Vlaanderen zet de hakbijl in ontwikkelingssamenwerking
Einde van het IOB: met één pennentrek trekt Demir de stekker uit een excellerend instituut

© IOB

© IOB
Het Antwerpse Instituut voor Ontwikkelingsbeleid (IOB) verliest per 1 januari alle werkingsmiddelen van de Vlaamse overheid. De beslissing van minister Zuhal Demir (N-VA) treft niet alleen 90 internationale topstudenten en tientallen onderzoekers, maar dreigt ook een domino-effect te veroorzaken aan de hele Universiteit Antwerpen. ‘Wat is de waarde nog van mijn diploma?’, vraagt een getroffen student zich af.
‘Aan alle nieuwe studenten: welkom aan het IOB!’ Op 11 september was het academiejaar zorgeloos gestart aan het Antwerpse Instituut voor Ontwikkelingsbeleid. Nieuwe studenten van de verschillende master-na-masterprogramma’s werden er feestelijk onthaald. Het welkomstbordje staat er nog, maar lijkt plots een slechte grap.
Uit meer dan 1000 kandidaten werden 90 studenten geselecteerd. Ze waren helemaal klaar voor een intensief en veeleisend programma van 12 maanden.
Het zijn stuk voor stuk hoogvliegers, de studenten uit alle hoeken van de wereld die hiervoor afreisden naar Antwerpen. Meestal hebben ze al een opmerkelijk eerste deel van hun carrière achter de rug, bij overheidsorganisaties, internationale instellingen of ngo’s en bedrijven.
Aan het IOB volgen ze een intensieve master van wereldniveau, waarna ze zich aansluiten bij een netwerk van ondertussen al meer dan 1300 alumni, die een uitzonderlijk hechte gemeenschap vormen.
Tenminste: dat was het plan.
Na de Vlaamse begrotingsgesprekken kwam het bericht dat het IOB binnen drie maanden alle Vlaamse werkingsmiddelen verliest. Bij voormalige studenten regent het ongeloof. ‘Vlaanderen zou trots moeten zijn op zo’n gerenommeerd instituut. De regering zou dit niet als kost, maar als waardevolle investering moeten zien’, pende een alumni neer in een online reactie.
Twee nieuwe studenten, Juan Pablo Murillo Molina en Felipe Morois de Oliveira, proberen te begrijpen wat dit nieuws voor hen betekent. MO* sprak hen vlak voor de eerste les van het keuzevak Debating Development.
‘We zijn het nog aan het verwerken’, delen ze voorzichtig. Nooit hadden ze gedacht dat ze op een tragische manier deel zouden uitmaken van iets historisch. Dat ze misschien de laatste studenten zijn van een instelling met een nochtans een stevige reputatie, is nog moeilijk te vatten.

Juan Pablo Murillo Molina (rechts) en Felipe Morois de Oliveira (links) proberen nog te vatten wat deze beslissing voor hen als student betekent.
© Elien Spillebeen
De Oliveira werkte al acht jaar in de sector van ontwikkelingssamenwerking. ‘Zo leerde ik het IOB kennen met zijn wereldwijde reputatie op het gebied van onderzoek en onderwijs in ontwikkelingsbeleid. Zijn academische staf staat heel hoog aangeschreven.’
Ook kwam de Braziliaanse student in het werkveld geregeld alumni tegen met hoge functies binnen internationale organisaties. ‘Ik stelde me daarom ook kandidaat voor de opleiding, omdat ik dacht dat ik mijn eigen kennis en vaardigheden verder kon versterken. Het is triest om te zien dat de impact en expertise van het IOB nu verloren dreigen te gaan.’
Voor Molina waren het toekomstperspectief en het alumninetwerk ook bepalende factoren om zich kandidaat te stellen. ‘Het was een investering in mijn toekomst. Misschien kunnen we nog onze master afwerken, maar wat zal dit netwerk nog waard zijn in de toekomst als het niet meer ondersteund wordt? Ook eventuele kansen op doctoraatsbeurzen vallen meteen weg’, vreest de Colombiaan. ‘En wat is de waarde van het diploma als toekomstige werkgevers het bestaan en de reputatie van de instelling niet meer kunnen nagaan?’
Crisiscel
Twee weken eerder, bij de zonnige start van hun academiejaar, was er nog geen vuiltje aan de lucht. Dat het instituut recent een lovende audit achter de rug had, gaf ook het personeel weinig reden tot ongerustheid.
Maar op 23 september kwam het bericht dat de Vlaamse regering de beheersovereenkomst niet verlengd. Per 1 januari stopt daardoor de financiering van het IOB.
‘De grond zakte onder onze voeten weg’, zo verwoordt onderzoeker en professor Kristof Titeca het gevoel bij het bericht dat 2,6 miljoen euro subsidies geschrapt worden. MO* treft hem samen met IOB-professor Sara Geenen in een vergaderzaal in de campus in de Antwerpse Lange Sint-Annastraat. De vergaderzaal is omgetoverd tot crisiscel.
‘We vinden het een beetje cynisch te denken dat een achterlopende financiering, ons zou moeten toelaten om het schrappen van de 2,6 miljoen euro op te vangen.'Peter De Meyer, woordvoerder Universiteit Antwerpen
De voorzitter van het IOB, professor Nathalie Holvoet, loopt af en aan. Ze verontschuldigt zich meerdere malen, maar haar telefoon en mailbox vragen haar dringende aandacht. ‘Sinds het nieuws gaan we van de ene vergadering naar de andere’, zucht Titeca. ‘Hoeveel scenario’s dacht we al uit ondertussen?’ vraag Geenen zich luidop af. ‘Ik denk dat we aan scenario F zitten.’
Dat de werkingsmiddelen al op 1 januari wegvallen, maakt de kans klein dat noodscenario’s ook tot een echte oplossing leiden, beseft Geenen. ‘Drie maanden is te weinig. Er is geen tijd voor een omschakeling of zelfs een uitdoofscenario.’
De voorbije dagen kwam wel eens de vraag of ze dit niet hadden zien aankomen. ‘Het bestaan van onze instelling zit door de Vlaamse regering in een decreet verankerd. Dat lijkt toch wel juridische zekerheid te bieden, zou je denken.’
Inkantelen
Maar via een decreet in wet gebeiteld of niet, zonder werkingsmiddelen, lijkt het vonnis van de Vlaamse minister meteen fataal. Het kabinet van minister van Onderwijs Zuhal Demir (N-VA), reageert dat dit ‘louter deel uitmaakt van een strategie om instituten die vandaag apart bestaan, naast de hoge onderwijsinstellingen, in te kantelen in sterke universiteiten en hogescholen, zodat de kennis in huis verankerd wordt’.
De boodschap van de strategie van ‘inkanteling’ kreeg ook de voorzitter van het IOB, professor Holvoet, te horen. ‘Maar voor zo’n een integratietraject van het instituut in de Universiteit Antwerpen krijgt het IOB geen tijd noch middelen.’
Ook de Universiteit Antwerpen (UA) moet niet op extra middelen rekenen. Bovendien zitten alle Vlaamse universiteiten vandaag met grote financieringstekorten. Bij een stijging van de studenten kan de financiering jaarlijks met 2 procent worden verhoogd. Die verhoging - een klik genoemd - werd de afgelopen jaren meerdere keren overgeslagen. Samen met de gestegen loon- en energiekosten kampt het Vlaamse hoger onderwijs met diepe financiële putten.
Dat die klik dit jaar niet zou worden overgeslagen gebruikt minister Demir nu als argument om de haalbaarheid van een integratie van het IOB in de UA te verdedigen. ‘We maken duidelijke keuzes en gebruiken hier niet de kaasschaaf. Zo gaat tegelijk wel de basisfinanciering voor het hoger onderwijs omhoog. De klik gaat in op 1 januari 2026 en daar zal ook de UA van genieten.’
‘Die klik is een uitgestelde financiering van de groei in studentenaantal en loopt door het uitstel meer dan 10 procent achter op de reële groei’, reageert Peter De Meyer, woordvoerder van de UA. ‘We vinden het een beetje cynisch te denken dat een achterlopende financiering, bedoeld voor heel andere doeleinden, ons zou moeten toelaten om het schrappen van de 2,6 miljoen euro IOB-financiering op te vangen.’
‘Het is moeilijk dit nieuws los te zien van een globale trend waarbij middelen voor ontwikkelingssamenwerking verdwijnen’Felipe Morois de Oliveira, student IOB
De integratie van het IOB in de UA waar Demir op hoopt is op drie maanden tijd onrealistisch, vindt De Meyer ook. ‘Alle opties worden bekeken en we doen wat we kunnen. Maar een eventuele inkanteling is een complexe operatie die grondig, over jaren, moet worden voorbereid. Dat regel je niet op drie maanden tijd.’
Hoewel het IOB een onafhankelijk en interdisciplinair instituut is, is de helft van het personeel vast benoemd bij de UA. Zonder de financiële middelen van het IOB lijken zij dus de plaatsen in te gaan nemen van contractuelen op andere faculteiten.
‘De vastbenoemde IOB-medewerkers zullen uiteraard niet op straat belanden. Elders in de universiteit zullen aflopende contracten niet verlengd kunnen worden, om zo de vereiste middelen vrij te kunnen maken. Het schrappen van de financiering van het IOB heeft zo een impact op de hele universiteit: de mensen wiens contract afloopt en niet verlengd zal worden, zullen vervolgens ook gemist worden bij verschillende diensten, departementen en onderzoeksgroepen’, benadrukt de Meyer.
De IOB-medewerkers die hun job niet verliezen zullen hoogstwaarschijnlijk hun huidige werk niet kunnen voorzetten. ’Het is als vast benoemde professor niet ondenkbaar dat ik wel aan de UA zal kunnen blijven, maar plots een algemeen vak uit de faculteiten moet geven. Zo neem ik de facto ook de job van iemand anders af’, weet ook Titeca. ‘Het zorgt voor een domino-effect’, vult Holvoet aan, net voor ze alweer een volgende telefoon aanneemt.
Gedekoloniseerd instituut
De impact zal dus vermoedelijk op verschillende UA-faculteiten gevoeld worden, want het IOB is een apart beestje. Anders dan een faculteit aan de universiteit, huisvest de instelling experten over verschillende disciplines heen.
Ook werkt het IOB veel intensiever met buitenlandse instellingen samen, dan een universiteitsfaculteit dat doet. ’Lesopdrachten aan onze partnerinstellingen zijn deel van onze opdracht, niet iets dat erbovenop komt of louter vrijwillig is’, legt Geenen uit. Meteen na het vernemen van het nieuws schrapte ze haar werkreis naar Lubumbashi, waardoor meteen ook deze partnerinstelling getroffen worden. Ook bij die partners heerst nu onduidelijkheid.

De lichting van 2023 zwaaide feestelijk af. De toekomst is nu onzeker na het beëindigen van de beleidsovereenkomst door de Vlaamse regering.
© IOB
Het IOB heeft naast een eigen entiteit best een aparte geschiedenis. De instelling werd 25 jaar geleden opgericht als een fusie tussen twee instituten. Een ervan was het College voor Ontwikkelingslanden van het RUCA (voorloper van UA), die na eerdere fusies de medewerkers en gebouwen van de in 1961 opgedoekte Koloniale Hogeschool had geërfd.
De eigen koloniale geschiedenis en de koloniale erfenis van de sector van ontwikkelingssamenwerking waren binnen het IOB stof voor zowel academisch onderzoek als voor interne debatten. In een recente doorlichting, in opdracht van de Vlaamse gemeenschap, looft de externe commissie de inspanningen van het IOB om zich als ‘noordelijk ontwikkelingsinstituut te herpositioneren en te transformeren in een veranderende internationale orde en in het denken en handelen rond ontwikkeling’.
Ook de grote stappen die gezet werden om de dekoloniseringsagenda te integreren in het onderwijs werd als adequaat en doordacht omschreven. Het IOB werd een pionier in dekolonisatie. ‘Kritische reflecties op onze eigen koloniale geschiedenis zijn vandaag deel van het curriculum’, legt Geenen uit.
Een blik op de onderzoekers en studenten leert ook dat het IOB vandaag een heel aparte rol speelt in de onderzoekswereld. Ongeveer 90 procent van onze studenten komt uit het Globale Zuiden. Ook bij onze onderzoekers zitten er heel veel internationale profielen’, duidt Titeca.
Net voor die internationale onderzoekers is de onzekerheid nu heel groot. Een buitenlandse onderzoeker die net met de hele familie verhuisde en een job liet staan, weet vandaag niet of dat onderzoek kan worden afgerond.
Een deel van onze onderzoekers kreeg dan weer een beurs die buiten de Vlaamse financiering valt. Een Europese onderzoeksbeurs bijvoorbeeld is verbonden aan de onderzoeker zelf, waardoor die vrij is om aan een andere instelling het onderzoek verder te zetten. ‘Je kan niet verwachten dat ze blijven, als ze hier geen institutionele omkadering meer krijgen’, begrijpt Geenen. ‘Maar het expertise- en kennisverlies dat hiermee gepaard gaat is groot.’
Uit het laatste doorlichtingsrapport blijkt ook dat die expertise niet overdreven is. In het rapport staat: ‘Het valt te benadrukken dat het IOB een heel performante club is inzake publicaties in toonaangevende tijdschriften met hoge impactfactoren. Dit wordt bevestigd door een recente benchmarkstudie die het IOB voor de periode 2018-2023 vergelijkt met een aantal peer-instituten in Europa. Gemiddeld publiceert een IOB-staflid meer dan twee Web-of-Science papers per jaar (wat meer is dan elk ander instituut in ons vakgebied) en realiseert het IOB een impact van ongeveer 20 citaties per jaar door onze wetenschappelijke ‘peers’ (wat vergelijkbaar is met een aantal topinstituten in Verenigd Koninkrijk en Nederland).’
De expertise van het IOB in de regio van de Grote Meren in het bijzonder versterkt het Belgische diplomatenkorps. Het vergroot het diplomatieke gewicht van het kleine België binnen bepaalde internationale instellingen.
Ideologische keuze
‘Het is moeilijk dit nieuws los te zien van een globale trend waarbij middelen voor ontwikkelingssamenwerking verdwijnen’, oppert Felipe Morois de Oliveira, terwijl het leslokaal achter hem stilaan volloopt.
De keuze van de Vlaamse regering om de beleidsovereenkomst met het IOB niet te verlengen valt ook samen met het schrappen van Vlaamse middelen voor ontwikkelingssamenwerking. Partnerschappen met Marokko, Mozambique en Malawi worden gestopt en ook MO* Magazine kan niet langer op Vlaamse steun rekenen.
Er valt voor de studenten alvast wat te bespreken in een vak als Debating Development. ‘Ik neem het even dag per dag’, zucht student Juan Pablo Murillo Molina. De les is ondertussen begonnen. Net als de andere studenten kreeg hij te horen dat hij de master na master kan afmaken. Wat er gebeurt als ze voor een vak niet slagen of hun masterproef uitstellen, is nog onduidelijk.
Ook weten ze dat belangrijke onderdelen, zoals de uitwisselingen met partnerinstellingen in het Globale Zuiden en onderzoeksbeurzen voor de masterproef, niet gegarandeerd zijn. ‘Studenten kiezen net door die mobiliteitsvensters voor ons, zeker de Vlaamse studenten’, bevestigt professor Geenen. ‘Ook die troefkaart werd door Vlaanderen gefinancierd.’
‘Als dit louter over een besparing gaat, vraag ik me als econoom af of de som wel klopt’, klinkt het bij de Oliveira. ‘Ik heb het nog niet becijferd, en het zou wel een interessante opdracht zijn. Als internationale studenten maakten we zorgvuldige financiële plannen en investeren we een aanzienlijk bedrag tijdens onze studie hier in Vlaanderen’, bedenkt hij.
‘Maar wat misschien nog belangrijker is, is het positieve multiplicatoreffect dat Vlaanderen genereert via het IOB, en dat nu verloren gaat. Het onderwijs en onderzoek versterkt de kennis en het beleid dat uiteindelijk ten goede zou komen aan veel mensen en gemeenschappen. Het is triest om te zien dat aan deze positieve spiraal mogelijk een einde komt.’
Het laatste verslag van de externe doorlichting van het IOB lijkt die bedenking van de Oliveira ook te staven. ‘Het dient ook herhaald te worden dat de geleidelijke uitbouw van het IOB tot een stabiele, professionele, lerende en goed bestuurde organisatie die een duidelijke meerwaarde en “value for money” biedt, die mogelijk gemaakt werd door de beschikbaarheid van voorspelbare institutionele financiering.’ Zo voorspelbaar bleek die dan uiteindelijk toch niet.
Lees ook
Word proMO*
Vind je MO* waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je van tal van andere voordelen.
Je helpt ons groeien en zorgt ervoor dat we al onze verhalen gratis kunnen verspreiden. Je ontvangt vier keer per jaar MO*magazine én extra edities.
Je bent gratis welkom op onze evenementen en maakt kans op gratis tickets voor concerten, films, festivals en tentoonstellingen.
Je kan in dialoog gaan met onze journalisten via een aparte Facebookgroep.
Je ontvangt elke maand een exclusieve proMO*nieuwsbrief
Je volgt de auteurs en onderwerpen die jou interesseren en kan de beste artikels voor later bewaren.
Per maand
€4,60
Betaal maandelijks via domiciliëring.
Meest gekozen
Per jaar
€60
Betaal jaarlijks via domiciliëring.
Voor één jaar
€65
Betaal voor één jaar.
Ben je al proMO*
Log dan hier in