Iraki’s voorzichtig optimistisch over de toekomst (peiling)

Het CSIS heeft de reputatie aan te leunen bij de rechterzijde van het politieke spectrum, maar liet zich in het verleden ook kritisch uit over het Amerikaanse avontuur in Irak. De peiling vond plaats van 12 tot 27 juni, vlak voor de overdracht van soevereiniteit aan de Iraaks overgangsregering. De 15 steden liggen in Koerdisch, Sjiïetisch en Soennitisch gebied. Omdat de helft van de Irakezen jonger is dan 20, probeerde men zoveel mogelijk jongeren te ondervragen.

De peiling gewaagt van “sceptisch optimisme” onder de bevolking. “De mensen hebben hoop op beterschap, maar merken in hun eigen leven nog niets van een vooruitgang”, zo stelt het rapport “capturing Iraqi Voices”. De vragen gingen over veiligheid, economische groei, openbare dienstverlening (water, elektriciteit), goed bestuur en welzijn (onderwijs en gezondheidszorg). Voor elke thema probeerden de interviewers uit te vissen wat de mensen van de huidige situatie vinden en hoe ze de toekomst zien.

“De Irakezen zien licht aan het einde van de tunnel”, zo stelt Bathsheba Crocker van CSIS. “Visies van een compleet succes of een totale mislukking hebben plaats gemaakt voor realistische hoop op haalbare doelen”. Een voorbeeld is de veiligheidssituatie. Niemand acht het aangewezen tussen de verschillende regio’s te reizen, maar er bestaat hoop dat het ooit weer mogelijk zal zijn.

Over de kwaliteit van het politieke bestuur vielen de oordelen het negatiefst uit. In geen enkele van de vijftien steden waren de mensen tevreden met de huidige situatie. Toch bestaat ook hier de hoop dat de mensen weldra enige controle zullen krijgen over een “gemiddeld geloofwaardige regering”.

In de categorie sociaal welzijn is het optimisme het grootst. De doorsnee Irakees is tevreden met onderwijs en gezondheidszorg en verwacht dat de situatie nog zal verbeteren. “We hebben geen Amerikaans geld nodig”, zo stelt een 26-jarige vrouw uit Bagdad, “Irak is een rijk land met veel olie en grondstoffen”.

Uit de peiling blijkt een verband tussen de geografische spreiding van opinies en de behandeling die de verschillende delen van het land onder Saddam Hoessein te beurt viel. In de sjiïetische gebieden die onder Hoessein verwaarloosd werden, heerst het meeste ongenoegen over de huidige toestand en het grootste optimisme over de toekomst. In steden die het onder de dictatuur goed hadden is eerder het omgekeerde het geval.

Eli Clifton

Xml=3

Ref=mm na dv if