Nigeria voert veiligheidsmaatregelen WEF-top op

De extremistische moslimgroepering Boko Haram (wat zoveel betekent als “Westers onderwijs is zondig”) voert geregeld aanslagen uit in de regio, en de overheid heeft maar beperkte controle over het afgelegen islamitische noordoosten van het land. De aanslag in hoofdstad Abuja betekent zwaar gezichtsverlies voor president Jonathan Goodluck, die ook al toegaf de locatie van de ontvoerde meisjes niet te kennen.

President Goodluck, een christen, kondigt nu aan zesduizend troepen te zullen inzetten om de veiligheid van de bezoekers te garanderen, en scholen en overheidsgebouwen voor de top in Abuja te zullen sluiten. Het verkeer zal beperkt worden, en de luchthavens van Abuja en Lagos, het economische hart van Nigeria, worden al bewaakt door militairen. Het VS-consulaat waarschuwde vrijdag nog voor een aanslag in Lagos.

Het Afrikaanse Davos

Het Wereld Economisch Forum (WEF)-evenement 2014, dat ook wel “het Afrikaanse Davos” genoemd wordt, is wellicht het belangrijkste ooit in Nigeria, en moet haar rol als regionale speler onderstrepen. Zo zullen naast de vele Afrikaanse leiders ook de Chinese premier Li Keqiang en voormalig Brits premier Gordon Brown op de top aanwezig zijn.

Nigeria stak onlangs Zuid-Afrika voorbij als grootste economie van het continent en speelt een grote rol binnen de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten (ECOWAS). Met 170 miljoen inwoners is het een regionale grootmacht in één van de snelst groeiende regio’s ter wereld. De veiligheidssituatie in het land blijft echter problematisch.

Boko Haram

De samenkomst lijkt dan ook overschaduwd te zullen worden door de aanslagen en de ontvoering van honderden meisjes uit een internaat, op 14 april, door Boko Haram. Een grootscheepse twitter-actie (#BringBackOurGirls) trok internationale aandacht, en de overheid staakte haar bombardementen in het noordoosten van het land waar de groep opereert.

Ze oogstte sindsdien echter vooral negatieve kritiek om haar aanpak van de crisis. Zo verklaarde de regering eerst dat “slechts” een honderdtal kinderen vermist werden, terwijl het in werkelijkheid om 276 meisjes ging. Meer dan vijftig daarvan slaagden er bovendien al in te ontsnappen en hun weg naar huis te vinden.

Volgens locals houden de rebellen zich dan ook vlakbij in het Samsiba-woud schuil, en ouders zeggen dat de meisjes naar Tsjaad en Kameroen gebracht worden, om daar aan andere militanten verkocht te worden. De overheid beweert desondanks niet op de hoogte te zijn van de locatie van de kidnappers. Het vertrouwen bij de lokale bevolking lijkt dan ook compleet zoek.

Falend beleid

President Goodluck, die al kritiek oogstte om zijn “apathische” aanpak, gaf voor het eerst een persconferentie. Daarin haalde hij uit naar de ouders van de kinderen. ‘We zullen ze terugvinden’, verklaarde hij, ‘maar wij vragen maximale samenwerking van de voogden en de ouders van deze meisjes. Want tot op heden zijn ze niet in staat geweest om duidelijke info te verstrekken en de politie de identiteit te verschaffen van de meisjes die nog moeten terugkeren.’

President Goodluck riep in mei 2013 de noodtoestand uit in drie noordelijke staten, en kende het leger verreikende bevoegdheden toe om de crisis aan te pakken. In januari 2014 ontsloeg hij de legertop toen die er niet in slaagde de rebellie onder controle te krijgen. Die personeelswissel lijkt weinig effect gehad te hebben. Tijdens de eerste vier maanden van 2014 kwamen al meer dan 1500 mensen om het leven; in de periode 2010-2013 waren dat er nog 3600. Het geweld lijkt dus alleen maar toe te nemen.