Lees later

Caraïbische gewassen krijgen waterige wortels

De Caraïbische gemeenschap worstelt met de gevolgen van de klimaatverandering en de invloed daarvan op de voedselzekerheid. Moderne technologieën, zoals hydrocultuur, kunnen de stagnerende agrarische sector meer rendabel maken.

Desmond Brown . 22 mei 2013

Onderzoeker Dr. Leighton Naraine in de groentetuin van het Clarence Fitzroy Bryant Instituut op St. Kitts. Desmond Brown/IPS

Zes jaar al werken onderzoekers van de Universiteit van Central Florida (UCF) en het Clarence Fitzroy Bryant Instituut (CFBC) op het Caraïbische St. Kitts samen rond een educatief project over klimaatverandering en duurzame ontwikkeling in de regio.

De instituten zeggen dat ze een “enorm succes” boekten met kostenefficiënte technieken zoals hydrocultuur, organoponics en hybrideponics.

“De klimaatverandering heeft gevolgen voor ons allemaal. Het gebied waar zich dat het meest laat voelen is de voedselzekerheid, met name de landbouw. Binnen dit project was het mijn taak om verschillende modellen uit te werken en te zien welk het beste resultaat opleverde”, zegt Stuart La Place van CFBC.

“Aardbeien groeien meestal niet in dit klimaat, maar wij zijn erin geslaagd om tot succesvolle aardbeienoogsten te komen”, zegt hij.

Veelbelovende resultaten

Hydrocultuur is een techniek waarbij planten niet groeien in aarde maar in een oplossing van water en minerale voedingsstoffen. De organoponics-techniek maakt gebruik van een enkele laag aarde, zand, meststoffen en potgrond voor het aanplanten van groenten. La Place zegt dat dit “momenteel op grote schaal gebeurt in St. Kitts”.

Hybrideponics, zo legt hij uit, is een “scenario dat we in het instituut ontwikkelden waarbij de plant start met groeien in hydrocultuur en later wordt overgezet naar organo-bedden. De eerste resultaten zijn veelbelovend.”

De voordelen van deze landbouwtechnieken zijn duidelijk: traditionele landbouw vereist meer grond, het is meer arbeidsintensief en de oogst is – onder meer door de weersomstandigheden — nooit helemaal zeker.

In de traditionele landbouw duurt het bijvoorbeeld 55 dagen om een slaplant te laten uitgroeien tot een volwaardige krop. Daarvoor is gemiddeld 42 liter water nodig. Met de organoponics-methode groeit een zaadje van sla al in 45 dagen uit tot een volwassen krop, en is amper 34 liter water nodig. De hydrocultuur is nog sneller en zuiniger: slechts 25 dagen en met nog minder water, omdat het water voortdurend circuleert. De enige manier waarop het water kan verdwijnen, is door de plant.

Met de steun van de Organisatie van Amerikaanse Staten en de Inter-Amerikaanse Raad voor Integrale Ontwikkeling zal het onderzoeksprogramma ook opgestart worden in Barbados, Trinidad, Guyana en Haïti.