Vleesminnaar wordt vleesminderaar

 ‘Vlees behoort tot de meest milieubelastende onderdelen van ons voedselpakket. Vlees duurzamer produceren en consumeren levert een serieuze bijdrage aan de omslag naar een duurzamere voedselwereld.’ Dat staat te lezen in het voorwoord van het rapport Vleesminnaars, vleesminderaars en vleesmijders. Duurzame eiwitconsumptie in een carnivore eetcultuur. Het is opgesteld door LEI, een onderzoeksinstituut verbonden aan de Universiteit van Wageningen (Nederland). De studie kwam er op vraag van het Nederlandse ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Nederland heeft de ambitie om over vijftien jaar mondiaal koploper te zijn op het vlak van duurzaam voedsel. 

De nood aan duurzamere voedselproductie en -consumptie is nog nooit zo hoog geweest. Er is de demografische druk, de stijgende vleesconsumptie in de groeilanden (China, Brazilië, India) en de toegenomen druk op de landbouw veroorzaakt door de klimaatverandering.
In 2010 waren reeds op 21 augustus al de voorraden opgesoupeerd die de planeet voor een jaar produceert. De zogenaamde Worldovershootday meet onze globale voetafdruk en valt jaar na jaar vroeger. Door onze voedingsgewoonten aan te passen, kunnen we heel wat bijdragen aan een meer duurzame voedselproductie en vlees is daarin een cruciale factor want de ecologische voetafdruk van vlees is gigantisch veel groter dan die van groente en granen.   

Maar minder vlees eten betekent voor  veel mensen een aanslag op de eetlust. Dat hoeft het nochtans niet het geval te zijn. De organisatie Ethisch Vegetarisch Alternatief (EVA) werkt al tien jaar aan sensibilisering rond vleesconsumptie met slogans als  Verleidelijk Veggie en  Donderdag Veggiedag. ‘Sensibiliseren doen we niet via stoffige campagnes of vermanende vingertjes maar gewoon door mensen te laten proeven –letterlijk en figuurlijk– van het alternatief’, zegt Tobias Leenaert, bezieler van  EVA. ‘Zelfs de Boerenbond zegt ondertussen dat we gerust wat minder vlees mogen eten. Ook  vanuit de overheid merken we interesse voor de thematiek. Men begint in te zien dat je via vleesvermindering verschillende problematieken tegelijk kan aanpakken: gezondehid, milieu, voedselzekerheid en dierenwelzijn. En gezien de stijgende verkoop van vleesvervangers, groeit ook de interesse bij de grootdistributie.’
Volgens Leenaert is er op het vlak van vegetarische haute cuisine nog te weinig vooruitgang geboekt het voorbije decennium. ‘Er zijn nog steeds onvoldoende topchefs die de uitdaging aangegaan zijn om creatieve vegetarische gerechten op het menu te zetten. In tegenstelling tot bijvoorbeeld  New York heeft zelfs Gent geen vegetarisch klasse-avondrestaurant. Een gat in de markt.’
www.evawordt10.be