Cambodjaanse projectontwikkelaars verdrijven duizenden mensen

De snelle economische groei in Cambodja is niet voor iedereen een zegen. Duizenden mensen moeten hun huizen uit om plaats te maken voor bouwprojecten.

Midden in de nacht begonnen gewapende bouwvakkers water en zand in Ly Si Moans huis te pompen. Ze moest halsoverkop vluchten. “We waren aan het slapen”, vertelt ze. “Ik denk dat ze elk spoor van ons wilden uitwissen.”

Boueng Kak

Ly Si Moan is een van de meer dan twintigduizend mensen die in de voorbije dagen uit hun huis verdreven zijn rond het 90 hectare grote meer van Boueng Kak, in het hart van de hoofdstad Phnom Penh. Het meer wordt gevuld met zand om een enorm nieuw complex aan te leggen met woonblokken, kantoren en commerciële centra.
 
Volgens de speciale mensenrechtenrechtenrapporteur van de VN, Surya P Subedi, is wat er in Phnom Penh gebeurt “representatief voor gelijkaardige problemen in het hele land. Landroof door de rijken en machthebbers is een groot probleem geworden in Cambodja.”

Een escalerend probleem

Volgens de Cambodjaanse mensenrechtengroep Adhoc zijn in het voorbije jaar alleen al 12.389 gezinnen verdreven. Een andere organisatie, STT, schat het aantal zelfs op 10 procent van de bevolking in Phnom Penh in het voorbije decennium.
 
De Cambodjaanse Mensenrechtenstichting (Licadho), die een onderzoek verrichtte in de helft van de provincies in het land, stelt dat tussen 2005 en 2009 zo’n 250.000 mensen verdreven zijn. “Vorig jaar alleen al waren er 94 nieuwe gevallen van landroof, waarbij 49.280 mensen betrokken werden”, zegt Naly Pilorge van Licadho. “En het probleem escaleert.”

Economische boom

De Cambodjaanse economie groeide vorig jaar met 5,5 procent, en de prijzen van de grond stijgen mee, met name in de hoofdstad. Nieuwe wetten zorgen er ook voor dat buitenlanders bezittingen mogen kopen en dat de overheid land in beslag mag nemen voor projectontwikkeling die “bijdraagt aan het algemeen belang”.
 
Het Cambodjaanse ministerie van Landbouw, Bosbouw en Visserij liet weten dat het tussen 1993 en 2010 1,38 miljoen hectare in concessie heeft gegeven aan 142 private bedrijven.
 
“Als land toebehoort aan de overheid, kan die er alles mee doen wat ze wil”, zegt Ngnon Meng, hoofd van de Cambodjaanse Kamer van Koophandel. “Hoewel sommige mensen de ontwikkeling van het land willen tegenhouden met hun protesten.”

Wortels in de oorlog

De Cambodjaanse problemen met landroof hebben hun wortels in de burgeroorlog. “Het heeft allemaal te maken met de oorlog”, zegt Sung Bonna, vicepresident van de Cambodjaanse Vereniging voor Projectontwikkelaars. “Alles is toen helemaal door elkaar geschud.”
 
Toen de beruchte Rode Khmers in 1975 aan de macht kwamen in Cambodja, werd nagenoeg de hele bevolking van Phnom Penh naar het platteland gedeporteerd. Privébezit werd afgeschaft, en meteen ook alle eigendomsbewijzen. Veel Cambodjanen vluchten bovendien naar buurland Thailand en zochten bij hun terugkeer locaties op als het meer van Boueng Kak. Veel van de bewoners daar zijn geboren in vluchtelingenkampen in Thailand.

Nieuwe wet

In 2001 vaardigde de Cambodjaanse regering een nieuwe wet op grondbezit uit: wie kon aantonen dat hij of zij al vijf jaar op dezelfde plaats woonde, kon landrechten aanvragen. Veel bewoners van Boeung Kak, die er al van in de jaren tachtig woonden, deden dat.
 
“Maar begin 2007 werden die aanvragen massaal geweigerd”, stelt Bridges Across Borders Cambodja, een ngo die zich inzet voor de bewoners. “In dezelfde maand tekende de Cambodjaanse overheid een 99-jaar geldig leasecontract met projectontwikkelaar Shukaku Inc.”

Wereldbank

Tezelfdertijd werkten de Wereldbank en verschillende westerse hulporganisaties aan een evaluatie van de landrechten in het land. Vorige week kondigde de Wereldbank de resultaten van een intern onderzoek naar dat project aan.
 
Uit dat onderzoek bleek dat “de inwoners van de regio rond Boeung Kak geen toegang kregen tot het proces van toekenning en dat hun verdrijving in strijd is met het beleid dat de Wereldbank en de overheid hadden afgesproken.”
 
De Bank gaf toe zelf fouten gemaakt te hebben en riep de regering op om de bevolking niet langer te verdrijven. Het Cambodjaanse ministerie van Landbeheer repliceerde dat Boeung Kak buiten het gemeenschappelijke project valt en dus “niet onder dezelfde sociale normen valt.”
 
De bevolking rond het meer roept de Bank en andere internationale agentschappen nu op om een harder op tafel te slaan. “Enkel buitenlandse druk kan ons helpen”, zegt actievoerder Tep Vanny. “De bedrijven hebben banden met de overheid, en als we onze stem laten horen, worden we genegeerd of bedreigd.”
 
De tijd dringt voor de bewoners. Vorige week kregen de overblijvende bewoners zeven dagen de tijd om de compensatie van het bedrijf te aanvaarden. “We sterven nog liever”, zegt Vanny. “De mensen moeten begrijpen dat dit onze thuis is en dat we niet zullen vertrekken.”

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.