Oaxaca voor nieuwe onrust

De actievoerders blijven gouverneur Ruiz beschuldigen van corruptie, een autoritair beleid en geweld tegen vreedzame betogers. Aan hun opstand van vorig jaar kwam maar een einde toen de toenmalige Mexicaanse president Vicente Fox federale ordediensten naar Oaxaca stuurde.
“We zijn niet even sterk als vorig jaar, maar we groeien weer, en het hangt van het antwoord van de regering af welke weg we zullen inslaan”, zegt Florentino López, een woordvoerder van de protestkoepel APPO (Volksassemblee van Oaxaca).
De APPO, die bestaat uit meer dan driehonderd sociale organisaties uit Oaxaca, wil dat de regering van de in december beëdigde president Felipe Calderón een nieuw onderhandelingscomité opzet dat de grieven van de betogers behandelt. De regering van Calderón zegt dat de sociale onvrede in Oaxaca door de deelstaatoverheid moet worden aangepakt.
De protestkoepel roept alle burgers op bij de lokale verkiezingen van 5 augustus tegen de PAN te stemmen, de conservatieve partij van Calderon. De APPO vindt het al even onverstandig om voor de PRI te stemmen, de partij die het al jaar en dag voor het zeggen heeft in Oaxaca.
Op al te veel aanhang kan de APPO niet rekenen. In een opiniepeiling, die begin deze maand werd gepubliceerd, zegt 55 procent van de inwoners van Oaxaca-stad dat ze een “negatieve” of “zeer negatieve” mening hebben over de APPO. Op het platteland van de deelstaat stijgt dat aandeel tot 62 procent.

Palestijnen

De bevolking van Oaxaca is ongeveer even arm als de Palestijnen in de Bezette Gebieden. Acht op de tien inwoners moet het stellen zonder gezuiverd drinkwater, moderne sanitaire voorzieningen en verharde wegen. De kloof tussen rijk en arm is breed. Een en ander zorgt voor sociale spanningen die vorig jaar tot ontlading kwamen.
De opstand van 2006 begon als een lerarenstaking. Later sloten honderden andere organisaties zich bij de protesten aan. De onrust en de hardhandige aanpak ervan kostte aan een tiental mensen het leven. 370 betogers raakten gewond, 350 werden opgepakt. Zeven APPO-leden zitten nog altijd vast, de overige arrestanten werden vrijgelaten na een beslissing van de deelstaatregering om geen klachten in te dienen.
Mensenrechtenorganisaties en zelfs de Nationale Mensenrechtencommissie, een overheidsorgaan, zeggen dat de politie vorig jaar buitensporig geweld gebruikte. Ze geven gouverneur Ruiz de schuld voor een deel van die ontsporing. Op 21 juni besliste het Mexicaanse hooggerechtshof een speciale commissie aan te stellen om de ongeregeldheden van vorig jaar te onderzoeken. 
Florentino López, één van de weinige APPO-leiders die vorig jaar niet werden opgepakt, zegt dat de actievoerders alweer met 3.000 zijn en dat ze druk bezig zijn meer steun te verwerven in Oaxaca-stad. IPS belde ook met een inwoner van de stad, en volgens die bron houden er zich maar 300 betogers op het centrale plein op. De opstand van vorig jaar legde de economische activiteit in de stad maandenlang lam.