‘Netanyahu liet bloedbad Zuid-Syrië doorgaan: Druzen worden pion in Israëlisch plan’

Reportage

Een jaar na de val van Assad: Israël blijft instabiliteit in Syrië voeden

‘Netanyahu liet bloedbad Zuid-Syrië doorgaan: Druzen worden pion in Israëlisch plan’

De Israëlische premier Benjamin Netanyahu ‘‘bezocht’’ Syrië op 19 november 2025.

De Israëlische premier Benjamin Netanyahu ‘‘bezocht’’ Syrië op 19 november 2025.

Israël viel het zuiden van Syrië binnen, nam gebied in en bombardeerde Damascus. Premier Netanyahu drong het land binnen zonder medeweten van de Syrische regering en schakelde Druzische milities in als bondgenoten. Bijna een jaar na de val van het Assad-regime dreigt het gebied definitief los te komen van de rest van Syrië, maar de haat tegen gewone Druzen groeit. MO* was ter plaatse.

Abeer schrikt van geweerschoten in de verte. ‘Het kan van alles zijn’, zegt ze. ‘Een bruiloft, oorlog, een Israëlische inval, je weet het nooit. Onlangs werd een kind geraakt door een verdwaalde kogel. Voor velen is een geweer het enige dat hun leven nog betekenis geeft. Waarom houdt sjeik Hikmat Al-Hijri zijn mannen niet in toom?’

Abeer en haar man Iyad Ebied, beiden econoom en afgestudeerd aan de Universiteit van Damascus, wonen met hun twee kinderen in een klein appartement in Swaida, een stad in het zuiden van Syrië waar hoofdzakelijk Druzen wonen. Ze werkten als ambtenaren bij de overheid maar zijn sinds de val van Assad, bijna een jaar geleden, werkloos.

Afgelopen zomer flakkerde de oorlog in het zuiden van Syrië weer op. Twee dagen na een bloedbad in de straten van hun stad sturen Abeer en Iyad ons een bericht. ‘We worden aangevallen, hebben geen stroom, water, voedsel of medische hulp. Scholen zijn dicht, de grens met Jordanië en de weg naar Damascus afgesloten. Swaida zit op slot.’

Het VN-Mensenrechtenbureau bevestigt de berichten.

Abeer en Iyad Ebied met hun zoon: ‘We willen naar het buitenland, voor de toekomst van onze kinderen.’

Vier maanden later meldt Iyad dat de gevechten afnemen, maar dat de economie ingestort is: werkloosheid, gesloten scholen en banken, onbetaalde lonen, jongeren sluiten zich uit financiële nood aan bij milities of emigreren naar het buitenland. Dat laatste wil hij ook, maar hij moet blijven voor zijn vader, terwijl hij zich schuldig voelt tegenover zijn kinderen, die in Syrië geen toekomst hebben.

Hun spaargeld smelt als sneeuw voor de zon. Voor de kleinste dingen betalen ze astronomische bedragen. ‘Vijf jaar geleden betaalden we 70.000 lire huur, nu 800.000. Hoe moeten we leven?’

De militie van de Druzische sjeik Hikmat Al-Hijri beweert de bevolking te beschermen in het conflict met de nieuwe regering van president Ahmad al-Sharaa in Damascus. Maar Abeer vergelijkt Al-Hijri met een herder die waarschuwt voor een wolf die nooit komt, tot niemand hem nog gelooft. En als de wolf dan verschijnt, is niemand voorbereid. ‘Ik heb voortdurend het gevoel dat er iets vreselijks kan gebeuren’, zegt ze.

Niet lang daarna, in juli 2025, komt de wolf: Swaida wordt effectief aangevallen vanuit Damascus (zie kader onder het kaartje). Volgens Human Rights Watch moedigde president Al-Sharaa ‘wraakacties’ aan.

Na de opflakkering van geweld plaatst de Syrische regering Swaida onder een totale blokkade. ‘Hulporganisaties blijven weg door verdeeldheid, geldgebrek of geweigerde toegang’, stelt Human Rights Watch.

Het conflict in een notendop

In Zuid-Syrië (zie kaartje hierboven) woedt de oorlog voort, ook na Assads val op 8 december 2024. Twee provincies staan buiten het centrale gezag: Swaida wordt gecontroleerd door Druzische religieuze leiders, Quneitra staat grotendeels onder Israëlische controle. Daartussen ligt Dera. Die provincie staat formeel onder Syrische controle, maar Israël verhindert dat het Syrische leger er aanwezig is.

President Ahmad al-Sharaa wil het zuiden van het land herenigen, maar Israël probeert dat te blokkeren door Quneitra te bezetten en samen te werken met de radicale Druzische sjeik Hikmat al-Hijri in Swaida. Veel soennitische Arabische Syriërs raken gefrustreerd omdat andere groepen gebieden blijven afscheiden met wapens.

  • Het Noordoosten wordt bestuurd door Koerden en Assyrische christenen, met een eigen leger. Zij blijven voorlopig met Damascus en de Verenigde Staten in dialoog om uiteindelijk dat leger te integreren in het nieuwe Syrische nationale leger. 

  • In het Noordwesten bleven Alawieten deels bewapend door facties van het Assad‑regime, tot het nieuwe Syrische leger in maart een operatie uitvoerde met extreme gruweldaden. 

  • Een deel van het Zuiden blijft onder controle van gewapende Druzen.

Afgelopen zomer ontstond in de provincie Swaida een conflict tussen deze Druzen en bedoeïenenstammen. BBC Arabic onthulde dat IS-strijders zich onder de gewapende bedoeïenen mengden. Huizen werden geplunderd en in brand gestoken, woonwijken beschoten met artillerie, en burgers geëxecuteerd, onder wie ook vrouwen en kinderen.

President Al-Sharaa wilde van de chaos profiteren om Swaida opnieuw onder centraal gezag te brengen, maar hij faalde. Opnieuw pleegden extremisten binnen zijn leger gruwelijke misdaden tegen burgers, opgehitst door propaganda dat ‘alle Druzen ongelovigen zijn en met Assad en Israël samenwerken’.

‘President Al-Sharaa gaf gewapende groepen buiten de regering macht, waardoor wetteloosheid groeide’, reageerde Human Rights Watch.

Soennitische Arabieren vormen snel één front bij spanningen met Druzen, Alawieten of Koerden. Sommigen binnen deze minderheden laten zich dan weer inzetten voor een Israëlisch verdeel-en-heersbeleid. Israël bombardeerde zelfs het Syrische ministerie van Defensie in het hart van Damascus. Het resultaat: een vicieuze cirkel van wantrouwen en geweld, en een gebrek aan visie voor verzoening en wederopbouw.

Yousef Jarbou, een meer gematigde Druzische sjeik die sceptisch staat tegenover Israël, probeerde meermaals de cirkel te doorbreken en te overleggen met Damascus. Maar hij werd na het geweld van juli 2025 gemarginaliseerd.

De Koerdische organisatie Bahar, die actief is in Noord-Syrië, kan via lokale activisten en met toestemming van Damascus beperkte hulp bieden. Directeur Sharvan Ibesh zegt dat Damascus de blokkade in stand houdt, terwijl sjeik Al-Hijri politiek profiteert van het vijandsbeeld. Ook Israël kan er voordeel uit halen door een “humanitaire corridor” naar Swaida te openen, voegt hij toe.

En inderdaad, de gesprekken tussen Syrië en Israël liepen vast omdat Israël een nieuwe eis introduceerde: de opening van zon corridor. Syrië wees dit af als een schending van de Syrische soevereiniteit.

Daarom zoekt Bahar als Koerdische humanitaire organisatie toenadering tot de Druzen, om de banden tussen minderheden te versterken, maar ook om de Israëlische invloed over humanitaire zaken te beperken.

De Israëlische invloed

Jaramanah, in het oosten van Damascus, bruist van het leven tijdens de Ramadan. Er wonen 2 miljoen mensen, onder wie ook een minderheid Druzen. Een Druzische militie controleert de hele wijk. Binnen- en buitengaan kan alleen langs haar controleposten.

Binnen lijkt alles veilig, maar het is een dun laagje boven een berg spanningen. Een incident bij een controlepost eind februari kostte twee levens. Toen reageerde Israëlisch premier Netanyahu voor het eerst, en onmiddellijk na het incident. ‘Hij doet alsof hij ons beschermt, maar gebruikt ons als pion’, zegt Mofeed Korbaj, bemiddelaar namens de Druzen.

Jaramanah is een levendig stadsdeel van Damascus, gecontroleerd door een Druzische militie en een Druzisch zelfbestuur.

Sinds februari bezet Israël steeds meer Syrisch grondgebied. Op 19 november 2025 bracht Netanyahu een bezoek aan Syrië. Niet voor vredesgesprekken met de Syrische regering, maar om de Israëlische bezettingstroepen in Zuid-Syrië te bezoeken, zonder medeweten van Damascus. Het Israëlisch Regeringspersbureau publiceerde er zelfs een video van. De Syrische regering sprak van een flagrante schending van de Syrische soevereiniteit.

En eergisteren verschenen op sociale media video’s van een autostoet van de militie van de Druzische sjeik Al-Hijri in Swaida met portretten van Netanyahu en de Israëlische vlag.

Netanyahu benadrukte tijdens zijn ‘‘bezoek’’ opnieuw dat Israël ‘de Druzische minderheid in Syrië beschermt’. Sommige Druzen vertrouwen wel degelijk op Israël. ‘Beter de sterkste macht aan onze kant’, zegt kruidenier Ali Abu Shakra.

Vooral na de moorden op Druzen in Swaida groeide dat vertrouwen op Israël nog, vertelt Sharvan Ibesh. ‘Ik waarschuw onze contacten in Swaida dat Israël hen zal gebruiken en laten vallen. Netanyahu had het bloedbad kunnen stoppen, maar deed dat niet. Zo kon hij zich profileren als beschermer.’ En had hij een excuus om Damascus te bombarderen.

Het lijkt “shocktherapie”: mensen traumatiseren om hen afhankelijk te maken. Het bloedbad heeft de samenleving in Swaida in ieder geval zwaar getekend. Israëls echte doel: militaire controle in Zuid-Syrië uitbreiden.

Israël eist dat het zuiden van Syrië ‘gedemilitariseerd’ blijft. Israëlische troepen zijn diep doorgedrongen in de door de VN bewaakte zone tussen de Golanhoogten en de rest van de provincie Quneitra, die ál gedemilitariseerd is. Ze hebben huizen in de buurt van hun nieuwe militaire controleposten in beslag genomen en verwoest.

Onderzoekers van Human Rights Watch analyseerden foto’s, video’s en satellietbeelden om vast te stellen waar en wanneer deze militaire installaties werden gebouwd en hoe groot de verwoeste gebieden zijn. ‘Bewoners werden gedwongen hun huizen te verlaten, mochten niet terugkeren naar hun grond of werk. Sommigen werden willekeurig vastgehouden en naar Israël overgebracht. Dergelijke gedwongen verplaatsingen zijn een oorlogsmisdaad.’

Ook het VN-Mensenrechtenbureau is duidelijk: ‘Israëlische luchtaanvallen en andere militaire acties, de uitbreiding van de bezetting van de Syrische Golan en het bewust tegen elkaar opzetten van Syrische gemeenschappen kunnen Syrië verder destabiliseren.’

Ibesh was onlangs in de regio met de Britse minister van Buitenlandse Zaken. ‘Op 15 kilometer van Damascus is het Syrische leger al verdwenen. 30 kilometer verder zag ik de eerste Israëlische controlepost. In een restaurant daar vroegen mensen of wij Israëli’s waren, omdat we in grote auto’s reden. Israëlische soldaten passeren dagelijks’, vertelt hij.

Sommige Druzen vertrouwen op Israël, anderen wantrouwen de westelijke buur.

Yousef Jarbou is een meer gematigde Druzische sjeik die sceptisch staat tegenover Israël. Hij bemiddelde meermaals met Damascus.

Al-Sharaa in Washington

Regeringsmedewerkers vertelden aan Ibesh dat Druzische leiders alleen nog via Israël willen praten. ‘Dat is onverstandig’, vindt Ibesh. ‘De Druzen moeten de lijn met Damascus openhouden. Israël is geen duurzame bondgenoot.’

Politieke activisten uit Swaida delen die vrees. ‘Israël spreekt met een paar leiders en doet alsof héél Swaida hem steunt,’ zegt professor Fayez Kontar. ‘Dat voedt de haat van Damascus tegen ons.’

Kontar, die tijdens de revolutie twaalf jaar geleden Assads geheime dienst moest ontvluchten, keerde eind 2024 terug uit Frankrijk. Hij noemt Israëls plan voor een “gedemilitariseerde zone” in het Zuiden gevaarlijk. ‘Ze willen het Syrische leger eruit, maar voeden zo juist extremistische groepen buiten het leger om. Ze creëren een nieuwe Hezbollah, zoals in Zuid-Libanon. Israël gedijt in chaos en vijandigheid.’

Dat was ook de reactie van president Al-Sharaa in de Amerikaanse krant The Washington Post. ‘Wat als deze gedemilitariseerde zone door sommige partijen wordt gebruikt als lanceerplatform om Israël aan te vallen? Wie zal daar dan verantwoordelijk voor zijn? Uiteindelijk is dit Syrisch grondgebied, en Syrië moet vrij zijn om met zijn eigen territorium om te gaan.’

En verder: ‘Israël heeft het voorbije jaar meer dan 1000 luchtaanvallen uitgevoerd op Syrië. Omdat we Syrië willen herbouwen, hebben we niet gereageerd op deze agressie. Maar om tot een akkoord te komen, moet Israël het Syrische gebied verlaten dat het heeft ingenomen sinds 8 december 2024. Deze inname komt niet voort uit hun veiligheidszorgen, maar uit hun expansionistische ambities.’

Tijdens een historisch bezoek aan de Verenigde Staten op 10 november 2025 ontmoette Al-Sharaa president Donald Trump. ‘President Trump steunt ons standpunt en hij zal zo snel mogelijk aandringen op een oplossing’, zei Al-Sharaa, die Syrië probeert te profileren als een betrouwbare partner voor zowel de VS als Rusland in de regio.

Professor Kontar vindt daarom dat minderheden zoals Druzen en Koerden niet op Israël moeten rekenen, maar moeten inzetten op diplomatie en samenwerking met de nieuwe Syrische overheid.

Vredesopbouw

De telefoon in het kantoor van Sjeik Yousef Jarbou in Swaida rinkelt. De nieuwe gouverneur, Mustafa Bakour – aangesteld door president al-Sharaa – komt hem feliciteren met Ramadan. Het bezoek, bedoeld als teken van verzoening, verloopt hoffelijk.

Kort daarna helpt Jarbou bemiddelen: 700 Druzische strijders gaan samenwerken met het ministerie van Defensie, een eerste stap naar integratie. Dat was in maart 2025.

De Druzische Sjeik Yousef Jarbou, een van de drie hoogste religieuze leiders in Swaida, en gouverneur Mustafa Bakour (aangesteld door president Ahmad al-Sharaa) ontmoetten elkaar in maart 2025.

Kort daarna werd Bakour, die op de foto Jarbou de hand schudt, ontvoerd. Jarbou hielp bemiddelen om hem vrij te krijgen.

Die vooruitgang wordt enkele maanden later volledig tenietgedaan. Sindsdien zwaait de radicale Druzische Sjeik Al-Hijri de plak.

Sjeik Jarbou geloofde in dialoog, maar was niet naïef. ‘De regering zegt dat ze wil samenwerken, maar laat extremisten begaan’, zegt hij. ‘Wij zijn kwetsbaar, hebben geen groot leger. Voor onze veiligheid hebben wij een seculiere staat nodig met gelijke burgerrechten, geen islamitische wetgeving.’

Op de vraag waarom religieuze leiders bij de Druzen dan politieke macht hebben, zegt hij: ‘Onder Assad verdween de burgerlijke macht. Wij vulden dat vacuüm noodgedwongen op. Maar burgerlijke leiders moeten opnieuw het voortouw nemen. Geestelijken horen zich buiten de politiek te houden.’

Hij verwijst naar Sultan Basha al-Atrash, de leider van de Druzenopstand in de jaren 1920, die zei: ‘Uw religie is voor God, maar het land is van iedereen.’

Politieke organisatie

Later die dag wandelen we met professor Kontar door de straten van Swaida. ‘Ik herken mijn stad niet meer’, zegt hij, nadenkend over de chaos. Na de val van Assad zorgde hij ervoor dat het partijgebouw van Baath, de partij van de voormalige president, naar de universiteit ging. Maar inmiddels werd alles geplunderd.

Hij kijkt naar de lege ramen en zucht: ‘In plaats van op te bouwen, breken we af.’

We komen aan bij Akram Marouf voor lunch met Kontars oude kameraden. In de zetel staat een portret van een jongeman, doodgeschoten door de politie tijdens de revolutie, en daarboven Sultan Basha al-Atrash met zijn beroemde woorden. Rond de tafel zitten intellectuelen, oud-oppositieleden en voormalige gevangenen onder Assad. Terwijl ze eten, discussiëren ze over Swaida’s positie tegenover de nieuwe machthebbers in Damascus.

Over één ding is iedereen het eens: Swaida mist een representatieve politieke stem, iets wat de Koerden in het noorden wél hebben. Maar nieuwe politieke partijen kunnen in Syrië nog steeds niet worden opgericht. Toch waren er op 5 september verkiezingen, waaraan Swaida, onder blokkade en afgescheiden van het land, niet deelnam.

‘Bovendien benoemt de regering zelf een derde van het parlement’, zegt Marouf. ‘Daarom doen wij niet mee. Na 54 jaar dictatuur bestaan partijen alleen nog op papier. Wij richten ons nu op burgeractivisme.’

Seculiere intellectuelen, oud-oppositieleden en voormalige politieke gevangenen in Swaida.

Professor Fayez Kontar is na twaalf jaar terug in Syrië: ‘Ik herken mijn stad niet meer.’

‘Vrijheid is de beste bescherming’

Politieke organisatie, daar staan de Druzen van Jaramanah veel verder in. Op een whiteboard tekent bemiddelaar Mofeed Korbaj de lijnen van hun zelfbestuur. Hij laat een foto zien van een kerstviering op het centrale plein. ‘Dat is ons Syrië: iedereen vrij om elkaars feesten te vieren, of niet te vieren’, zegt hij.

Sjeik Haytham Katbe, de hoogste religieuze leider van de Druzen in Jaramanah, legt uit dat Druzen de vrijheid van anderen beschermen ‘om die vrijheid ook zélf te hebben’. ‘Vrijheid is uiteindelijk de beste bescherming voor ons. Want als de religieuze regels van de soennitische meerderheid opgelegd worden, dreigen wij geviseerd te worden. Diversiteit, burgerschap zonder sektarische grenzen: dát heeft Syrië nodig. We zijn allemaal Syriërs. We wonen hier al duizend jaar. Dit is ónze plek, net als die van iedereen.’

Op een whiteboard tekent bemiddelaar Mofeed Korbaj de lijnen van het Druzische zelfbestuur in Jaramanah.

Swaida speelt al eeuwen een beslissende rol in Syrië

  • In de 18de en 19de eeuw kwamen Druzen en christelijke Maronieten in opstand tegen het Ottomaanse rijk. Maar spanningen culmineerden in 1860 in een burgeroorlog tussen Druzen en Maronieten, waarin Frankrijk de gemeenschappen tegen elkaar uitspeelde.

  • Begin 20ste eeuw hield Swaida twee jaar stand tegen de Franse bezetting, terwijl Damascus na één dag capituleerde. Dat kostte buitensporige offers: twee derde van de strijdkrachten kwam uit Swaida, een gebied dat slechts 3% van het land beslaat. De strijd effende de weg naar onafhankelijkheid voor Syrië en Libanon, met een progressieve grondwet in 1918 die Frankrijk in 1920 alweer vernietigde.

  • Tussen 2011 en 2023 werd Swaida economisch gemarginaliseerd en kende het de hoogste emigratiecijfers van Syrië. Lokale Druzische milities erkenden in 2015 de dienstplicht onder Assad niet, en sjeiks hielpen gearresteerde dienstweigeraars vrij te krijgen.

  • In 2023 kreeg de burgeropstand van 2011 een nieuwe impuls in Swaida: een opstand van ruim een jaar en vier maanden, met opvallende deelname van vrouwen en zonder dominantie van religieuze leiders, gaf Syriërs overal in het land opnieuw hoop. 

  • Toen het Assad-regime eind 2024 begon te wankelen, voerden milities uit Swaida frontlinie-acties in Damascus. In Jaramanah viel het regime van Assad zelfs een dag eerder: al op 7 december haalden inwoners standbeelden neer, en verdreven ze politie en soldaten. Het Druzische zelfbestuur van Jaramanah nam de stedelijke diensten over.

Op dit plein in Swaida kreeg de burgeropstand van 2011 een nieuwe impuls in 2023-2024.