Zowel de Colombiaanse regering als de Farc zijn vastberaden om de gewapende strijd te staken, want in Havana, waar de vredesonderhandelingen lopen, is het duidelijk dat een militaire overwinning voor geen van beiden in het verschiet ligt. President Santos, die als Defensieminister onder Uribe meermaals een militaire doorbraak heeft proberen te forceren, beseft dit: "Het is tijd om een hoofdstuk af te sluiten". Verzwakt aan de tafel zit wel de guerrilla, die de afgelopen jaren zo goed als alle kopstukken van de eerste generatie zag uitgeschakeld worden. Bovendien moeten ze als een van de laatste guerrillabewegingen op het continent opboksen tegen het imago van een achterhaald anachronisme, ook in linkse kringen.
Dit artikel maakt deel uit van het dossier over de vredesonderhandelingen tussen de Farc en de Colombiaanse regering. Lees ook:
Zowel de regeringsdelegatie als de Farc hebben zich aldus gebogen over de integratie van de guerrilla in het politieke proces. De balans: wenselijk voor de regering op het moment dat de rebellen de wapens neerleggen; een harde voorwaarde voor vrede voor de guerrilla. In de nasleep van een eventueel vredesakkoord lijkt het erop dat de guerrilla zich zal vervoegen met de gelederen van de in 2012 opgerichte Marcha Patriótica (MP), een alliantie van 1700 sociale en politieke bewegingen. Alleen de MP werd hiertoe bereid gevonden.
Als prelude hierop werden reeds zes van hun leden vermoord door paramilitairen; leider Édgar Sánchez kreeg op 10 november een lading kogels in het gezicht afgevuurd. Vele vooraanstaande leden ontvangen doodsbedreigingen, twaalf MP’ers werden gearresteerd op beschuldiging van FARC-sympathieën.
De vorige, faliekant afgelopen poging om de rebellen te integreren in het politieke proces met de Unión Patriótica (UP) in 1984, draaide uit op georganiseerde terreur gericht op leden van de UP. Vijfduizend leden, waaronder twee presidentskandidaten, werden vermoord door paramilitairen, drugskartels en het leger, waarop de UP virtueel van het toneel verdween.
Dat de guerrilla de huidige omgang met MP-leden tegen het licht van gewelddadige geschiedenis houdt, biedt een verklaring voor hun wantrouwen. Onbestaande is de kans dat ze de wapens laten zwijgen zonder de solide garantie van bescherming voor hun toekomstige, democratische politici.
De onderhandelingstafel is de geknipte plaats om deze problemen te benoemen en te bezweren. Hoewel de agenda in Havana een zeer concreet, ad hoc karakter heeft, spelen sommige van de onderliggende processen zich echter af op het psychologische niveau van een generatie. Een effectieve verandering hierin kan jarenlang aanslepen, maar de deur naar de vrede lijkt hoe dan ook geopend.