Leidt Iran aan de Dutch Disease?

Verschillende economische theorieën stellen dat olie op lange termijn een negatieve invloed op economische groei heeft. Dit artikel bekijkt de pro’s en contra’s van dit debat voor Iran. 

Kranten, parlementsleden, economen; iedereen in Iran benadrukt dat het cruciale en structurele probleem van de Iraanse economie haar afhankelijkheid van olie-export is. Vooral nu alle ogen zijn gericht op het opstellen van de jaarlijkse staatsbegroting, wordt er van alle kanten geroepen dat de economie niet alleen op olie kan draaien.

Sommige analisten, zowel buitenlands als in Iran, geloven dat de internationale sancties een goede gelegenheid zijn om de Iraanse economie te hervormen. We nemen een kijkje in de pro’s en contra’s van dit debat.

Er zijn verschillende theorieën over de economische voor- en nadelen van waardevolle natuurlijke grondstoffen. Over het algemeen hebben economen aangetoond dat landen rijk aan natuurlijke grondstoffen minder snel groeien dan grondstof-arme landen.

Twee processen worden vaak aangehaald om dit fenomeen te verklaren. Een is de Dutch disease. De Dutch disease werd voor het eerst opgemerkt in Nederland in de jaren zestig waar het verdwijnen van de secundaire sector in verband werd gebracht met het ontdekken van olie. De Dutch disease benadrukt dus deze negatieve correlatie tussen industriële groei en de groei van de olie-industrie. Resource curse is een andere verklaring die stelt dat natuurlijke grondstoffen op lange termijn economische groei verhinderden. Dit komt omdat natuurlijke rijkdommen het land afhankelijk maakt van de export van deze grondstoffen.

De nadelen van olie en de voordelen van industrie

De olierijkdom van Iran is enorm en maakt het land zo cruciaal voor de wereldeconomie. Voor de sancties van de EU en de VS was Iran wereld’s vierde grootste olieproducent. Daarenboven heeft het de tweede grootste gasreserves. De miljaren inkomsten aan petrodollars kunnen door de staat gebruikt worden om het land rijk en ontwikkeld te maken.

Toch is dat tot nog toe niet gelukt, mede doordat de internationale olieprijzen in korte tijd hevig fluctueren en zo zowel de stabiliteit van de economie als van de staatsbegroting treffen. Toen de globale financiële crisis in 2008 uitbrak schoot de olieprijs omhoog en vulde de Iraanse staatskas met een ongeziene schat van ongeveer 220 miljard dollar, bovenop andere inkomsten zoals belastingen. In contrast: de totale Belgische staatskas bedraagt zo’n 90 miljard euro.

Door deze enorme olie-inkomsten kan de Iraanse staat meer macht naar zich toetrekken en mega-projecten financieren. Dit leidt ook tot een Dutch disease scenario. Voordat de sancties van start gingen, gebruikte Iran haar petrodollars om goederen te importen. Deze stroom van geïmporteerde goederen zorgde ervoor dat de nationale industrie haar producten niet kwijt kon. Als gevolg groeide het belang van olie voor Iran alleen maar.

Economen hebben ook aangetoond dat sociale ongelijkheid toenam toen eind jaren 2000 het land met petrodollars werd overgoten. Door de VS en EU sancties daalde de olie export echter ongeveer met 40 procent. In een land waar petrodollars 50 tot 60 procent van de begroting uitmaken is dat een enorm bedrag. Iran heeft zich dus sinds die tijd moeten aanpassen. In mijn volgende blog ga ik dieper in op die aanpassingen en de gevolgen voor de secundaire sector.

Het zwarte goud is als voor Iran ook een resource curse. Ontwikkelingseconomen hebben aangetoond dat de productiesector unieke omstandigheden creëert voor verdere ontwikkeling en economische groei. De econoom Albert Hirschman laat zien dat de groei van de secundaire sector voordelige invloeden heeft op de keten van daarmee verbonden industrieën. Anderen, met name Nicholas Kaldor en Anthony Thirlwall, beargumenteren dat de groei van industrie voor technologische vooruitgang zorgt en zo ook productiviteit verhoogt. Deze unieke factoren maken de secundaire sector centraal voor economische ontwikkeling. Andere sectoren, zoals grondstoffen, landbouw of de tertiare sector, missen deze voordelen.

Internationale aanvaarding van Iran is cruciaal

Deze argumenten zijn overtuigend. Misschien zijn de sancties op lange termijn een goede zaak voor Iran, zoals verschillende analisten stellen? Voormalig vice-voorzitter en hoofdeconoom van de Wereldbank, Joseph Stiglitz, en Cambridge-econoom Ha-Joon Chang benadrukken dat een voordelige handelspositie en protectionisme cruciaal zijn om een succesvol industrieel exportland te worden. China, Zuid-Korea, Japan en Duitsland zijn voorbeelden.

Om een op wereldniveau concurrende industriële sector te ontwikkelen, moet de staat deze sector zoveel mogelijk van internationale competitie afschermen. Dit gebeurt voornamelijk via een protectionistisch handelsbeleid en gerichte staatssubsidies. Tegelijkertijd moet de staat ook actief de binnenlandse industrie aanmoedigen om internationale standaarden van efficiëntie en productiviteit te bereiken. Anderzijds moet de wereldmarkt ook openstaan voor de exportproducten van deze sector, zodat die geleidelijk kan groeien. Zijn er ongelijke handelsovereenkomsten, of nemen andere grote importerende landen protectionistische maatregelen, dan kan de eigen industriële sector niet groeien.

Dit laatste punt is beslissend voor Iran. Iran zit vast in een regime van internationale sancties tegen haar industrieën. Dit sanctieregime is niet alleen het resultaat van Iraanse kernprogramma, maar ook van een algemene Westerse afkeer van de Islamitische Republiek als legitieme staat. Het is dus belangrijk voor Iran, en vooral de vele werkloze afgestudeerden dat de secundaire sector groeit. Dit kan echter alleen gebeuren als de internationale sancties geschrapt worden en Iran op vriendschappelijke wijze onthaald wordt in de internationale markten. Een aangenaam handelsklimaat, gecombineerd met een efficiënt beleid en een geïnformeerde lange-termijnvisie weg van olie zouden de grootste problemen van Iran’s tafel kunnen schuiven.    

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.