Starbucks zwicht voor Ethiopische koffieboeren
Starbucks, ’s werelds grootste koffieshopketen, en de Ethiopische regering hebben op 20 juni een akkoord bereikt over een handelsmerk voor Ethiopische koffie. “Met dit akkoord kan Ethiopië de waarde van haar koffie verder uitbouwen en krijgen de boeren een groter deel van de winst in eigen handen”, aldus Oxfam America. Het akkoord kwam er na aanhoudend protest tegen Starbucks’ beleid ten aanzien van de Ethiopische koffieboeren.
In heel het debat staan de drie wereldvermaarde Ethiopische koffiemerken centraal: Sidamo, Harrar en Yirgacheffe. De Ethiopische overheid kwam drie jaar geleden al op de proppen met het plan om die koffiemerken te laten registreren, in de hoop de plaatselijke boeren een eerlijker deel te laten ontvangen van de inkomsten. Het voorstel werd in 2005 ter goedkeuring voorgelegd aan het Amerikaanse Patentbureau, dat onder druk van Starbucks alleen Yirgacheffe als handelsmerk liet registreren. De Europese Unie, Japan en Canada gingen wél vrijwel meteen over tot registratie van alle drie de Ethiopische koffiemerken. Dat Starbucks akkoord gaat met de geregistreerde koffiehandelsmerken, heeft tot gevolg dat de Amerikaanse koffieshopuitbater de merknamen niet meer mag publiceren op verpakkingen, tenzij hij daarvoor een licentie van de Ethiopische koffieproducenten krijgt. Door het akkoord verwerven dus vooral die laatsten een sterkere positie aan de onderhandelingstafel.
Welvaartsverhogend
Hoewel de Ethiopische koffie bij de consument wereldwijd bekend staat om zijn hoge kwaliteit, hebben de Ethiopische koffieboeren zelf nooit de vruchten kunnen plukken van die goede reputatie. Meer dan overleven zat er tot voor kort niet in voor hen. In geen enkel opzicht benaderde de doorsnee Ethiopische koffieteler het hartverwarmende ideaalbeeld van de vrolijke handeldrijvende koffieboer, dat Starbucks op haar verpakkingen toonde.
De registratie van de drie kwaliteitskoffiemerken zal volgens Oxfam in Ethiopië tot een economische boost leiden. “Dit moet het leven van miljoenen arme boeren vooruit helpen. Het laat hen toe hun kinderen naar school te sturen en toegang te krijgen tot gezondheidszorg”, zegt Raymond Offenheiser, voorzitter van Oxfam America. De bescherming van de koffiemerken zou de Ethiopiërs naar schatting een 100 miljoen dollar extra per jaar kunnen opbrengen. Door de arme landen mee te laten profiteren van de intellectuele eigendomsrechten zet de internationale gemeenschap volgens Oxfam een belangrijke stap in de richting van een meer rechtvaardige wereldhandel. Velen zien in het koffiepatent dan ook een precedent voor andere grondstoffen, dat kan bijdragen tot de algemene welvaart in de ontwikkelingslanden.
Starbucks zwicht
Een brede coalitie van Oxfam International (cf. ‘Starbuckscampagne’), ngo’s, studentenkringen, Ethiopische koffieboeren en zelfs klanten van Starbucks zelf drong al langer aan op een akkoord tussen Starbucks en de Ethiopische koffietelers. Mede onder druk van een in 2006 opgestarte petitie, met 96.000 handtekeningen, is de Amerikaanse koffieshopketen door de knieën gegaan en werden er gesprekken met de Ethiopische boeren aangeknoopt. Starbucks beloofde meteen ook de aankoop van Ethiopische koffie te verdubbelen.
Armoede
Zowat 15 miljoen Ethiopiërs zijn voor hun bestaan afhankelijk van hun koffieplantages, die jaarlijks goed zijn voor ongeveer de helft van de Ethiopische export. Tussen 2002 en 2003 stortten de koffieprijzen op de wereldmarkt in, waardoor het Oost-Afrikaanse land te kampen kreeg met hongersnood, die ook vandaag nog voortduurt. Ethiopië behoort tot de armste landen ter wereld. Meer dan 75 procent van de bevolking moet er rondkomen met minder dan een dollar per dag.
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2781 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Column
-
Interview
-
Nieuws
-
Column
-
Opinie
-
Nieuws