Zes maanden op de vlucht voor het geweld in Syrië (2)

27/3/2012

We huurden een kamer in Aleppo en bleven daar vier maanden.

Het gezin beslist om naar Aleppo te trekken. Ze kunnen terecht bij Nermins grootvader, Ahmed, maar ze zijn te talrijk om daar lang te blijven, dus huren ze een woning in de stad. Mohammed en Sabah denken glimlachend terug aan die dagen. Op dat moment leek Aleppo immers een veilige haven.

“Mijn man vond goed werk in een schoenfabriek,” aldus Sabah. “Zelfs als de situatie in Azaz zou verbeteren, wilden we toch in Aleppo blijven. Alles ging heel goed.”

23/7/2012

Op de derde dag van de Ramadan waren er luchtaanvallen op Aleppo in de wijk waar we woonden. Daarom verhuisden we naar een andere wijk, Al Mayser, waar we drie dagen bleven.

Na vier maanden van relatieve vrede stak het conflict de kop op in Aleppo. Tijdens de zomer van 2012 waren er gevechten tussen het Syrische leger en de gewapende oppositie om straat na straat te veroveren en uiteindelijk controle te hebben over het belangrijkste industriële en financiële centrum van het land. Het geweld was ineens erg dichtbij. “Er was een luchtaanval op de wijk waar we woonden,” herinnert Mohammed zich. Sabah huivert en onderbreekt hem. “Maar we wilden blijven,” zegt ze. “Na alles wat we hadden meegemaakt, hoopten we dat de situatie in Aleppo niet erger zou worden. Om 18 uur stonden we op het punt om het vasten te doorbreken, toen onze buur op de deur klopte omdat er tanks in de straat waren. We vertrokken dus, alweer, met alles wat we maar konden dragen. We zagen dat er bussen in brand werden gestoken. We gingen naar het huis van een familielid.”