Blindheid zet rem op ontwikkeling arme landen
Blindheid treft vooral arme landen, en de handicap werkt armoede nog eens in de hand. Nochtans kan blindheid bij kinderen in de helft van de gevallen behandeld worden. Met haar nieuwe campagne “Geef me zicht op het leven!” wil CBM België een miljoen euro inzamelen om dit euvel in Congo te bestrijden.
Jelle De Mey . 20 februari 2008
Met 800.000 blinden en 3 miljoen slechtzienden telt Congo het hoogste aandeel blinden ter wereld. Door onwetendheid leggen vele Congolezen zich bij de toestand neer. Er is ook een schrijnend tekort aan infrastructuur en medisch personeel. Congo telt één oogarts voor 1,5 miljoen mensen.
CBM, een christelijk geïnspireerde hulporganisatie die zich inspant voor gehandicapte kinderen in ontwikkelingslanden, hielp in Congo onder meer Malou, een meisje dat geboren werd met cataract. Op zesjarige leeftijd kreeg ze het moeilijk op school, en haar ouders beseften dat hun gebeden niet hielpen. Vrijwilligers van CBM overtuigden hen dat een operatie de enige uitweg was. De organisatie nam een deel van de ingreep voor haar rekening. Malou kreeg kunstlenzen ingeplant en kan nu weer zien.
Wereldwijd kunnen 35 à 40 miljoen mensen niet zien. Bijna anderhalf miljoen onder hen zijn kinderen. Elke minuut wordt ergens ter wereld een kind blind. Driekwart van de blinde kinderen leeft in ontwikkelingslanden, waar hun handicap rampzalige gevolgen heeft. Zes op de tien kinderen sterven binnen het jaar dat ze blind worden. De kinderen die overleven, kunnen bijna nooit school lopen.
“Wat de situatie nog erger maakt, is dat we bij de helft van alle getroffen kinderen hun blindheid hadden kunnen voorkomen” zegt Johan Elsen, de directeur van CBM-België.
Bij ons zijn oogletsels de belangrijkste oorzaak, maar in arme landen hangt blindheid vaker samen met beschadigingen aan het oog door mazelen, vitamine A-tekort, bedenkelijke praktijken van traditionele medicijnmannen en afwijkingen bij de geboorte. Ook cataract of staar is veelvoorkomende aandoening die het zicht beperkt.
Elke strategie om blindheid aan te pakken, moet op maat van de regio zijn. “Enerzijds is er gerichte actie nodig binnen de gemeenschap, zoals vaccinatie tegen mazelen, gezondheidsonderwijs en voeding die rijk is aan vitamine A. Anderzijds moet de bevolking toegang krijgen tot gespecialiseerde oogzorg”, legt Elsen uit.
CBM noemt de strijd tegen blindheid ook een economische zaak, want de handicap heeft een grote impact op de ontwikkeling van de armste landen. “Studies van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) tonen aan dat blindheid jaarlijks de economische ontwikkeling van onder andere India en sub-Sahara Afrika afremt met 0,5 procent van het bruto binnenlands product (BNP)”, zegt Elsen.
In derdewereldlanden verzeilen families van gehandicapte kinderen gemakkelijk in de armoede. Dat versterkt de gevolgen van de handicap nog eens. CBM wil deze vicieuze cirkel doorbreken. Daarvoor doet de organisatie aan sensibilisering, ondersteunt ze patiënten financieel en richt ze permanente centra voor oogzorg op.
CBM, een christelijk geïnspireerde hulporganisatie die zich inspant voor gehandicapte kinderen in ontwikkelingslanden, hielp in Congo onder meer Malou, een meisje dat geboren werd met cataract. Op zesjarige leeftijd kreeg ze het moeilijk op school, en haar ouders beseften dat hun gebeden niet hielpen. Vrijwilligers van CBM overtuigden hen dat een operatie de enige uitweg was. De organisatie nam een deel van de ingreep voor haar rekening. Malou kreeg kunstlenzen ingeplant en kan nu weer zien.
Wereldwijd kunnen 35 à 40 miljoen mensen niet zien. Bijna anderhalf miljoen onder hen zijn kinderen. Elke minuut wordt ergens ter wereld een kind blind. Driekwart van de blinde kinderen leeft in ontwikkelingslanden, waar hun handicap rampzalige gevolgen heeft. Zes op de tien kinderen sterven binnen het jaar dat ze blind worden. De kinderen die overleven, kunnen bijna nooit school lopen.
“Wat de situatie nog erger maakt, is dat we bij de helft van alle getroffen kinderen hun blindheid hadden kunnen voorkomen” zegt Johan Elsen, de directeur van CBM-België.
Bij ons zijn oogletsels de belangrijkste oorzaak, maar in arme landen hangt blindheid vaker samen met beschadigingen aan het oog door mazelen, vitamine A-tekort, bedenkelijke praktijken van traditionele medicijnmannen en afwijkingen bij de geboorte. Ook cataract of staar is veelvoorkomende aandoening die het zicht beperkt.
Aanpak op maat
Elke strategie om blindheid aan te pakken, moet op maat van de regio zijn. “Enerzijds is er gerichte actie nodig binnen de gemeenschap, zoals vaccinatie tegen mazelen, gezondheidsonderwijs en voeding die rijk is aan vitamine A. Anderzijds moet de bevolking toegang krijgen tot gespecialiseerde oogzorg”, legt Elsen uit.
CBM noemt de strijd tegen blindheid ook een economische zaak, want de handicap heeft een grote impact op de ontwikkeling van de armste landen. “Studies van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) tonen aan dat blindheid jaarlijks de economische ontwikkeling van onder andere India en sub-Sahara Afrika afremt met 0,5 procent van het bruto binnenlands product (BNP)”, zegt Elsen.
In derdewereldlanden verzeilen families van gehandicapte kinderen gemakkelijk in de armoede. Dat versterkt de gevolgen van de handicap nog eens. CBM wil deze vicieuze cirkel doorbreken. Daarvoor doet de organisatie aan sensibilisering, ondersteunt ze patiënten financieel en richt ze permanente centra voor oogzorg op.
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2798 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Nieuws
-
Nieuws
-
De Ontwikkelaars
-
Analyse
-
Nieuws
-
Nieuws