Toeristen vallen voor dino's, tango en de goedkope peso

De Argentijnse regering prijst in haar internationale campagnes mooie plekjes aan in heel het land, maar Buenos Aires, het wijdse Patagonië in het zuiden en het tropische Salta in de buurt van Bolivia zijn de meest populaire bestemmingen voor toeristen.

Noord-Argentinië laat zowel natuurliefhebbers als toeristen die geïnteresseerd zijn in de geschiedenis van het land aan hun trekken komen. In de Quebrada de Humahuaca, een vallei in de noordwestelijke provincie Jujuy omsloten door veelkleurige bergen, wisselen koloniale kerken, precolombiaanse ruïnes en nederzettingen en overblijfselen van indiaanse culturen van voor het Incatijdperk elkaar af. In de noordoostelijke provincie Misiones lokken de gigantische watervallen en de tropische bossen van Iguazú elke dag duizenden bezoekers uit Europa en Azië.

In het zuiden van Argentinië trekken veel toeristen naar paleontologische sites als Ischigualasto en Talampay, waar 180 miljoen jaar oude fossielen, voetsporen van dinosariërs en versteende varens en bomen te bewonderen zijn in een adembenemend natuurdecor. Boven de in rode rotsen ingesleten canyons van Talampaya, dat ook een natuurreservaat is, zweven soms zeldzame condors. De provincies Neuquén en Río Negro in Patagonië hebben een ‘route van de dinosauriërs’ uitgestippeld die bezoekers langs minder bekende vindplaatsen van fossielen en paleontologische musea loodst, en in de toekomst ook een themapark zal aandoen.

Op het schiereiland Valdés, aan de kust van Patagonië, vormen voorbijtrekkende walvissen en kolonies zeeleeuwen en zeeolifanten de belangrijkste attracties. Nog veel verder zuidwaarts zorgen gletsjers voor onvergetelijke vakantiebeelden.

Buenos Aires, waar toeristen zich vroeger de zolen al konden stuklopen tussen theaters, galeries, musea en tangotenten, krijgt er nog steeds nieuwe attracties bij. De tangokoorts woedt er nog altijd. Een nieuwe route stelt toeristen in staat de voetsporen te volgen van tangozanger Carlos Gardel (1890-1935), één van de grote namen uit de Argentijnse culturele geschiedenis. Gelijkaardige routes zijn uitgestippeld tussen de gebouwen en plaatsen die aan auteur en nobelprijswinnaar Jorge Luis Borges (1899-1986) en aan de politica Eva Perón (1919-1952) herinneren.

Argentinië kreeg in 2003 meer dan 1,6 miljoen buitenlanders op bezoek; een stijging met een derde in vergelijking met het jaar daarvoor. De toename moet wel gerelativeerd worden. Door de politieke en economische crisis waarin Argentinië eind 2001 verzonk, kozen in 2002 27 procent minder toeristen voor een reis naar Argentinië dan het jaar daarvoor.

Het toerisme is in Argentinië intussen goed voor een half miljoen banen in de horeca, bij reisagentschappen en transportondernemingen, en houdt nog eens evenveel mensen indirect aan het werk. Volgens Alberto Alvarez Argüelles, de voorzitter van de Hotel- en Restaurantnijverheid van Argentinië (FEHGRA) zijn er tussen 2001 en 2003 80.000 nieuwe banen gecreëerd in de sector, terwijl het voor de rest van de Argentijnse economie huilen met de pet op was.

Het herstel van de sector in vergelijking met 2002 is vooral te danken aan Braziliaanse en Chileense bezoekers, die het snelst reageerden op de forse toename van hun koopkracht in het vroeger peperdure Argentinië. Met 90.000 toeristen voert Spanje het Europese peloton aan, maar ook in Italië en Frankrijk is Argentinië weer in. Duitsland zou wat achterop hinken omdat er geen goede vliegverbindingen zijn. Er komen ook steeds meer reizigers uit Mexico en Zuid-Afrika. Gemiddeld geven buitenlandse toeristen 180 dollar per dag uit, een welgekomen deviezeninjectie. De toeristische industrie is inmiddels goed voor zeven procent van het Argentijnse bruto binnenlands product.