspectiediensten kregen meer personeel, en ook gerecht en federale politie hebben zich ingesteld op de nieuwe uitdaging. Maar Vanden Broeck en Meirsschaut zeggen unisono dat zij het probleem niet gaan oplossen. ‘Met meer inspecteurs zullen er meer controles komen. Maar zo zal het fenomeen niet verdwijnen,’ aldus Vanden Broeck.
Arbeidsauditeur Meirsschaut treedt hem bij: ‘Dit is het gevolg van de politieke beslissing om de EU uit te breiden met landen met een te groot verschil inzake economische en sociale omstandigheden. De oplossing moet dan ook van de politiek komen. Justitie en sociale inspectie kunnen optreden tegen de meest frauduleuze situaties, maar onze middelen zijn veel te ontoereikend om het fenomeen terug te dringen. Er bestaat bovendien in de samenleving een onderstroom die blijkbaar minder moeite heeft met dit probleem. Wij stoten op situaties waar zelfs ondernemingen met naam en faam bij betrokken zijn, die de andere kant opkijken wanneer wij hen een signaal geven.’
Die politiek lijkt zich er meer dan vroeger van bewust dat er een probleem is. De verkiezing van Trump en de Brexit hebben aangetoond wat arbeiders die het gevoel krijgen dat zij de verliezers van globalisering en Europese eenwording zijn, politiek kunnen aanrichten. Zouden mensen hier het leuk vinden dat hun economie tussen 2011 en 2015 meer banen schiep voor buitenlanders dan voor Belgen?
Die politieke onrust verklaart waarom de Belgische eurocommissaris voor sociale zaken, Marianne Thyssen, aan een herziening van de detacheringsrichtlijn werkt. De kern van haar voorstel is dat gedetacheerde werknemers niet meer louter het minimumloon ontvangen, maar dezelfde voordelen als de Belgische werknemer moeten krijgen. Dat zou het concurrentievoordeel van gedetacheerden verminderen. Tom Deleu (ACV Bouw en Industrie): ‘Wij vragen ook dat de duur van de detachering wordt beperkt tot zes maanden in plaats van de huidige 24 maanden.’
Intussen in het Oosten
De Oost-Europese landen zijn tegen het voorstel. Marek Benio van de Poolse lobbygroep Labour Mobility Initiative waarschuwt: ‘Als de wet oplegt dat ze echt het Belgische loon moeten krijgen, zal er nog meer illegaal gewerkt worden.’ Vandenkendelaer erkent dat risico en vindt dat Thyssens maatregel gepaard moet gaan met meer controle. ‘De deur voor schijnzelfstandigen moet helemaal dicht.’
Thyssens herziening maakt slechts een deel van het concurrentienadeel goed. De Belgische werkgeversbijdragen (35 procent) blijven veel hoger dan pakweg de Poolse (20 procent). Daarom bepleiten de sociale partners in de bouw een lastenverlaging. ‘Enkel een kostenverlaging van 6 euro per uur kan het concurrentievermogen van onze ondernemingen herstellen,’ verklaart Frederik Bronckaerts van de Confederatie Bouw.
Dat zou betekenen dat de financiering van de Belgische sociale zekerheid onder druk van Europa wordt afgebouwd, waarmee het beeld van het asociale Europa wordt versterkt. Professor Pacolet van de KU-Leuven heeft er vragen bij: ‘Zo organiseer je als overheid zelf de sociale dumping. Dat verplicht je dan om de sociale bescherming af te bouwen, tenzij je andere geldbronnen zoekt voor de sociale zekerheid.’
‘Een goed akkoord over detachering van werknemers is essentieel voor de tottoekomst de tototttoekomst van het Europese project.’
Arbeidsauditeur Meirsschaut vraagt zich af of we niet moeten denken aan een nieuw sociaal pact, waarbij de sociale zekerheid op een andere manier wordt gefinancierd dan via belasting op arbeid. ‘Zo kan je de loonkosten verlagen en verzwak je het motief voor detachering en fraude. In ruil moeten er dan strikte regels op onderaanneming komen, automatische ketenaansprakelijkheid, een keurmerk voor bonafide werkgevers en een zwarte lijst voor de anderen.’
Detachering bezorgt heel wat Oost-Europeanen een hoger inkomen. Daarom zien de Oost-Europese lidstaten niet graag een verandering van de huidige situatie. Europees parlementslid Claude Rolin (CDH) heeft daar begrip voor, maar vraagt zich af of dit zal bijdragen tot de ontwikkeling van die landen en dus tot convergentie binnen de EU. ‘Ontwikkelingsverschillen overbrug je niet door arbeid te exporteren. Er moet ginder geïnvesteerd worden en ik denk dat de EU op dat vlak tekortschiet.’
Aan de andere kant geeft detachering eurosceptische partijen in de rijkere lidstaten wind in de zeilen. Niet voor niets wilde Marine Le Pen het een halt toeroepen. Het dossier is dus hot. In het Europees Parlement zijn al 500 amendementen op Thyssens voorstel ingediend. Rolin: ‘Een goed akkoord is essentieel voor de toekomst van het Europese project.’
__Dit artikel werd geschreven voor het zomernummer van MO*magazine. Voor slechts €28 kan u hier een jaarabonnement nemen!